Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

10915 resultaten - Pagina 534 van 728

...  522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533 - 534 - 535 - 536 - 537 - 538 - 539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545 - 546 - 547  ...
[10] Wat heb je zelf nu nog overgehouden van al je puur aardse streven naar gelukzaligheid? Zie, kruit en lood hebben een absoluut einde gemaakt aan al je inspanningen. Of je het hebt verdiend of niet, laten we buiten beschouwing. Want Ik heb hetzelfde lot moeten dragen, alleen met dit verschil: Ik, voor God en geest; jij echter, voor de wereld en haar vermeende materiële gelukzaligheid. Ik voor het eeuwige, en jij voor het tijdelijke welzijn van de mensen.
Hoofdstuk 25: Zin en doel van de aardse levensschool. Tijdelijke of eeuwige gelukzaligheid? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[5] Maar ondanks dat ik nu deze wijze beperkingen van de absolute vrijheid uiterst noodzakelijk en volgens de natuur van de menselijke orde voor het ware leven zeer redelijk vind, moet ik echter jammer genoeg nog steeds één ding openlijk bekennen: Ik kan de leer dat God de puurste liefde is, en dat men deze liefde boven alles, zijn naaste echter als zichzelf moet liefhebben, volstrekt niet verenigen met alles wat jij me tot nu toe hebt gezegd. En zeker niet, voordat je mij zult overtuigen van het bestaan van een werkelijke Godheid!
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Hoewel ik dit nauwelijks anders kan opvatten, houd ik daar toch niet hardnekkig aan vast en wil ik graag het bestaan van een of andere Godheid aannemen, als jij me dat kunt bewijzen en me haar kunt tonen. Als ik echter zulke beschuldigingen uitte tegen een Godheid die nergens anders dan enkel in ons is, kan ik jouw werkelijk afdoende weerlegging ook des te gemakkelijker als waarheid aannemen: Omdat ze alleen betrekking heeft op onze eigen innerlijke orde, die allereerst helemaal moet worden begrepen vóór ze zich aan een al te oppervlakkige kritische beoordeling kan prijsgeven. Of met andere woorden: 'Mens, ken jezelf eerst helemaal. Beoordeel dan pas je bestaan en al de onvermijdelijke omstandigheden welke de bestemming van je bestaan met zich meebrengt!'
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[6] God moet allereerst definitief aanwezig zijn en zijn natuur en zijn wil volkomen herkend worden, dan valt er pas te praten over noodzakelijkheden. Is God echter slechts een door blind geloof aangenomen, maar nooit een aan het zuivere verstand aantoonbaar wezen, dan moet noodzakelijkerwijs iedere godsdienstleer, ook al zou ze nog zo metafysisch of theosofisch klinken, vanzelf in het niets oplossen.
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Ik spreek jouw onderricht hiermee helemaal niet tegen, want ik zie de realiteit daarvan maar al te duidelijk in. Maar alleen in het geval dat er een Godheid bestaat die zo'n orde als noodzaak voor de ontwikkeling van de mens tot een hoger, vrij wezen heeft ingesteld. Is er echter geen Godheid, dan hoef ik jou helemaal niet tegen te spreken, want dan spreekt de zaak zich vanzelf tegen.
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[12] Als ik echter toch een miserabel produkt mocht zijn van deze grote Godheid, die uit pure liefde mij zo rijkelijk bedeeld de scholingswereld inzond, kan ze dan nu meer van mij terugverlangen dan ze me op de wereldreis heeft meegegeven? Ik vind, waar niets is, daar houdt toch vanzelf ieder recht op. Of bestaat er hier in de geestenwereld wel de een of andere rechtsorde waardoor men ook voor het zuiverste niets iemands schuldenaar kan worden?
