Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 532 van 1112

...  520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533 - 534 - 535 - 536 - 537 - 538 - 539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545  ...
[12] Ik ken mijn schuld en zie mezelf ontdaan van mijn lichtglans, en ik gun je ook die paar van de mijnen, die zich daar tot jou wenden. Maar het zal nooit in de Almacht opkomen om haar schepping te vernietigen, die eigenlijk mijn werk is, die ik haar in feite bezorgd heb en die ik ook liefheb, evenals Zij; want de schepping is uit mij. Laat de strijd verder bestaan; want pas door deze strijd ontstaat het leven. De verschrikking van de dood is mijn werk, en daardoor houd ik mijn schepselen bij mij, en ze blijven bij mij, opdat mijn eigenschappen in hen kunnen leven. Het is dus goed zoals het is! -Wat wil je dus nog van mij?'
Hoofdstuk 16: De Heer en Lucifer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[1] Nota bene. Velen zullen zich hier afvragen waarom Ik eigenlijk de zielen van Mijn leerlingen uit hun lichamen riep, om hen zo getuige te laten zijn van deze gebeurtenis. Dat vond plaats om twee redenen.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Het is hier nu het moment om voor een goed begrip van het navolgende volkomen duidelijk uiteen te zetten wie en wat Lucifer is, hoe men zich hem moet voorstellen en hoe hij in ieder afzonderlijk mens overwonnen kan worden; want wanneer deze belangrijkste vragen op de juiste manier duidelijk beantwoord zijn, is het pas mogelijk de schepping, Mijn komst naar deze aarde, Mijn lijden en sterven op de juiste wijze op te vatten. Laat de wereld daarom, ontdaan van ieder beeld, luisteren naar het grote geheim van Mijn scheppings en verlossingsplan!
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[1] Nu stonden wij op van onze tafel en liepen het huis uit de weg op. Ik had al gezegd dat dit dorp klein was en dus niet uit al teveel huizen bestond, maar toch had het een gunstige ligging om te overnachten, omdat het een kleine dagreis van Jeruzalem af lag en het laatste was dat op de weg naar Petra een aangenaam onderkomen bood, en wel bij onze waard Mucius. Het lag ook niet al te ver van de Jordaan af, zodat het ook geen gebrek aan water had. Maar wel ontbrak het er aan grote, hoge bomen, die onontbeerlijk zijn omdat zij kwalijke dampen onschadelijk maken en elektriciteit opzuigen en zo de huizen beschermen tegen de uitwasemingen van de Dode Zee, die bij zuidenwind toch sterk merkbaar waren. Alle huizen waren slechts omgeven met tamelijk hoge struiken en enigszins verkommerde, lage bomen, omdat ze door de zoutdampen niet hoog konden worden. Dit te verhelpen was de weldaad die Ik het dorp wilde bewijzen.
Hoofdstuk 13: De Heer zegent het dorp - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[2] Ik sprak dus met Mucius over dit punt, alsook met enkelen van zijn buren, die onmiddellijk kwamen toegesneld toen ze Mij met de leerlingen het huis uit zagen komen; want door de knecht Marcius en anderen hadden ze gehoord over de wonderbaarlijke vermenigvuldiging van het brood en de andere dingen. Allen vroegen Mij of Ik ervoor wilde zorgen dat de gloeiende stralen van de zon, die zich juist in het Jordaandal sterk doen voelen, getemperd werden en of Ik voor bescherming tegen de dampen kon zorgen. Ik zegde hun toe wat ze vroegen, zegende het land, en op hetzelfde ogenblik verhief zich in het zuiden een dicht dennenbos in de richting van de zee en een flink stuk terzijde van de weg, zodat de verandering alleen opgemerkt kon worden door mensen die de streek goed kenden, dennenbomen zijn het meest geschikt om scherpe zoutwaterdampen op te nemen en toch goed te groeien. Dat bos vormde een beschermende wand in de richting van de zee, maar is tegenwoordig ook allang verdwenen.
Hoofdstuk 13: De Heer zegent het dorp - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[13] Mucius haastte zich dit te bevestigen, en men zag de vreugde uit zijn ogen stralen om iets te kunnen doen dat aan Mijn wens beantwoordde. Omdat hij had gehoord dat Ik vandaag nog verder wilde reizen, vroeg de koopman Mij of hij Mij met zijn muildieren van dienst kon zijn, omdat de balen met goederen immers evengoed hier konden blijven en het verkopen ervan geen haast had. Maar Ik zei dat Ik niet over de grote weg via Jericho naar Jeruzalem zou reizen, maar meer naar het noorden het Jordaandal in, waar zijn dieren ons niet zouden kunnen volgen. Hij kon dus wel direct naar Jeruzalem reizen, daar zijn zaken in orde maken en daarna alles voor zijn verhuizing in het werk stellen.
Hoofdstuk 14: De Heer neemt afscheid van de herberg - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[4] Toen de Godheid door processen die voor jullie altijd verborgen zullen blijven, Zichzelf had gevonden en Zich bewust was geworden van Haar scheppende en Haar allesomvattende geest, ontstond er in Haar een machtig golven en dringen, en Ze sprak in Zichzelf: 'Ik wil Mijn ideeën buiten Mij plaatsen, opdat Ik daaraan kan zien waartoe Mijn krachten in staat zijn!' Want zolang er geen activiteit ontstaat, kan de Godheid Zichzelf slechts in geringe mate bewust kennen. Pas in Haar werken wordt Zij Zich steeds meer van haar macht bewust en verheugt Zich daarover (zoals iedere kunstenaar aan zijn eigen scheppingen pas ziet wat hij in zich heeft, en daar vreugde aan beleeft) .
