Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 547 van 1166

...  535 - 536 - 537 - 538 - 539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545 - 546 - 547 - 548 - 549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560  ...
[5] Ik zei: 'Nu waren je woorden goed; maar als je nog eens 'Heil de hoge goden van Rome!' zult roepen, zal de dood niet ver van je zijn! Voor alle mensen, of ze nu Joden zijn of heidenen, naar waarheid een vriend te zijn is goed en juist, en is ook Mijn wil - want ook Ik laat Mijn zon in gelijke mate over joden en heidenen schijnen en stralen. Maar mensen die in hun oude blindheid naar licht smachten, nog in hun dwaling te versterken in plaats van hen uit ware, zuivere en belangeloze naastenliefde naar de weg van het oerlicht te leiden, is slechter dan een dief en een straatrover te zijn. Onthoud dat, oude dubbelzinnige leraar, die de joden de God van Abraham, Isaak en Jacob vaak met vurige ijver hebt onderwezen, maar direct daarna naar de school van de heidenen ging en tegenover hen laatdunkend deed over de God van Abraham, Isaak en Jacob en Hem belachelijk maakte! Wees ofwel een volmaakte jood, of word een heiden, als je in het heidendom een grotere bevrediging vindt voor je kameleonachtige ziel!'
Hoofdstuk 38: De Heer waarschuwt de rabbi - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] De rabbi zei: 'Heer, wees mij, grote zondaar tegenover U, genadig en barmhartig, en vergeef mij mijn vele grote zonden!'
Hoofdstuk 38: De Heer waarschuwt de rabbi - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Hierop zei de commandant tegen Mij: 'Heer, ik zal de zaak wel voor hem in orde maken, en hij zal nu zelf wel begrepen hebben wat hem in het vervolg te doen staat! Maar ik denk dat wij in de toekomst geen heidense priester meer nodig zullen hebben. Of onze kinderen door heidense of Joodse leraren in het lezen, schrijven en rekenen onderwezen worden zal wel om het even zijn, en dus kan deze rabbi onze kinderen in die drie vakken wel verder onderwijzen; wat de godsdienst echter betreft, zal ik er zelf wel voor zorgen dat ons oude veelgodendom zo snel mogelijk in een één godendom wordt veranderd. Maar nu vraag ik U, goddelijke Meester en Heer en van nu af aan onze God, of U ons, die tot nu toe heidenen zijn geweest, de juiste weg zou willen wijzen die wij in de toekomst dienen te gaan; want tot nu toe bevinden wij ons nog in de oude duisternis.'
Hoofdstuk 38: De Heer waarschuwt de rabbi - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[10] Die leerrede duurde zeven volle uren, dus tot bijna drie uur na de middag, en allen geloofden in Mij -ook degenen die buiten het huis waren, aangezien ze Mijn woorden door de open ramen gehoord hadden.
Hoofdstuk 38: De Heer waarschuwt de rabbi - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[11] Pas toen Ik Mijn prediking had beëindigd werd het middagmaal opgediend, waar ook diegenen aan deel moesten nemen, die buiten gelovig waren geworden.
Hoofdstuk 38: De Heer waarschuwt de rabbi - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] Na de maaltijd, die meer dan een uur had geduurd, liep Ik met de commandant de stad rond en maakte alle zieken gezond, en steeds meer volk volgde Mij. Mijn leerlingen bleven echter in de herberg en onderrichtten de joden.
Hoofdstuk 39: De leerlingen en de Heer onderwijzen de inwoners van Pella (31.8.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Zij, de joden van Pella, wisten echter niet dat er bij Mijn komst in deze wereld in de een of andere stad een poort verwijd en een deur verhoogd was.
Hoofdstuk 39: De leerlingen en de Heer onderwijzen de inwoners van Pella (31.8.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Toen Ik met de commandant, zijn ondergeschikten, zijn vrouwen zijn genezen dochter alsook met de genezen zoon van de waard de kamer binnenkwam, viel er een stilte onder de joden en ze bekeken Mij, om te zien of ze aan Mijn persoon ook iets buitengewoons konden ontdekken.