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Je zegt weliswaar zoals velen: 'Waarom geschiedt dit afnemen dan niet pijnloos?' Ik zeg je echter: Zou een mens leven volgens de leer van God, dan zou de dood van zijn lichaam voor hem ook slechts een vreugde zijn, of hij zou toch tenminste volkomen pijnloos zijn. Maar omdat de mensen tengevolge van hun vrijheid zich te veel in de antiorde van de materie begeven, hun geest met ijzeren ketenen aan haar hechten en hem opvoeden de wereld te leren liefhebben, moet zo'n scheiding wel met des te meer pijn gepaard gaan naarmate een geest zich vaster heeft gehecht aan de gerichte wereld.
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[8] Bij het beantwoorden van mijn vraag aan jou: Met welk recht een Windischgrätz mij liet doodschieten, kwam jij heel vlug met het excuus: Dat het nu niet het moment was er veel over te zeggen of het terecht of ten onrechte was gebeurd. Want ook jou was een dergelijk lot ten deel gevallen, alleen met dit verschil: Jou, voor God en voor het eeuwig en geestelijk welzijn van de mensen; mij echter omwille van de wereld en haar vergankelijke gelukzaligheid! En ik zou je nu meedelen, wat ik uit de voorbije tijd voor de eeuwigheid heb meegebracht? Vriend, ik ben van mening, dat het beantwoorden van deze vraag me niet zo veel hoofdbrekens zal kosten!
Hoofdstuk 26: Ik geef het leven terug aan Hem, van wie ik het kreeg. Bestaat er een God van liefde die Zijn schepselen zo hardvochtig behandelt? - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Geloof je dan, dat God je zal gebieden om of naar de hel te gaan of in de hemel binnen te gaan? 0, met zulke ideeën hoef je je niet bezig te houden. In dat opzicht ben je volkomen vrij; wat je eigen liefde wil, dat zul je ook krijgen! God kan je ook voor een groot deel behulpzaam zijn, maar alleen als jij het wilt. Wil je echter zulke hulp niet, dan zal God je er ook niet mee nalopen. En wel daarom niet, omdat jij een vrij en van God geheel onafhankelijk leven hebt, dat vrij kan beslissen wat het zelf wil en derhalve ook voor zijn levensvoeding en consolidatie moet zorgen, helemaal onafhankelijk van God, anders zou het waarlijk geen vrij leven zijn!
Hoofdstuk 27: Opheldering over de opvoeding van de mens tot zelfstandigheid. Ogenschijnlijk harde opvoedingsschool. Hoogste Goddelijke liefdewijsheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[4] Als God de mensen echter naakt en in ieder opzicht volkomen hulpeloos in de wereld geboren laat worden, dan gebeurt dat om het mensenleven reeds vanaf dat moment vrij te laten, zodat het al van de geboorte af kan wennen aan het aan-zichzelf-overgelaten-zijn. Dit levens-scheidingsproces moet daarom ook beginnen bij de geboorte, daar het kind dan nog geen voorstellingsvermogen en geen begrip heeft en dus ook niet in staat is om bewust pijn te voelen. Want mocht de mens zo'n levens-scheiding in een toestand van volledig bewustzijn overkomen, dan zou hij de smart en de te grote droefheid helemaal niet kunnen verdragen. Een mens treurt immers ook als door de lichamelijke dood van een van zijn beste vrienden de levensband met hem in zekere zin verbroken wordt. Hoeveel groter zou het verdriet van de mens pas zijn als hij bij volledig bewustzijn van God, zijn eigen levensvader, zou moeten scheiden! Wat echter toch gebeuren moet, omdat zonder deze op zichzelf pijnlijke gebeurtenis, geen leven naast God vrijgesteld kan worden.