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] De Godheid wilde dus scheppen en sprak vervolgens tegen Zichzelf: 'In Mij rust alle kracht der eeuwigheden; laten Wij derhalve een wezen scheppen dat toegerust is met alle kracht gelijk aan Mijzelf, maar zo, dat het die eigenschappen in zich draagt waarin Ik Mijzelf kan herkennen!' En er werd een geest geschapen die toegerust werd met alle kracht uit Mij, om de krachten die in Mij rusten zichtbaar aan de Godheid te tonen.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[6] In deze geest wilde de Godheid Zelf het vaste punt van Haar eigen werkzame kracht vastleggen, net zoals een mens wanneer hij loopt, in het vaste steunpunt van de aarde pas een vast punt vindt waardoor zijn kracht werkzaam kan zijn om zich voort te bewegen. De weerstand die de aarde zelf biedt is goed, zij is zelfs het middel waardoor de kracht in feite tevoorschijn komt en waardoor voortbeweging plaatsvindt. Deze afgegeven kracht, die in de nieuw ontstane geest werd gelegd, was de tegenpool, dat wil zeggen de door de Godheid gewilde tegenstelling van al die eigenschappen die jullie goddelijk noemen; daarom is die tegenpool echter niet ongoddelijk, maar hij maakt het alleen maar mogelijk om het juiste licht der kennis te verspreiden.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[7] Want iedere eigenschap moet van twee kanten beschouwd kunnen worden, als ze volmaakt is. Daar, waar beide kanten in één punt samenvallen, is dan Mijn volmaaktheid te vinden. Zowel afdalend als opklimmend vanuit dit middelpunt verliezen beide zich in de oneindigheid.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[8] Beschouw als voorbeeld de liefde, de hoogste wet en de meest edele eigenschap in het centrum van Mijn hart! Iedereen zal gemakkelijk inzien dat een uiterst liefdevol mens nog verder kan groeien in zijn liefde; want het is duidelijk dat er reeds op jullie aarde altijd nog een mens is die nog liefdevoller is. En toch zullen jullie merken dat uiterst liefdevolle mensen ook de passende tegenpool in zich hebben, waardoor ze ook in staat zijn om uit liefde en om wijze redenen allerlei wensen niet in te willigen, wanneer ze daarmee degenen die daarmee aankomen enkel schade zouden berokkenen.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[9] Als er nu een wezen geschapen zou worden, dat op die grens geplaatst is, van waaruit het zich vrij naar beide kanten kan ontwikkelen, is het gemakkelijk in te zien dat het dat vermogen om te weigeren steeds meer in zichzelf kan ontwikkelen, zichzelf daarmee steeds meer van de juiste middengrens verwijdert en zich tenslotte tot in de meest oneindige diepten van de tegenpool, dat wil zeggen in de uiterste hardvochtigheid kan verliezen. Jullie kunnen je bij een slecht mens dus altijd nog een slechter, liefdelozer mens voorstellen, die zich in de uiterste verwijdering van die middengrens, totaal in eigenbelang verliest.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[10] Als Ik nu een wezen schiep dat alle, -let wel -zonder uitzondering gerechtvaardigde polen van Mijn goddelijke eigenschappen bevatte, wil dat niet zeggen dat Ik Mij daar volledig van ontdeed, zodat Ik als God nu in zekere zin slechts uit één helft bestond; het wil alleen maar zeggen dat Ik een wezen schiep, dat Ik op die bewuste middengrens plaatste, het toerustte met Mijn almacht, waarmee het dus werkzaam was en het de vrijheid gaf om zich naar boven en naar beneden te ontwikkelen. En vanuit die machtsvolkomenheid liet Ik het in vrijheid begaan.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[11] Dit eerste licht der kennis -dat wil zeggen het kennen van de mogelijkheid om zich opklimmend of afdalend te kunnen ontwikkelen -diende ertoe dat het wezen vrijwillig in het centrum zou blijven, om van daaruit in uiterst nauwe verbinding met de goddelijke Oergeest werkzaam te zijn en met eigen scheppingskracht steeds nieuwe wezens te scheppen, opdat zowel Schepper als schepsel daaraan echte vreugde en in die vreugdevolle werkzaamheid een hogere graad van zaligheid zouden genieten.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[12] Als Ik jullie nu zeg dat deze eerst geschapen geest 'Lucifer' ( d.w.z. 'Lichtdrager') heette, zullen jullie nu ook begrijpen waarom hij zo en niet anders heette. Hij droeg in zichzelf het licht der kennis en was zich als eerste geestelijk wezen zeer wel bewust van de grenzen van de innerlijke geestelijke polariteiten. Toegerust met Mijn volledige macht, riep hij nu andere wezens tot leven, die in alles aan hem gelijk waren, ook de Godheid in zichzelf voel den en hetzelfde licht der kennis in zich zagen ontbranden als bij hem, en eveneens met eigen scheppingskracht te werk gingen en toegerust werden met alle kracht van Mijn geest. In hen kwamen echter bijzondere krachten van Mijn Oergeest afzonderlijk tot uitdrukking, dat wil zeggen, wat hun karakter betreft werden ze overeenkomstig Mijn zeven belangrijkste eigenschappen, derhalve was hun aantal zeven.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
...  520 - 521 - 522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533 - 534 - 535 - 536 - 537 - 538 - 539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545  ...