Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2083 resultaten - Pagina 55 van 139

...  43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68  ...
[15] Ja, mijn beste vriend, het rijk Gods heeft in alle opzichten een eindeloze uitgestrektheid! Als wij volmaakte geesten ons niet sneller zouden kunnen bewegen dan jullie mensen op deze aarde, zou het er met het verrichten van de wil van de Heer op zeer veraf gelegen plaatsen van Zijn scheppingen erg bedenkelijk uitzien -maar omdat de tijd en de ruimte voor ons volmaakte geesten helemaal geen belemmering kunnen vormen, kan ook de orde van de Heer in de hele oneindigheid nooit ook maar enigszins verstoord raken. Begrijp je dat, mijn beste vriend en broeder?'
Hoofdstuk 202: Rafaëls bewijs van zijn snelheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] En als er reeds op deze aarde een zeer uiteenlopende gradatie bestaat in de ontwikkeling van de mensen, hoeveel te meer is dat dan in het rijk van de geesten het geval!
Hoofdstuk 204: De dierenwonderen van Rafaël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Ik zei: 'Dat heb je goed en waar gezegd, en in de hemel is het inderdaad de hoogste zaligheid van alle voleindigde geesten, als ze zich bij Mij kunnen ophouden en met Mij kunnen praten en omgaan.
Hoofdstuk 206: Waarom volmaakte geesten zalig zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Maar die overgrote zaligheid komt in feite toch niet voort uit Mijn heel eenvoudige persoonlijkheid, waarin Ik evengoed een mens ben als jij en als geest evenzeer een geest ben als deze oer-aartsengel Rafaël; maar de voornaamste zaligheid van de volmaakte geesten is gelegen in het feit dat ze Mijn eindeloze volmaaktheden steeds vollediger, helderder en dieper herkennen in Mijn eindeloos vele werken die grenzeloos en onbeperkt zijn.
Hoofdstuk 206: Waarom volmaakte geesten zalig zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Uit die kwade stoffen komt dan echter nog een ander kwaad voort. Als namelijk de slechte, nog ongegiste natuurgeesten uit de invloedssfeer van zo iemand duidelijk merken dat zich in zijn buik en zijn onderlichaam al een groot aantal aan hen verwante natuurgeesten hebben verzameld, dringen ze weldra het lichaam van zo'n mens binnen en verenigen zich met die soortgelijke geesten in het lichaam.
Hoofdstuk 209: Het voedingsproces in het menselijke lichaam - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Maar dat alles is niet de enige erge toestand die de mens zich door zijn vraat en drankzucht op de hals heeft gehaald; er komt nog een derde, veel ergere bij, en die bestaat uit het zogenaamde bezeten zijn door één of verschillende werkelijk boze geesten, die korter of langer geleden in werkelijkheid in het lichaam van de een of andere mens hun leven ter beproeving van hun vrijheid hebben doorgemaakt.
Hoofdstuk 209: Het voedingsproces in het menselijke lichaam - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Ik heb de mens op deze aarde geplaatst om heerser en heer te zijn over alle schepselen -wat hij echter al heel lang niet meer is, en hij moet zich daarentegen door de schepselen van deze aarde laten overheersen. Maar als hij door Mijn geest weer datgene wordt wat hij zou moeten zijn, zal hij weer heer en beheerser van alle schepselen worden en in staat zijn om ze voor zichzelf dienstbaar en nuttig te maken.
Hoofdstuk 213: Over het verkondigen van het evangelie aan alle schepselen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Ik zei: 'Hij is een Galileeër en van beroep pottenbakker. Hij is van al Mijn leerlingen het meest bedreven in de Schrift en als leraar een begaafd redenaar; maar hij is daarbij zeer geldzuchtig, en dat is de eigenlijke duivel in hem die hij niet kwijt zal raken -want alle soorten duivels en boze geesten zijn, als ze het hart van een mens eenmaal in hun greep hebben gekregen, gemakkelijker uit de mens te verwijderen dan de gierigheidsduivel.
