Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 538 van 1110

...  526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533 - 534 - 535 - 536 - 537 - 538 - 539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545 - 546 - 547 - 548 - 549 - 550 - 551  ...
[5] Ik zei: 'Wie nu in Mij gelooft en aan Mij geen aanstoot neemt, en bovendien de geboden houdt die Mozes heeft gegeven, heeft reeds het eeuwige leven in zich; want Ik geef jullie geen andere wet dan Mozes ook alleen van Mij heeft ontvangen en aan de mensen heeft gegeven.
Hoofdstuk 73: Het wezen van het rijk Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] De waard zei: 'Ja, o Heer en Meester, nu heb ik dat ook begrepen! Maar velen die aan de wereld hangen, zullen dat niet begrijpen en op een uiterlijk groots werelds rijk wachten; maar omdat zoiets volgens Uw zeggen nooit naar waarheid op aarde zal plaatsvinden, zullen velen ook in hun oude blindheid vol gericht en dood blijven.
Hoofdstuk 73: Het wezen van het rijk Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Ik merkte dat wel en zei tegen de ongeduldige leerlingen: 'Hoe vaak heb Ik niet in jullie bijzijn tekenen gedaan, en hoe vaak hebben jullie je niet aan Mijn tafel verzadigd; maar Ik heb van jullie nog maar weinig openlijke dank ontvangen. Laat deze kinderen daarom hun vreugde! Werkelijk, het dankbare gebrabbel van een kind is Mij veel liever dan vele wijze woorden uit de mond van een geleerde, wat wel een genoegen is voor het verstand, maar wat het hart weinig doet. Waarlijk Ik zeg jullie: wie Mij niet tegenover de wereld belijdt, die zal Ik ook niet tegenover de Vader in de hemel belijden! Laat deze kinderen daarom hun vreugde! ,
Hoofdstuk 74: De waard en de commandant worden onderricht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Ik zei: 'la, Mijn beste vriend, Ik zou jou en al deze leerlingen van Mij nog veel te zeggen en te onthullen hebben, maar jullie zouden dat nu nog niet verdragen en begrijpen; maar als Ik jullie de eeuwige geest der waarheid zal zenden en hij jullie zielen zal doordringen, zullen jullie daardoor in alle wijsheid verheven worden.
Hoofdstuk 74: De waard en de commandant worden onderricht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Ik zei:'Ik sliep destijds ten behoeve van jullie zelf, om jullie nog enigszins zwakke geloof een beetje op de proef te stellen en het daardoor te versterken. Bovendien heb Ik ook niet tegen de waard gezegd dat het ook voor Mij raadzamer zou zijn om tijdens de storm, die nu weldra zal losbarsten, te waken dan te slapen; want Ik ben niet degene voor wie Mijn raad als richtsnoer van zijn leven en bestaan moet gelden, maar Ik geef allerlei adviezen en lessen alleen ten behoeve van jullie mensen, opdat jullie je daarnaar richten en in alles volmaakt worden. Als Ik dat wilde zou Ik Mij dus ook nu bij het begin van de storm tot het einde ervan aan de slaap kunnen overgeven, aangezien Ik die raad niet voor Mijzelf heb gegeven; maar vanwege jullie kleinmoedigheid zal ook Ik samen met jullie wakker blijven.'
Hoofdstuk 75: De aankondiging van een op handen zijnde storm - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] De waard zei: 'Beste buren, mijn huis is al heel oud en heeft al veel van zulke beproevingen meegemaakt, en het zal hopelijk ook deze nog wel zonder schade doorstaan! Ik vertrouw op mijn God en Heer, die almachtig en vol liefde is, en Hij zal mijn huis door jullie losgebroken duivels en furiën geen schade laten toebrengen.'
Hoofdstuk 76: De stormnacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] De waard zei: 'Vrienden, als jullie geloof en vertrouwen op een god zo zwak zijn, rest jullie natuurlijk niets anders dan jezelf te helpen, zo goed en zo kwaad als dat gaat; maar mijn enig ware God en Heer heeft mij getrouw duidelijk gemaakt dat deze storm in deze nacht om heel wijze redenen over deze streek zou komen en dat ik er geen angst voor hoef te hebben - en kijk, zoals het mij voorzegd is, is het ook gekomen, en daarom heb ik dus ook geen angst!
Hoofdstuk 76: De stormnacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Jullie nemen toch altijd jullie trotse lijfspreuk: SI TOTUS ILLABATUR ORBIS, IMPAVIDUM FERIE-NT RUINAE* (* Latijn voor: ' Al zou de hele wereld instorten en zouden haar brokstukken over mij heen vallen, ik zou onverschrokken blijven'.) in de mond? Waaruit blijkt bij jullie nu de waarheid daarvan?
