Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1361 resultaten - Pagina 54 van 91

...  42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67  ...
[559] In dit woord lag - geestelijk gezien - immers in feite alles wat in het uiterlijke, de natuur betreffende processen als het ware in levende beelden van de natuur werd uitge­drukt. Het was - nadat de 'zure wijn' van de bitterheid der wereld 'gedronken was' - volbracht: het doordringen en doortrillen van de materie, het openbreken van de ge­vangenissen, de vrijmaking van de door de geest der ont­kenning gekluisterde zielen, had plaatsgevonden.
Hoofdstuk 4: Kruisiging: Over het dragen van het kruis; Over de juiste geest bij het dragen van het kruis. Het berouw van Judas: Het lot van de zelfmoordenaar; De zeven kruiswoorden; De stervensuren; De zon wordt verduisterd - de aarde beeft; Het voorhangsel scheurt - de graven gaan open - Jakob Lorber - Kruis en Kroon
[827] Uit de mond van de Heer horen we: "Volgens de oude ordening kon niemand in de hemel ko­men, die zich eenmaal in de materie bevindt. Van nu af aan zal niemand waarachtig tot Mij in de hoogste en de reine hemel kunnen komen, als hij niet zoals Ik de weg van het stoffelijke en van het vlees is gegaan.
Hoofdstuk 7: De hemelvaart van Christus: Terug in de genadezon; Een toegankelijke Vadergod in een nieuwe hemel. Het dichten van de kloof tussen God en allen die gevallen zijn; Het is volbracht! - Ik heb dorst!; Christus de Middelaar; Het grote getuigenis van Johannes; Aanbidding. Jakob Lorber en de werken van de Nieuwe Openbaring - Jakob Lorber - Kruis en Kroon
[15] Als ik je dus raden mag: doe wat de Niniveërs deden en je zult opnieuw in genade worden aangenomen!'
Hoofdstuk 205: Tullia 's klacht. Maria troost haar. Tullia keert in tot zichzelve. Berouw en boete. Jezus' lievelingskost. De oude en de nieuwe Tullia - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[564] Het sterven van de Mensenzoon, Zijn totale offer van bloed en natuurlijk leven was echter tegelijk ook de grote, alles doordringende overwinning van de in Hem wonende Eeuwige Liefde en Haar geestelijk licht. En daarom 'beefde' de aarde, het zinnebeeld van de materie, de zetel van de oude geest van de duisternis en anti-orde! Iemand die gro­ter en machtiger was had aan de poorten geklopt, was het bolwerk van Lucifer binnengedrongen en had door Zijn ongekend offeren van Zichzelf daarin een geweldige bres geslagen. Satans sfeer, die de onverzettelijke rebel tot dan met alle middelen van zijn sterke wil had verdedigd, was doorbroken en het verbaast ons niet dat hij, dit beseffend en voelend, zich roerde en dat hij in zijn grimmigheid de onderaardse gewelven van zijn kerker ook in de natuur deed schudden.
Hoofdstuk 4: Kruisiging: Over het dragen van het kruis; Over de juiste geest bij het dragen van het kruis. Het berouw van Judas: Het lot van de zelfmoordenaar; De zeven kruiswoorden; De stervensuren; De zon wordt verduisterd - de aarde beeft; Het voorhangsel scheurt - de graven gaan open - Jakob Lorber - Kruis en Kroon
[573] Veel zielen, die 'in de graven vertoefden', beseften dit direct door de wenk en de roep van hun goddelijke geest. Wij vertoeven immers allemaal in het graf van de materie zolang de geest van de eigenliefde over ons heerst - onge­acht of we nog lijfelijk aanwezig zijn op deze aarde, of ons lichaam reeds begraven is en onze ziel zich in het geesten­rijk bevindt. Een graf voor de geest is overal daar aanwezig, waar men niet God, de hemelse Vader in Jezus boven alles liefheeft en vanuit die liefde ook zijn naaste medebroeder als zichzelf.
