Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 549 van 1112

...  537 - 538 - 539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545 - 546 - 547 - 548 - 549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562  ...
[29] Wij sloegen de weg naar Jericho in en zagen weldra judas naar ons toekomen, die vanaf de heuvelons vertrek had opgemerkt en zich bij ons aansloot, zonder op de gezichten van de apostelen te letten, die daar nu niet direct blij mee waren. Deze reis maakte Ik nu alleen met de twaalf, en van Mijn overige aanhangers was er verder niemand meer bij ons.
Hoofdstuk 69: Het gesprek tussen judas en Thomas. Het afscheid van Bethanië Verblijf aan de Jordaan - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] Daarna vertrok judas en begaf zich naar Jeruzalem. Al spoedig kwam hij daar te weten dat iedereen verbaasd was over Mijn plotselinge verdwijning. Van de grote opwinding die Mijn intocht had veroorzaakt, was niets meer over, en over het algemeen meende het volk dat Ik voor de macht van de tempel gevlucht was. De tempel zelf werd door de tempelwachters en de soldaten van Herodes scherp bewaakt. Bovendien trokken er dagelijks Romeinse soldaten door de stad om eventuele samenscholingen uiteen te drijven. De tempel had bij de landvoogd Pontius Pilatus al bescherming gezocht tegen een eventuele oproer en Mij als volksopruier aangeklaagd.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[1] Ook Judas luisterde mee, maar zonder daardoor van zijn verkeerde opvattingen bevrijd te kunnen worden. Integendeel, hij raakte er alleen maar meer van overtuigd dat het iemand niet zo gauw zou lukken de kracht Gods zó met zichzelf te verenigen, dat er na Mij een ander als Messias zou kunnen optreden om de wereld te bevrijden. Hij beschouwde het daarom alleen maar als roemrijk en verheugde zich in zijn eerzuchtige gedachten, dat hij degene zou kunnen zijn die de naar zijn mening noodzakelijke, laatste dwingende stap zou voorbereiden die Mij ertoe moest brengen volgens zijn wensen van de Mij verleende macht gebruik te maken. Hij kwam zichzelf als een soort verlosser voor en meende in zijn verblinding door Mij te kunnen werken. Toen de gedachte, dat hij Mij zou kunnen dwingen, eenmaal in hem was ontwaakt en zijn vaste overtuiging bleef bestaan dat Ik ieder gevaar zou kunnen trotseren en ook gemakkelijk overwinnen, leek hem ook alles juist, wat ertoe kon bijdragen om dat plan te verwezenlijken.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[8] In een geheime zitting werden nu eens deze, dan weer andere middelen overwogen, zonder dat de tempelheren het eens hadden kunnen worden. Toen werd hun gemeld dat iemand de Hoge Raad wilde meedelen waar de Nazarener zich bevond.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[9] Uitermate verheugd liet Kajafas deze man, die Judas Iskariot was, bij zich komen en bracht hem naar de Hoge Raad. Daar deelde Judas de Raad mee, dat hij meende in staat te zijn de gezochte Jezus van Nazareth in de handen van de tempelwacht over te leveren, als daarbij maar de nodige voorzichtigheid in acht werd genomen.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[11] Kajafas vroeg hem: 'Weetje waar hij zich nu bevindt?'
