Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 521 van 1112

...  509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533 - 534  ...
[7] Daarop zei Ik: 'O nee, Mijn vriend, dat is nergens voor nodig; want Mijn Rafaël is immers vervuld van alles wat Ik wil en wens! Maar Ik trek Mijn speciale wil en Mijn macht terug, opdat hij zelf vanuit zijn rijkdom uit Mij, die hij zich eigen heeft gemaakt, kan werken en willen zoals hij maar wil, opdat jij daardoor pas goed ziet wat Mijn rijk in alle engelen en ook in de mensen geheel vrij, als het ware zelfstandig uit zichzelf, kan bewerkstelligen, zonder dat Ik al Mijn talloze engelengeesten en ook de mensen op deze aarde aan de leiband van Mijn almachtige wil hoef te leiden; kies dus in vrijheid iets wat jou goed dunkt en zeg het tegen hem, dan zal hij onmiddellijk uitvoeren wat jij wilt!'
Hoofdstuk 200: Een bewijs van de macht van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Nu zweeg de opperstadsrechter een poosje, wreef met zijn ene hand over zijn voorhoofd en krabde zich met zijn andere een beetje achter zijn oor, omdat hij nog niet goed kon besluiten wat voor echt redelijk verzoek hij tegenover Mij en Rafaël naar voren moest brengen. Tenslotte moest hij er weer aan denken dat Ik hem had beloofd -nog in het huis van de waard -dat deze steppeachtige streek, die arm was aan alles, groen zou worden en veel gras, graan, vruchtbomen en zelfs de wijnstok voort zou brengen, en dat legde hij precies zo aan Rafaël voor.
Hoofdstuk 200: Een bewijs van de macht van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] De opperstadsrechter stond op en richtte zijn blikken naar alle kanten op de omgeving en herkende die niet meer; want hij zag een groot aantal zeer weelderige, volledig rijpe graanvelden, verder met dicht gras begroeide weiden, die zich bijna onafzienbaar ver uitstrekten, en rond de stad grote tuinen, die vol stonden met de edelste fruitbomen. Ook de berg Nebo, waar wij ons op bevonden, was helemaal groen geworden en rondom begroeid met de prachtigste vijgenbomen en wijnstokken. Ook zag hij iets beneden de stad een behoorlijk grote vijver, van waaruit verscheidene beekjes in verschillende richtingen stroomden.
Hoofdstuk 201: De veranderde omgeving bij de berg Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Ik zei: 'Dat zal natuurlijk wel zo zijn; maar Ik zal er ook voor zorgen dat het jullie niet zal ontbreken aan de juiste antwoorden, en de hele bevolking van deze uitgestrekte streek zal blij en dankbaar naar huis gaan en vergaren wat er op ieders stuk grond is gegroeid. Maar je kunt het met de hulp van je vele ondergeschikten wel tot een wet voor jezelf maken dat je het volk ernstig op het hart drukt hier geen ruchtbaarheid aan te geven, omdat het zich daardoor uit veel verder gelegen streken vele hebzuchtige en afgunstige lieden op zijn hals zou halen en uiteindelijk naar de wapenen zou moeten grijpen om de afgunstige vijanden weg te houden van de gezegende grenzen van deze landstreek.
Hoofdstuk 201: De veranderde omgeving bij de berg Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] En ook jullie, Mijn leerlingen en jullie Joden, moeten er onder de Joden daar in het Beloofde Land geen ophef over maken; want velen zouden jullie niet geloven, maar jullie alleen maar uitlachen en vervolgen. En veel andere, zwakke Joden zouden jullie wel geloven, en door jullie ook in Mij geloven; maar dat geloof zou voor hen geen stevige basis hebben, omdat ze het ten eerste door hun eigen toevoegingen maar al te gauw groter zouden maken zoals ze met al hun bijgeloofdoen, en ten tweede zou zo'n manier van verder verbreiden te zeer naar het oude bijgeloof rieken en zodoende slechts een zeer twijfelachtig geloof bewerkstelligen; want als men later in deze streek zou komen om zich van het wonder te overtuigen, zou men zeggen dat ook echte vlijt en ijver van de mensen dit tot stand had kunnen brengen.
Hoofdstuk 201: De veranderde omgeving bij de berg Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Je hebt mij wel gezegd dat jullie, volmaakte engelengeesten, ook de eigenschap bezitten om je in één ogenblik van de ene plaats naar de andere en vandaar weer terug te bewegen. Dat geloof ik nu ook; maar je bent hier niet één moment afwezig geweest, en daarom ben ik van mening dat jij een andere dienstbare engelengeest die zich in jouw nabijheid bevindt naar Rome hebt gestuurd, en dat die jou ook snel genoeg deze koker kon brengen.'
Hoofdstuk 202: Rafaëls bewijs van zijn snelheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] De opperstadsrechter zei: 'Brittannië! Want met mijn vader, die toen nog leefde, heb ik daar eens een reis naartoe gemaakt, en wel over het water, welke reis heen en terug naar Rome meer dan twee volle jaren heeft geduurd.'