Hoofdstuk 4: Kruisiging: Over het dragen van het kruis; Over de juiste geest bij het dragen van het kruis. Het berouw van Judas: Het lot van de zelfmoordenaar; De zeven kruiswoorden; De stervensuren; De zon wordt verduisterd - de aarde beeft; Het voorhangsel scheurt - de graven gaan open - Jakob Lorber - Kruis en Kroon
[643] "Omdat Ik Zelf het eeuwige leven ben, kan het nooit zo zijn dat Ik wezens voor de eeuwige dood heb geschapen!", zegt Hij in Van der Hölle bis zum Himmel, een werk dat over het hiernamaals gaat. - "Wel wordt er over een eeuwige dood geschreven, die een eeuwig onveranderlijk gericht is. En dit gericht vloeit uit Mijn orde voort, die on­wrikbaar is. Deze orde is het zogenaamde toornig - of beter gezegd: geestdriftig vuur van Mijn wil, die vanzelf­sprekend eeuwig onveranderlijk moet blijven, omdat dit anders voor al het geschapene direct het einde zou beteke­nen. Wie zich laat meeslepen door de wereld en alles wat zij te bieden heeft, moet zo lang als verloren en dood wor­den beschouwd, als hij zich niet weet los te maken van de materie, waarover het oordeel uitgesproken is. Omwille van de geschapen wezens moet er dus wel een eeuwig ge­richt, een eeuwig vuur en een eeuwige dood bestaan. Maar daarin ligt niet besloten dat een geest die gevangen is ook altijd onvrij zou moeten blijven. - Zijn gevangenis en ge­vangenschap dan niet twee dingen?! De gevangenis is en blijft eeuwig bestaan en het vuur van Mijn ijver mag nimmer doven; maar de gevangenen blijven slechts zo lang in de gevangenis tot ze zich bekeerd hebben."
Hoofdstuk 5: Graflegging: De Heer in het graf van Jozef van Arimathea; Nedergedaald ter helle; De 'niet te overbruggen kloof; De verheerlijking van het lichaam - Jakob Lorber - Kruis en Kroon
[8] Erken dit innerlijk en wek opnieuw je liefde tot Hem op, dan zal Hij zijn dreigementen vlug ge­noeg vergeten en je opnieuw in Zijn Genade opnemen!
Hoofdstuk 205: Tullia 's klacht. Maria troost haar. Tullia keert in tot zichzelve. Berouw en boete. Jezus' lievelingskost. De oude en de nieuwe Tullia - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[3] Waarom hebt U de dode Tullia tot leven gewekt en waartoe moest mijn hart opnieuw gaan kloppen?
Hoofdstuk 205: Tullia 's klacht. Maria troost haar. Tullia keert in tot zichzelve. Berouw en boete. Jezus' lievelingskost. De oude en de nieuwe Tullia - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[52] Dat heeft je toen het leven gekost; opnieuw wekte Ik je op, waarvoor jij de huldiging van de wereld aanvaardde, terwijl je Mij nog niet bemerkte.
Hoofdstuk 204: Maria stelt het Kindje vragen over Zijn liefde voor haar. Het verschil tussen de liefde van mensen en die van God. De gelijke­nis van de koning als minnaar. De toepassing van deze gelijkenis op Tullia en het Jezuskind - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[34] Andermaal meldde zich de bedelaar en opnieuw liet hij zich aandienen.
Hoofdstuk 204: Maria stelt het Kindje vragen over Zijn liefde voor haar. Het verschil tussen de liefde van mensen en die van God. De gelijke­nis van de koning als minnaar. De toepassing van deze gelijkenis op Tullia en het Jezuskind - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[26] Daarna werd ze opnieuw ten leven gewekt; maar al leeft ze, toch ziet ze Mij nog steeds niet staan!
Hoofdstuk 198: Bezorgdheid van Maria en van Eudokia om de herrezen Tullia. Een profetisch beeld van de Mariaverering van Rome. Over de kring van echte Godsvrienden - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[2] Terwijl enkelen haar troost­ten, letten anderen heel nauwkeu­rig op haar, omdat zij zich zorgen maakten dat Tullia mogelijk opnieuw zou Instorten.
Hoofdstuk 198: Bezorgdheid van Maria en van Eudokia om de herrezen Tullia. Een profetisch beeld van de Mariaverering van Rome. Over de kring van echte Godsvrienden - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[16] Nu verschijnt opnieuw de liefde ten tonele; ze geeft duide­lijk blijk van haar vreugde over de onmacht van de Heer .
Hoofdstuk 197: De uitleg van en de toelichting op dit zinrijke spel door het Kindje. De verschillende reddingspogingen van de verdwaalde geesten door de leiding van de mensen door God - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[15] Opnieuw roept de Heer het groepje bijeen; er volgt een nieu­we worp, waarin de Heer zelf kind wordt!
Hoofdstuk 197: De uitleg van en de toelichting op dit zinrijke spel door het Kindje. De verschillende reddingspogingen van de verdwaalde geesten door de leiding van de mensen door God - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
[5] Het Kindje bemerkte dat de sfeer niet goed was en Hij riep daarom allen bijeen. Opnieuw werden de knikkers verdeeld en nu werd er voor de derde maal geworpen.
Hoofdstuk 196: Opnieuw gekibbel tijdens het tweede spelletje. Het eerzuchtige meisje als minister. Hetze tegen het Kindje. Laatste nieuwe worp en herstel van de goddelijke oerorde - Jakob Lorber - De jeugd van Jezus
...  42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67  ...