Hoofdstuk 76: De stormnacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Ik ben een gelovige Jood, die op mijn enig ware en levende God vertrouwt en bouwt, en ik heb mij nog nooit op zo'n moed laten voorstaan, maar in plaats daarvan leef ik steeds in de juiste eerbied voor God -en kijk, die geeft mij nu meer moed en ware zelfbeheersing dan jullie hoogdravende lijfspreuk. Als jullie zouden doen zoals ik, hadden ook jullie rustig in jullie huizen kunnen blijven!'
Hoofdstuk 76: De stormnacht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Ik zei: 'We hebben toch al vaker zulke nevelige ochtenden en grauwe dagen meegemaakt, en dan ben Ik toch met jullie naar buiten gegaan; zo kunnen we ook deze ochtend wel een uur buiten doorbrengen. Ik wil door deze grijze ochtend een teken doen voor de heidenen die geen enkel geloof hebben, opdat ze daardoor gemakkelijker tot het geloof in één, enig ware God bekeerd kunnen worden, en daarom zullen we deze ochtend ook naar buiten gaan. Maar wie in huis wil blijven, moet dan doen!'
Hoofdstuk 77: Buiten na de storm (23.10.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Kijk, ik heb mij onder de bescherming van één God en in het volste geloof en vertrouwen op Hem zeer wel en zonder enige vrees of angst in deze Joodse herberg bevonden! Als jullie ook zo'n geloof en zo'n vertrouwen hadden, zouden jullie zeker in jullie huizen zijn gebleven zonder enige vrees of angst dat jullie enig ongemak zou kunnen overkomen, terwijl jullie bovendien nog weten dat de huizen al heel veel en misschien wel grotere stormen getrotseerd hebben. Tegen zulke angst en vrees beschermen alleen een vast geloof en een werkelijk vertrouwen op de ene ware, almachtige, uiterst wijze, uiterst goede, alwetende en alziende God. Wie zo'n geloof en zo'n vertrouwen niet heeft, is bij alle stormachtige verschijnselen, die op aarde altijd weer voorkomen, aan alle mogelijke kwelling en pijn blootgesteld, en aan de grootste, wanneer zijn laatste uur onafwendbaar voor de deur staat! - Begrijpen jullie dat?'
Hoofdstuk 77: Buiten na de storm (23.10.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] En zo, hoge gebieder, is het voor ons wel erg moeilijk, zelfs onmogelijk om tot een vast geloof en vertrouwen in onze goden dan wel in de ene God van de Joden te komen, en daarom valt onze oude lijfspreuk ons niet kwalijk te nemen, volgens welke ieder mens zichzelf dient te helpen; en als hij dat niet kan, dan laten zowel de goden als zijn medemensen hem in de steek.
Hoofdstuk 78: De commandant spreekt over hoe men God dient te zoeken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] En omdat dat de allerhoogste en meest waardevolle schat van het menselijk leven is -wat jullie nu wel zullen inzien -loont het zeker de moeite zo'n schat met de grootste ijver en ernst net zo lang te zoeken tot men hem heeft gevonden.
Hoofdstuk 78: De commandant spreekt over hoe men God dient te zoeken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Nu zei Ik: 'Weet, dat een volkomen ernstige wil om een werk te doen, waardoor een zeer hoog en werkelijk uitstekend levensdoel bereikt kan worden, op zichzelf al zo goed als het werk zelf is; want het voltooide werk in zijn volle omvang volgt des te sneller op de eenmaal opgevatte wil, naarmate de wil van degene die een werk begint te verwezenlijken, ernstiger is. Jullie commandant heeft jullie al de juiste weg getoond en de juiste middelen aan de hand gedaan.'
Hoofdstuk 79: De goede voornemens van de buren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Jullie kortzichtige mensen zorgen bij jullie handelingen en werk al voor een bepaalde orde om met zekerheid het doel te bereiken dat jullie je hebben gesteld, en jullie zeggen dat snel en slordig werk nergens goed voor is -zou God, de eeuwige Werkmeester van Zijn grote werken, soms minder wijs en verstandig zijn dan jullie mensen? Laat alles dus maar gebeuren zoals het gebeurt, dan is het wel goed zo!'
Hoofdstuk 80: De naweeën van de storm en de aardbeving - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  526 - 527 - 528 - 529 - 530 - 531 - 532 - 533 - 534 - 535 - 536 - 537 - 538 - 539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545 - 546 - 547 - 548 - 549 - 550 - 551  ...