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[15] Triomfantelijk wendde de Farizeeër zich tot de anderen en vond dat dat uur benut moest worden.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[17] Daarom werd met Judas afgesproken dat hij op de dag van het paaslam 's nachts naar de tempel zou komen, waar hij de gerechtsdienaren zou treffen, die hij naar de plaats moest brengen waar de Nazarener zich bevond.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[19] Judas, die zich inwendig verheugde dat de Hoge Raad, zoals hij dacht, in de door hem opgezette val was gelopen, was nu nog meer verheugd, omdat zijn plan hem nog geld zou opleveren ook -wat aanvankelijk niet zijn bedoeling was -en vroeg nu de dertig zilverlingen, die ze hem ook beloofden te betalen, als hij op de avond, waarop het moest gebeuren, zou komen.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[20] Judas ging nu onmiddellijk vanuit de tempel door de stad en luisterde overal, om te weten te komen of het volk van Jeruzalem en ook het grote aantal vreemdelingen tegen Mij was. Hij trof overal grote verbazing aan vanwege Mijn ogenschijnlijke zwakheid; maar nergens vond hij mensen onder het volk die niet overtuigd waren van Mijn kracht, die zich dikwijls en ook op het laatst nog duidelijk had bewezen. Hij zag duidelijk dat het Mij ook later nog zou lukken om het hele volk met Mij mee te trekken, zodra er maar een heroïsche daad van Mij uitging -dat het volk wel wantrouwig, maar niet geheel en al van Mij afvallig was geworden.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[21] Dat inzicht verheugde hem en sterkte hem nog meer in zijn plan om Mij in een situatie te brengen die Mij zou dwingen om Mijn aanvallers van het lijf te houden en hen misschien te vernietigen, of toch dermate onschadelijk te maken dat iedereen duidelijk zou zien dat niemand op aarde Mij kon weerstaan, als Ik maar ernstig wilde. Toen hij meende van alles grondig overtuigd te zijn en zonder zich in die tijd met Herodes bezig te houden -die hij voor zijn doeleinden niet meer nodig leek te hebben, omdat hij meende het ook zonder hem te kunnen redden -ging hij weer op weg naar de Jordaan om Mij op te zoeken en verslag te doen van wat hij te weten was gekomen.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[22] Hij trof ons nog op de oude plek aan, en deed nu nauwkeurig verslag van de stemming in Jeruzalem, en hoe het volk nog altijd op Mij als de Verlosser wachtte. Ik hoorde dat allemaal rustig aan zonder erop te antwoorden, waardoor Judas er alleen maar van overtuigd raakte dat zijn woorden diepe indruk op Mij hadden gemaakt. Hij was ook mensenkenner genoeg om niet verder bij Mij aan te dringen, omdat hij dacht dat zijn woorden in Mij moesten rijpen. Hij gedroeg zich opvallend zwijgzaam, maar men kon aan hem merken dat hij tevreden was en alleen nog observerend rondkeek.
Hoofdstuk 70: Judas voor de Hoge Raad - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] Dat is de eigenaar van de geplaveide zaal, over wie de evangelisten behalve Johannes berichten, omdat het hun later heel belangrijk toescheen om aan te geven waar het avondmaal had plaatsgevonden (Marc. 14:15-16), terwijl Johannes zich alleen bekommerde om de daarbij gesproken woorden en niet om de uiterlijke dingen.
Hoofdstuk 71: Het paaslam. De voetwassing. Judas verraadt de Heer. Het avondmaal van de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[7] Wat er die avond allemaal gezegd is, heeft ook de evangelist Johannes nauwkeurig opgeschreven, en daar is het na te lezen. (Joh. 13-17) Hier moeten enkel nog een paar dingen vermeld worden, opdat men beter begrijpt hoe de gebeurtenissen zich voltrokken.
Hoofdstuk 71: Het paaslam. De voetwassing. Judas verraadt de Heer. Het avondmaal van de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[14] Het 'aan-Mijn-borst-liggen' is in velerlei opzicht verkeerd begrepen, doordat de vele uitleggingen ontstaan zijn door het misverstaan van het spraakgebruik. Wij lagen niet aan tafel zoals de Romeinen deden, zoals het vaak wordt uitgelegd, maar wij zaten. Dat gebruik namen de Joden niet aan omdat het heidens was, zoals ze alles vermeden wat ze met de heidense volken gemeenschappelijk zouden hebben. Degene nu aan wie een bijzondere eer als vriend werd toegekend, zat rechts van de heer des huizes en werd door hem geëerd, doordat hij de spijzen voor hem toebereidde. Als dat gebeurde, moest de heer des huizes zich dikwijls naar hem toekeren, hem zijn borst toewenden. In het taalgebruik van toen betekende die omstandigheid datgene wat nu met het 'aan-Mijn-borst-liggen' is vertaald, waardoor er natuurlijk een andere betekenis ingeslopen is, die niet bedoeld was. (Joh. 13:25a)
Hoofdstuk 71: Het paaslam. De voetwassing. Judas verraadt de Heer. Het avondmaal van de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
...  537 - 538 - 539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545 - 546 - 547 - 548 - 549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562  ...