Hoofdstuk 202: Rafaëls bewijs van zijn snelheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] De bewoners van dat grote hemellichaam gebruiken dergelijke stenen om hun vertrekken die van binnen donker zijn, te verlichten; want het eigenlijke zonnelichaam is in feite alleen maar donker. Het licht van de zon dat je ziet, ontwikkelt zich op het atmosferische oppervlak ervan; alleen naar buiten toe werkt het in zijn volle kracht, en naar het eigenlijke vaste zonnelichaam toe nauwelijks sterker dan zoals je het oppervlak van deze aarde verlicht ziet.
Hoofdstuk 203: De stralende steen van de zon - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Neem jij ook deze steen dus maar, dan zul je daarmee tien jaar lang je kamers 's nachts goed kunnen verlichten; maar na tien jaar zal het licht ervan steeds minder worden. Als je hem echter langer als verlichting wilt gebruiken, stel hem dan iedere dag bloot aan de zonnestralen; hij zal zich daar dan mee verzadigen en jou in plaats van een goede lamp de hele nacht als verlichting dienen. Maar na honderd jaar, als deze steen te sterk doordrongen zal zijn geraakt van het zuur van de aardse lucht, zal hij helemaal ongeschikt worden voor verlichting.'
Hoofdstuk 203: De stralende steen van de zon - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Daarop zei Ik: 'Jullie kudden zouden wel op even wonderbaarlijke wijze vermeerderd kunnen worden, maar dat zou voor de mensen nog opvallender zijn dan al het andere; want iedereen, die nu tien schapen op de weide heeft, zou erg grote ogen opzetten als zijn herder in plaats van tien schapen er opeens duizend naar huis zou brengen, die de eigenaar van de schapen niet eens zou kunnen onderbrengen, omdat zijn schaapsstal hoogstens ruimte voor twintig schapen heeft. Probeer dus een flink aantal schapen en andere dieren te kopen; over twee jaar, gerekend vanaf nu, zullen ze zich wel op een goede manier vermeerderen! Als jullie het graan geoogst hebben, zullen jullie het gemakkelijk kunnen bewaren -want daar hebben jullie ruimte genoeg voor; maar met het houden van huisdieren zou jullie dat slecht lukken -en daarom laten we dat zoals het is!
Hoofdstuk 204: De dierenwonderen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Daarop bedankten de vier partijen Mij voor dit geschenk en bezwoeren dat ze zich zeer nauwkeurig aan dat gebod zouden houden, en de opperstadsrechter zou ook zorg dragen voor eenzelfde orde bij de andere vijvers en die orde ook in stand houden.
Hoofdstuk 204: De dierenwonderen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Want wat een geest zich vanuit de wil van de Heer in zichzelf voorstelt en wil dat het bestaat, dat is er dan ook meteen; maar natuurlijk is het denken van een zuivere engelengeest heel anders dan het denken van een mens.
Hoofdstuk 204: De dierenwonderen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] De mens kan zich alleen de uiterlijke vormen voorstellen en daarover allerlei fantasieën vormen; maar wat de vormen van het kleinste tot het grootste inwendig moeten bevatten, en hoe ze gebouwd moeten zijn om te kunnen leven, dat kan geen mens zich voorstellen, en daarom kan hij zijn wil ook niet zodanig richten, dat de geest van zijn wil de vormen tot leven brengt en actief doet worden. Maar een volmaakte engelengeest kan dat wel, en een minder volmaakte kan het in mindere mate ook.
Hoofdstuk 204: De dierenwonderen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] De opperstadsrechter bedankte Rafaël voor dit wonderbaarlijke geschenk en zei: 'Een paar knechten van mij verstaan heel goed de kunst om deze dieren af te richten, want ze hebben dergelijke dieren vanuit Indië zelfs naar Rome gebracht, en de keizer heeft hen een tijdlang bij zich gehouden om die dieren te verzorgen; daarna kwamen ze bij mijn vader in dienst en zijn ook hier mijn trouwste dienaren.'
Hoofdstuk 204: De dierenwonderen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Ik zei: 'Natuurlijk; want nu is ook hij voor deze tijd omhuld met een lichaam, dat uit de lucht van deze aarde is genomen, en hij heeft evengoed ook aardse versterking nodig als Ik, de Heer Zelf. Het voedsel dat hij tot zich neemt wordt in hem weliswaar op een heel andere manier omgezet dan bij een natuurlijk mens; maar dat doet niets ter zake. Hij zal dus evengoed samen met ons spijs en drank tot zich nemen als wijzelf, alleen aanzienlijk veel meer dan wij, waar je van tevoren rekening mee moet houden. Maar laat nu eerst brood en wijn op tafel zetten, en pas later de vissen en een goed klaargemaakt, gebraden lam!'
Hoofdstuk 205: De verbaasde dienaren vangen en temmen de olifanten (13.5.1864) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  509 - 510 - 511 - 512 - 513 - 514 - 515 - 516 - 517 - 518 - 519 - 520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533 - 534  ...