Hoofdstuk 223: Judas Iskariot (30.5.1864) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Maar als dit niet tot de naastenliefde behoort, dan behoort over het algemeen het uitstellen van een werk tot de volgende dag, terwijl men het ook heel goed een dag eerder had kunnen doen, niet tot de naastenliefde, maar zo'n uitstel van werk behoort tot de klasse der traagheid van de mensen -en traagheid is altijd het begin van allerlei zonden en ondeugden. Want iemand die altijd aan het werk is met juiste en goede dingen zal weinig tijd hebben om de een of andere zonde te begaan; maar een traag mens zal er in zijn traagheid steeds meer over beginnen na te denken waarmee hij zijn verveling, die ontsproten is aan zijn passiviteit, zou kunnen verdrijven. En omdat ieder mens voortdurend zowel door goede als door slechte geesten omringd wordt, spreekt het vanzelf dat de boze geesten zich eerder tot een traag mens toegang kunnen verschaffen dan tot een werkzaam mens; en als die boze geesten zich eenmaal toegang tot een mens hebben verschaft, verstrikken ze zijn gemoed weldra in allerlei nutteloze fantasieën en trekken hem steeds verder naar beneden in hun smerige en duistere sferen.
Hoofdstuk 224: De Heer waarschuwt tegen traagheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Van welke aard die bezigheden echter zijn, zal Ik jullie .Hoofdstuk 11: Over de innerlijke opwekking en over het voortleven na de dood - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[9] Als er nu een wezen geschapen zou worden, dat op die grens geplaatst is, van waaruit het zich vrij naar beide kanten kan ontwikkelen, is het gemakkelijk in te zien dat het dat vermogen om te weigeren steeds meer in zichzelf kan ontwikkelen, zichzelf daarmee steeds meer van de juiste middengrens verwijdert en zich tenslotte tot in de meest oneindige diepten van de tegenpool, dat wil zeggen in de uiterste hardvochtigheid kan verliezen. Jullie kunnen je bij een slecht mens dus altijd nog een slechter, liefdelozer mens voorstellen, die zich in de uiterste verwijdering van die middengrens, totaal in eigenbelang verliest.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[17] Vanzelfsprekend kwam de vraag op: wat moet er nu gebeuren met dit leger van gevallen geesten, die als het ware dood, dat wil zeggen zonder werkzaamheid waren?
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[18] Er stonden slechts twee wegen open. De eerste weg was: Lucifer met zijn aanhang te vernietigen, om daarna een tweede te scheppen, die waarschijnlijk aan dezelfde dwaling onderworpen geweest zou zijn, aangezien er geen volmaaktere geest geheel vrij buiten Mij gesteld en die derhalve onafhankelijk van Mijn wil geschapen kon worden. Het scheppen van machines die willoos uitvoeren wat Ik beveel was geen probleem. Maar om het licht van het zelfbewustzijn te verwerven was de tot nu toe gekozen weg de enige. Omdat echter door, dat wil zeggen door middel van Lucifer ook de andere geesten waren geschapen die Mij trouw waren gebleven, behoorden zij tot zijn sfeer. Een plotselinge vernietiging van Lucifer zou dus ook de vernietiging van alle levende wezens hebben betekend.
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[26] Kijk, zo'n chemicus ben Ik! Ik heb de onzuiver geworden kristallen (Lucifer en zijn aanhang) opgelost in het warme water van de liefde en heb die zielen nu weer opnieuw laten uitkristalliseren om ze helder te laten worden. Dat dat gebeurt door het opklimmen door het mineralenrijk en het plantenrijk tot aan de mens, is jullie bekend. Maar omdat de ziel van Lucifer de totale materiële schepping omsluit, moet deze zich ook in de vorm van een mens uitdrukken. Daarom verenigen zich ook steeds alle verenigingen van geesten in één persoon, die door de leider van die vereniging wordt uitgedrukt, en vormen datgene wat men zijn sfeer noemt. Iets dergelijks, wat dit duidelijk uitdrukt, bestaat er op het materiële vlak niet, daarom zeg Ik: open het gevoel van jullie ziel!
Hoofdstuk 17: De onthulling van het scheppings en verlossingsplan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[7] Kijk, Ik zeg je dat allemaal, Raël, opdat de laatste rest van jouw filosofie, die jou gebiedt verdiensten te vergaren om daardoor geestelijk vooruit te komen, in het juiste licht wordt geplaatst, en opdat je weet dat alle verdiensten zonder liefde voor Mij niets voorstellen! -Maar we zullen dat nu laten rusten!'
Hoofdstuk 22: De Heer spreekt over verdienste - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
...  43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68  ...