Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3934 resultaten - Pagina 55 van 263

...  43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68  ...
[10] Want een mens die Mijn woord uitdraagt en onder de mensen uitstrooit, lijkt op een zaaier die prachtig koren nam en het op iedere bodem strooide waar hij maar kwam.
Hoofdstuk 231: De zegen van een verwekking volgens de gestelde orde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[15] Dit beeld dient om jullie te laten beseffen, dat men de parels niet voor de zwijnen moet werpen! Het gaat er vooral om de bodem eerst te reinigen en te bemesten, en dan pas daarop te beginnen met het uitzaaien van het zaad van het levende woord, dan zal het zware werk beslist geen vergeefse moeite geweest zijn! Want bij het werk van de verspreiding van Mijn levende woord is goede wil alleen niet voldoende; een juiste en ware levenswijsheid moet daarbij leiding geven, -als een verspreider van Mijn woord alleen maar een goede en vaste wil heeft, zou je hem kunnen vergelijken met de profeet Bileam, wiens ezel wijzer was dan hijzelf!
Hoofdstuk 231: De zegen van een verwekking volgens de gestelde orde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Wanneer hij nu naar de sterren of de maan of de zon kijkt, wordt dat alles weer opnieuw in zijn brein op de nu getoonde wijze ingeprent, en de ziel kijkt ernaar en beleeft daar een waar genoegen aan, en het geziene wordt door het ware genoegen van de ziel meteen in het inwendige en binnenste van de hersenpiramides, natuurlijk op zeer kleine schaal, veelvoudig, langs de weg van de innerlijke reflexie, ingegraveerd en het kan altijd weer door de ziel gevonden en nog beter bekeken worden.
Hoofdstuk 234: De verbinding van de zintuigen met de hersenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] CYRENIUS zegt: "Ja, maar hoe zal men dan zulke mensen, waarvan er toch ontelbare zijn, Uw woord brengen?"
Hoofdstuk 240: De hersenen van een wereldse geleerde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Ah, bijeen ziel die over zichzelf beschikt en zichzelf volgens het gehoorde woord van God ontwikkelt, is dat heel wat anders! Wat zij heeft, is haar volledige eigendom en zij kan zich daaruit duizend en meer hemelen bouwen, want zij heeft nu haar eigen stof en haar eigen materie, en door de in haar gewekte geest der liefde ook volkomen dezelfde kracht als God om dat te doen, en in alles net zo volmaakt te zijn als ook de Vader in de hemel volmaakt is! En nu verder!
Hoofdstuk 245: De zelfstandige ontwikkeling van een mensenziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Waar later Mijn woord door jullie gepredikt wordt, moet deze les niet ontbreken; want zij bewerkt de grond en de bodem van het leven en, maakt deze vrij van alle dorens en struikgewas en distels, waarvan nog nooit een mens druiven en vijgen geoogst heeft. Als de grond en de bodem eenmaal.gereinigd is, is het niet moeilijk het edele levenszaad in de door het licht uit het hart doorlichte, en door de vlam van de liefde met leven verwarmde, voren te strooien. Niet één korreltje zal er vallen zonder meteen te ontkiemen en zich snel te ontplooien voor het dragen van een rijke levensvrucht! Maar op wilde, ongereinigde grond kunnen jullie zaaien wat je wilt, maar je zult daarmee toch nooit een gezegende oogst binnenhalen!
Hoofdstuk 231: De zegen van een verwekking volgens de gestelde orde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "Hoe slecht zulke mensen noodzakelijkerwijs ook zijn, toch is er van hen eerder een volmaakt mens te maken dan van een echte wereldse geleerde. Deze hebben weliswaar in veelopzichten - dat wil zeggen op één punt gericht, dat meestal zelfzuchtig is - een behoorlijk scherp verstand, omdat de piramidehersenplaatjes op z'n minst in het centrum van de hersenen bij ieder mens voor een deel en regelsgewijs behouden blijven, hetgeen maakt dat veel geleerden, soms door elkaar onderling te raadplegen, iets bijzonders ontdekken, echter alleen maar voor zuiver aardse doeleinden; al het innerlijke, diepere geestelijke blijft hun vreemd. Want tussen de wereldse voordelen en de eeuwigdurende van de geest en de ziel blijft een onoverkomelijke kloof, die ook het scherpste, wereldse verstand nooit of te nimmer zal overbruggen.