Hoofdstuk 27: Opheldering over de opvoeding van de mens tot zelfstandigheid. Ogenschijnlijk harde opvoedingsschool. Hoogste Goddelijke liefdewijsheid - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[7] Toen de mensen uiteindelijk door louter wereldse genoegens hun Schepper totaal begonnen te vergeten, bereikten zij echter ook de uiterste grens ten opzichte van iedere godsorde, waardoor de eeuwige dood hun deel zou moeten worden. Kijk, toen werd het van Gods zijde nodig hen weer meer te naderen en zich hier en daar aan hen te openbaren om de mensheid, die dicht bij haar eeuwige ondergang stond, te redden. Velen lieten zich redden, velen echter niet uit eigen vrije wil! Zou de Godheid hen met haar almacht hebben moeten grijpen toen ze geen gehoor wilden schenken aan haar liefde? Daardoor zouden al die geesten toch voor eeuwig te gronde gericht worden!
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[10] Als zij de schepselen voor eeuwig vrij wil maken, moet haar grootste zorg dan niet zijn, dat deze schepselen niet hoe dan ook weer in de armen van haar almacht terechtkomen, waar het in ieder geval gedaan zou zijn met de vrijheid. Net als wanneer jij kinderen zou hebben en je hen, zo teer als ze zijn, met al je mannelijke kracht aan je borst zou drukken, wat hun natuurlijk het leven zou kosten. Wanneer jij ze echter zou hebben doodgedrukt en je zou nog andere kinderen hebben, zou je die dan niet waarschuwen voor je onbeheerste kracht, of zou je die kracht ook nog op de anderen willen beproeven? De ervaring zou je daar wel voor waarschuwen.
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[11] De Godheid heeft deze ervaring echter niet nodig, daar zij in het bezit is van een grote, oneindige wijsheid. Zij is de enige ware goede Herder van al haar schaapjes en zij kan hen het beste beschermen tegen haar almacht, die ze enkel voor het vormen van de gerichte dingen van de materiële wereld gebruikt, echter nooit voor de vorming van de vrije geesten uit haarzelf. Deze kunnen alleen uit haar liefde en wijsheid ontstaan, daar anders voor hen eeuwig geen vrijheid, en dus ook geen leven kan worden bewerkstelligd! Want Gods almacht brengt alleen maar gericht op gericht voort!'
Hoofdstuk 28: Ook de dood van het lichaam een hulpmiddel van Gods liefde. Van het stervensleed in de oude en in de huidige tijd - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Als echter degenen, over wie de Godheid zo'n vonnis uitspreekt, al vervloekt zijn, dan volgt daaruit in de eerste plaats dat de Godheid hier helemaal niet als rechter, maar slechts als een ordebrengende herder optreedt, en de geesten die zich door de macht van hun eigen wil helemaal van haar hebben afgescheiden, in alle strengheid een andere weg moet wijzen, omdat ze anders, zonder enige band met de liefde van de Godheid, onmiddellijk in de armen van de Almacht zouden terecht komen, waar het dan waarlijk met hen gedaan zou zijn!
Hoofdstuk 29: Ware betekenis van de tekst: 'ga weg van mij, jullie vervloekten!' Iedere kwaadwillige geest vervloekt zichzelf. Zonde tegen de heilige geest - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
[3] Heeft deze zich in zijn onvermijdelijke kwelling soms tot de goddelijke liefde en genade gewend om daarvan verlost te worden? Ik weet alleen dat hij zich tot de geest van Abraham heeft gewend en niet tot de Godheid! De geest van Abraham is echter, hoewel hij als geschapen geest uiterst volmaakt is, toch nooit de Godheid zelf, die alleen helpen kan. Ook in zulke gevallen is de Godheid de niet te overbruggen kloof, waar overheen de geesten van de meest verschillende soort elkaar nooit de hand mogen reiken, want daar werkt alleen Gods geheimste en diepste wijsheid en liefde.
Hoofdstuk 30: Over de rijke zwelger en de arme Lazarus in het hiernamaals. Wie heeft de hel gemaakt? Alleen de boosaardigheid van de geesten - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 1)
...  522 - 523 - 524 - 525 - 526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533 - 534 - 535 - 536 - 537 - 538 - 539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545 - 546 - 547  ...