Hoofdstuk 39: De leerlingen en de Heer onderwijzen de inwoners van Pella (31.8.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] ja, de joden hadden bij Mijn komst in deze wereld de poorten van hun harten wijd en de deuren van hun zielen hoog moeten maken; maar ze sloegen al sinds heel lange tijd geen acht meer op de oproep van David. Daarom kwamen ze ook in de Babylonische gevangenschap en zijn ze. slaven van de heidenen geworden, uit welke slavernij ze nooit verlost zullen worden als ze in hun oude halsstarrigheid volharden.
Hoofdstuk 39: De leerlingen en de Heer onderwijzen de inwoners van Pella (31.8.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Maar daar staan de heidenen; zij hebben de poorten van hun harten bij Mijn verschijnen wel direct wijd gemaakt en de deuren van hun zielen verhoogd tot ver boven alle sterren. Daarom ook zal het licht de joden worden afgenomen en zal het aan de heidenen worden gegeven!'
Hoofdstuk 39: De leerlingen en de Heer onderwijzen de inwoners van Pella (31.8.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Maar Ik zei tegen hen: 'Uit de mond van Mijn leerlingen hebben jullie de volle waarheid gehoord, en een andere, uitgebreidere waarheid is er niet; geloof het en handel ernaar, dan zullen jullie harten en zielen nog breder en hoger verlicht worden!
Hoofdstuk 39: De leerlingen en de Heer onderwijzen de inwoners van Pella (31.8.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Toen de meer gelovige joden dat uit Mijn mond hadden gehoord, liepen ze direct naar buiten naar de juichende heidenen, en ze hoorden hoe die de God van Abraham, Isaäk en Jacob in Mij hoog loofden en prezen; en ze waren niet weinig verbaasd, toen ze dat hoorden uit de mond van de heidenen en hun genezen zieken. Toen werden ook de meeste joden gelovig, gingen naar huis en spraken met elkaar over alles wat ze eerder van de leerlingen hadden gehoord en wat Ik tegen hen had gezegd. De lovende woorden van de heidenen hadden hun harten veel wijder gemaakt en de gedachten van hun zielen verhoogd, en ze begonnen te begrijpen wat David met zijn psalm had bedoeld.
Hoofdstuk 39: De leerlingen en de Heer onderwijzen de inwoners van Pella (31.8.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Ik zei: 'Enerzijds heeft jullie geloof je geholpen en anderzijds Ik door jullie geloof en door jullie snelontbrande liefde voor Mij en daarmee ook voor Degene die in Mij woont en die jullie nog duidelijker zullen leren kennen Wanneer Mijn geest van eeuwige waarheid en wijsheid binnenkort over jullie uitgegoten zal worden. Maar nu moeten ook jullie naar huis gaan en tot morgen rusten; maar kom dan weer hierheen, dan zullen we nog over veel dingen met elkaar spreken!'
Hoofdstuk 40: De Heer kijkt met de commandant op een heuvel naar de aanbrekende ochtend - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[18] De commandant zei: 'Kijk, o Heer en Meester, als ik nu Uw antwoord overdenk, dat toch helderder is dan de helderste waterdruppel, dan verbaas ik mij over mijn eigen domheid, dat zoiets niet vanzelf in mijn overigens toch niet zo zwakke verstand is opgekomen, omdat ik immers niet alleen vast geloof, maar ook overtuigd ben wie ik in U zo onmetelijk genadig voor mij heb!'
Hoofdstuk 40: De Heer kijkt met de commandant op een heuvel naar de aanbrekende ochtend - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[19] Ik zei: 'Maak je daar niet druk om; want de wereld is door Mij zo ingericht, dat alles zich heel geleidelijk aan moet ontplooien en ontwikkelen! Kijk naar het ontstaan van de dag, kijk naar de ontwikkeling van de planten, de dieren en tenslotte nog meer van de mensen; dan zul je gemakkelijk begrijpen om welke reden jou bij je eerste binnenkomst in Mijn rijk nog niet alles zo duidelijk kan zijn als het je later ooit zal worden, wanneer Mijn geest zich meer en meer in jou zal uitbreiden en jij in één ogenblik meer zult vatten en beter begrijpen dan je tot nu toe kon door jarenlang te denken! Daar kun je nu dus helemaal gerust over zijn, omdat jij je al op de beste weg bevindt! Laten we daarom nu verder naar de taferelen van de mooie ochtend kijken!'
Hoofdstuk 40: De Heer kijkt met de commandant op een heuvel naar de aanbrekende ochtend - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  535 - 536 - 537 - 538 - 539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545 - 546 - 547 - 548 - 549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560  ...