Hoofdstuk 236: Het ongeluk van de wereldse geleerde in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Kijk, ook een os heeft een muil, met daarin een heel grote tong en tanden en hij heeft ook een stem. Het gevolg daarvan zou moeten zijn dat hij ook heel goed zou kunnen Ieren spreken; maar, probeer eens of je een os in twintig jaar zover kun krijgen dat hij ook maar een éénlettergrepig woord tegen je kan spreken! En toch zeg Ik je dat het nog eerder mogelijk zou zijn een os te laten spreken, dan een mens die zulke hersenen heeft, begrip voor iets bovennatuurlijks bij te brengen! Want als je met hem over iets begint te praten dat boven de zeer beperkte horizon van zijn kennis uitstijgt, zal hij je hoogstens heel goedmoedig uitlachen en je voor een dwaas gaan houden. En als je ermee doorgaat hem lastig te vallen met zulke dingen, die voor hem te veel op sprookjes lijken, zal hij woest worden en je nijdig de deur wijzen!"
Hoofdstuk 240: De hersenen van een wereldse geleerde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] En dat is nu de taak die Ik Mijzelf voor jullie gesteld heb, en jullie taak voor de naasten zal volgen! Weliswaar mogen jullie geen hoop koesteren dat dat allemaal al binnen enkele jaren plaats zal kunnen vinden! Ik zeg jullie: Over duizend jaar en meer, zal meer dan de helft van de wereldbevolking nog geen syllabe van Mijn woord gehoord hebben!
Hoofdstuk 247: Over de bezetenheid. De langzame uitbreiding van het evangelie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Want wie Mijn woord aan de mensen predikt, maar door de macht daarvan niets kan teweegbrengen, is nog een zwakke dienaar van Degene, Die hem gezonden heeft om aan de volkeren der aarde het nieuwe Woord van al het leven uit de hemelen te brengen.
Hoofdstuk 248: Op het juiste moment wonderen doen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Want blind, fanatiek geloof, op waarheid of op leugen berustend, heeft nu eenmaal voor het leven geen innerlijke waarde, en is naderhand moeilijk ooit nog bij een volk dat daarin gevangen zit, weg te nemen. En zolang een volk fanatiek gelooft, bevindt het zich geestelijk in het gericht en zodoende in de diepste slavernij van de ziel, en het is alleen maar te helpen, zowel hier als in het hiernamaals, door een langdurig onderricht door woorden en daden, en door een zeer grondige en tevens zeer begrijpelijke uitleg van al het wonderbaarlijke dat in wezen de zielen van het volk gevangen hield.
Hoofdstuk 249: Tekenen voor de uitbreiding van de leer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Waar jullie dus voldoende hebben aan het woord, moet je geen tekenen doen; want dat zijn tot op heden nog altijd de middelen van de valse profeten geweest, waarmee zij altijd de blinde volkeren nog blinder gemaakt hebben dan zij voordien waren. Ik wil daarmee echter natuurlijk niet zeggen, dat jullie ook in noodgevallen geen tekenen moeten doen! Jullie zullen bij allerlei heidenen komen, waarvan de priesters heel goed de kunst verstaan om allerlei tekenen te verrichten en allerlei voorspellingen te doen, die óf door een geraffineerde, dubbelzinnige manier van uitdrukken, óf door wijdvertakte, afgesproken middelen altijd in vervulling gaan, hetgeen allemaal ingegeven wordt door satan en zijn engelen, en allemaal tot uitdrukking komt in de kwade wil van de mens.
Hoofdstuk 249: Tekenen voor de uitbreiding van de leer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Mijn beste Mathaël, nu weet je ook hoe jij geheel volgens Mijn wil door woord en daad te werk moet gaan met de uitbreiding van Mijn leer bij de volkeren waarover jij in de toekomst zult regeren, en dat geldt ook voor je vier metgezellen!"
Hoofdstuk 249: Tekenen voor de uitbreiding van de leer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Maar opdat jullie zelf volmaakt vrije verkondigers van Mijn woord zouden worden voor alle tijden der tijden, kwam Ik lichamelijk tot jullie op deze aarde, waar Ik voor de gehele oneindigheid de kweekplaats van Mijn kinderen heb opgericht, om jullie in staat te stellen als Mijn vrije kinderen ook vrij uit Mijn mond de leer te vernemen, haar te beoordelen en dan ook verder te verbreiden onder de volkeren der aarde; en wie haar in haar zuiverheid vrij zal aannemen, zal daarmee ook vrij het recht krijgen op het meest gelukkig makende kindschap van God.
Hoofdstuk 250: Moeilijkheden bij het verbreiden van de zuivere leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Wie echter deze leer van Mij, die Ik nu aan jullie heb gegeven, niet vrij, maar met wat voor geweld dan ook krijgt opgedrongen, zal net zo lang geen deel kunnen hebben aan het recht op het ware kindschap van God, tot hij zich vrij, geheel uit eigen wil, hetzij hier of ook in het hiernamaals met al zijn krachten aan Mij en Mijn zuivere woord gaat wijden en dit woord vrijwillig tot richtsnoer van zijn leven maakt.
Hoofdstuk 250: Moeilijkheden bij het verbreiden van de zuivere leer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68  ...