15542 resultaten - Pagina 55 van 1037
... 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 ...
[2] Echt, u hebt het maar aan Een hier te danken, dat ik u niet snel laat ontkleden, de vloek van de keizer over u uitspreek en dan overgeef aan de gerechtsdienaars, die staan te popelen om het vonnis uit te voeren! En deze Ene staat naast mij, de goddelijke Jezus uit Nazareth, die u allang hebt vervloekt en die door u nu van de ene plaats naar de andere vervolgd wordt alleen maar omdat Hij zo eerlijk is, om het door u verblinde volk te laten zien, wie u in werkelijkheid bent.Hoofdstuk 239: De tempelschatten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] U laat zich als zogenaamde gezalfde knechten van de Allerhoogste door het geestelijk doodgeslagen volk goddelijke eer bewijzen, en bovendien eist u niet op te brengen offers van het arme volk om daarvoor de poort naar Gods licht en levensrijk met ijzeren deuren en sloten te barricaderen.
Hoofdstuk 239: De tempelschatten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Baram en Kisjonah hebben goede schepen, en bij gunstige wind zullen jullie in een paar uur klaar zijn met de ontruiming bij Chorazin; een deel van de mannen moet zich echter bezig houden met de ontruiming van de Kisjonah-grot, en als jullie een beetje opschieten, kunnen jullie de schatten uit beide grotten vóór de avond hier hebben en ze morgen naar de plaatsen van bestemming afzenden!
Hoofdstuk 240: De afrekening. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Ik zou de schatten wel allemaal in een oogwenk door Archiël hier kunnen laten brengen, maar er is hier nu te veel volk, en zo'n wonder zou te veel opzien baren; daarom doe ik dat niet. Maar Ik zal jullie toch in het geheim zo helpen, dat je dit werk -waarvoor je normaal gesproken zeker drie dagen nodig zou hebben - in één dag, dus vandaag, helemaal klaar krijgt. Treuzel nu echter niet, maar ga naar links en rechts!
Hoofdstuk 240: De afrekening. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Pilah moet hier blijven; want hij is al te goed voor dat soort zaken, waarmee kinderen van God zich zo weinig mogelijk moeten bezig houden. Ook behoef jij niet persoonlijk naar de twee aangeduide plaatsen mee te gaan, maar een commissaris is voldoende, als je hem de nodige volmacht geeft. Wij zullen ons intussen bezig houden met de verdeling van de panden en het teruggeven van de kinderen aan de betreffende ouders.'
Hoofdstuk 240: De afrekening. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Wie anders dan Faustus is het meest tevreden over deze regeling!? Want hij heeft er op drie manieren voordeel aan: ten eerste blijft hij bij Mij, ten tweede bij zijn jonge echtgenote die hij nu buitengewoon liefheeft, en ten derde heeft hij nu tijd om aan de keizer een instructief schrijven en een geleide en bestemmingsbrief op goed perkament op te stellen en al de gelden en schatten reeds de volgende dag naar de plaats van bestemming te versturen.
Hoofdstuk 240: De afrekening. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Dan zeggen de elf: 'Heer, wij hebben er nog één achter Chorazin, waarin oude schatten bewaard worden, die ten tijde van de Babylonische ballingschap uit de tempel en uit andere godshuizen daarheen gebracht zijn. Tot in onze tijd wist niemand iets daarvan; maar wij jaagden ongeveer zeven jaar geleden op korhoenders en wij zochten bijen en honing in het bos. Toen vonden wij na ongeveer dertig veldwegen gaans, al bijna helemaal op het Griekse gebiedsdeel, waar zich een middelmatig gebergte verheft, een plaats waar de honing en de was letterlijk over een vier mans hoge en loodrecht steile wand naar beneden liep. Bovenaan de wand was een opening te zien zo groot, dat een knaap van ongeveer twaalf jaar daarin rechtop zou kunnen staan.
Hoofdstuk 239: De tempelschatten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Als de beide commissarissen vertrekken om de bewuste schatten op te halen, beginnen wij meteen met de verdeling van de panden en de kinderen, die 's nacht al merendeels hun ouders gevonden hebben; maar er waren er toch een aantal, waarvan de ouders ziek thuis lagen van hartzeer en verdriet en daarom niet naar Kis konden komen om daar hun kinderen en andere zaken af te halen.
Hoofdstuk 240: De afrekening. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Die ouders gaven dan hun buren opdracht om hun kinderen en hun eigendommen, als die na de bekendmaking nog aanwezig waren, in ontvangst te nemen; en zo werd daar bij de verdeling ook rekening mee gehouden, en iedereen kreeg exact wat hem toekwam. En iedereen kreeg van Kisjonah, uit het derde deel van de schat uit de grot, op grond van de nog komende afrekening zoals Ik die bepaald had, een som van honderd pond. Na dit werk en deze schenking mochten alle deelhebbenden, waar er natuurlijk een paar honderd van waren, weer uit Kis naar huis gaan nadat hen eerst nog door Faustus een goede les en vermaning werd gegeven.
Hoofdstuk 240: De afrekening. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Kisjonah liet alle vrachtschepen klaarmaken, en de hele grote karavaan, die thuis hoorde in Chorazin, Kapérnaum en Nazareth, werd op die manier weer naar huis gebracht, en de verdeling en het naar huis sturen duurde nauwelijks iets meer dan zeven en een half uur.
Hoofdstuk 240: De afrekening. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Hoe zit dat nu? Deze kinderen zouden, als ze hier niet opgevangen waren, als pand van de Farizeeën in hoogstens tien tot twaalf dagen, voor een deel in Sidon, Tyrus, Césaréa, Antiochië en zelfs in Alexandria door de vaste slavenhandelaars verkocht zijn. Misschien meer dan de helft daarvan waren toch wel kinderen met een goede opvoeding, en er staat nergens aangegeven, dat Ik hen als grote kindervriend bezocht of zelfs maar een woordje met hen sprak. In andere gevallen daarentegen liet Ik de kleinen toch meteen naar Mij toe komen om ze aan Mijn hart te drukken en te zegenen!
Hoofdstuk 241: Een woord voor onze tijd. (26.7.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Want er is een groot verschil tussen een rein en een heel onrein kind. Het eerste kan direkt door Mij geleid worden, maar het tweede kan slechts indirect op naar behoefte nodige doornige wegen geleid worden, zoals in dit waar beschreven geval duidelijk zichtbaar is.
Hoofdstuk 241: Een woord voor onze tijd. (26.7.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Ook de voor de ouders vaak bittere vroege lichamelijke dood van hun kinderen vindt hierin zijn oorzaak; daarom moeten vooral naar aardse maatstaven rijke ouders er goed op letten, dat hun kinderen doelmatig voedsel gebruiken.
Hoofdstuk 242: Ons dagelijkse voedsel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Maar in deze tijd, waar men zelfs naar de vreemdsoortigste lekkernijen op zoek gaat en er helemaal niet meer aan denkt, of iets rein of onrein is en men in menig land domweg alles naar binnen werkt wat maar eetbaar lijkt, is het toch wel een wonder dat de blinde mensen lichamelijk nog niet die dierlijke vorm aangenomen hebben, die hun ziel al helemaal heeft.
Hoofdstuk 242: Ons dagelijkse voedsel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[15] Maar nu eindig Ik deze noodzakelijke verklaring, en dus weer terug naar de hoofdzaak!'
Hoofdstuk 242: Ons dagelijkse voedsel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)