Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 551 van 1490

...  539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545 - 546 - 547 - 548 - 549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564  ...
[19] En kijk, dat is dan reeds de volmaakte hel onder de mensen! Want daardoor ontstaan er dikwijls de meest woeste gevechten en moord en doodslag. Omdat de reizigers van tevoren wel weten wat hun op de ene of de andere weg of in een bepaalde streek kan overkomen, reizen ze met grote aantallen tegelijk in karavanen en stellen zich hardnekkig teweer tegen zulke rovers, die met name in deze streek sterk vertegenwoordigd zijn. De gevolgen van dergelijke gevechten ken je maar al te goed en het is daarom helemaal niet nodig die nader te beschrijven. Geloof jij soms dat zoiets in Gods wil besloten zou kunnen zijn?
Hoofdstuk 198: De Heer en de Arabische rovers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] De overste zei: '0 Heer en Meester! Wij zullen doen wat er maar in ons vermogen ligt en zal liggen, en wilt U dat door Uw genade nog voor alle tijden in ons vergroten! Wij hebben dat oude misbruik, in het bijzonder in deze streek, al lange tijd met de grootste afkeuring bekeken en zijn dat ook voorzover mogelijk tegengegaan. Maar dat heeft steeds weinig opgeleverd; want het werd ons al snel duidelijk dat niét zozeer Rome als wel Jeruzalem met Herodes en de tempeldienaren daar achter zit, wie wij een doorn in het oog waren. Zij hebben steeds hun geheime boden naar deze Arabieren gestuurd en hebben hun vergunningen weten te verschaffen om te roven, en tenslotte moesten wij er zelfs voor de vorm mee instemmen om niet zelf in gevaar te komen.
Hoofdstuk 199: Over het doel en het nut van reizen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[9] Maar omdat wij nu weten wat Uw wil is, zullen wij van nu af aan tegen deze oude praktijken beslist heel krachtig optreden en al die vele wegen zullen beslist van deze rovers gezuiverd worden. Maar op vele andere plaatsen, waar wij niet komen en waar voorzover wij weten de tempel dienaren nog veel erger tekeer gaan, zult U, o Heer en Meester, wel zorgen dat er met de grootste vastberadenheid tegen hen opgetreden wordt!'
Hoofdstuk 199: Over het doel en het nut van reizen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Wanneer de mensen dan vrijwillig het een of ander voor jullie doen of geven, dan kunnen jullie dat ook zonder bezwaar in alle liefde en vriendelijkheid aannemen. Maar van de armen moeten jullie ook onder deze voorwaarde niets aannemen, maar jullie moeten hen bovendien nog in alle liefde en vriendelijkheid ondersteunen, zodat zij zich volledig bewust worden van Gods eeuwige liefde en vriendelijkheid.
Hoofdstuk 200: Het onderwijzen van leraren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Nu heb Ik met name aan jullie Essenen bekend gemaakt hoe het in de toekomst met alles gesteld moet zijn en ook zal zijn, en wat Mijn echte leerlingen moeten doen en kunnen verwachten, en nu kunnen wij deze heuvel dan ook verlaten en ons naar beneden naar de herberg begeven, waar het ochtendmaal al klaar staat. Daarna zullen wij pas beginnen aan het werk, ter wille waarvan jullie Mij in het volste geloof gevraagd hebben om naar jullie toe te komen.
Hoofdstuk 200: Het onderwijzen van leraren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Wat Ik hier echter tegen jullie gezegd heb, houd dat voorlopig voor jezelf, aangezien Ik het ook zonder vreemde getuigen op deze eenzame heuvel aan jullie heb toevertrouwd; maar degenen die in jullie voetsporen zullen treden, moeten jullie hiervan volledig op de hoogte stellen! Want als iemand niet weet hoe hij zijn ambt moet vervullen en er niet van op de hoogte is wat het ambt inhoudt, hoe zal hij het dan uitoefenen? Daarom moet iedereen die Mijn ambt op aarde onder de mensen wil uitoefenen, daar goed in thuis zijn en zelf werkelijk geheel en al van alles overtuigd zijn, anders is en blijft hij een dode en blinde leraar!
Hoofdstuk 200: Het onderwijzen van leraren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Iedereen, die in Mijn naam over de hele wereld zal reizen om de volkeren Mijn leer even zuiver te verkondigen als hij die van Mij vernomen heeft, zal veilig over alle wegen en straten reizen en door geen enkele straatrover aangevallen worden. Hij zal over slangen, salamanders en schorpioenen kunnen lopen en zij zullen hem niet kunnen schaden; en als iemand vergif door zijn eten of drinken zal mengen, zal het zijn lichaam en bloed geen nadeel berokkenen. En mocht hij in hele troepen wolven, leeuwen, tijgers, panters, hyena's, beren en everzwijnen terechtkomen, dan zullen deze boze dieren hem niet alleen geen enkel kwaad doen, maar hem in geval van nood van dienst zijn; want een mens die van Gods geest vervuld is, is ook heer over de grimmigheid en toorn van boosaardige dieren, zoals hij ook heer over alle elementen is, als hij het geloof daarvoor zonder enige twijfel in zijn hart en ook in zijn ziel draagt.
Hoofdstuk 199: Over het doel en het nut van reizen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[4] In de toekomst kunnen jullie daarom ook zeggen tegen degenen die troost en hulp bij jullie gevonden hebben en naar oude zede en gewoonte aan jullie zullen vragen wat voor offer zij daarvoor moeten.betalen: Wij hebben dat gedaan vanuit Gods liefde, die ons een dergelijke macht die genade om niet verleend heeft! Als jullie nu ook de liefde van God !n je hebben, die jullie door ons hebben leren kennen, doe dan wat deze liefde jullie gebiedt; want er zijn vele armen om ons heen, die jullie liefde nodig hebben! Maar voor hetgeen wij in naam van de Heer voor jullie hebben gedaan bestaat geen tarief meer zoals vroeger, maar vanaf nu tot aan het einde der tijden doen wij dat voor niets; want ook wij hebben die uiterst kostbare genade om niet van God ontvangen voor het heil van ieder mens die werkelijk gelooft in de God die wij verkondigen, zich aan Zijn geboden houdt, Hem boven alles liefheeft en zijn naaste als zichzelf ,
Hoofdstuk 200: Het onderwijzen van leraren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Ik zei, terwijl wij de heuvel reeds afliepen: 'Jullie hebben zelf nog lang niet alles van Mij geleerd wat jullie nodig hebben om het ambt dat Ik jullie toevertrouwd heb helemaal goed uit te kunnen oefenen, en toch zullen jullie binnenkort zonder Mijn persoonlijke aanwezigheid al het resterende van Mij leren! Want ook al ben Ik niet lichamelijk als persoon aanwezig zoals nu, dan ben Ik dat echter wel in de geest van Mijn liefde, wijsheid, macht en kracht; en deze geest zal jullie altijd leren wat jullie moeten doen en spreken. Hij zal jullie de woorden die jullie moeten spreken, in je hart en in je mond leggen.
Hoofdstuk 200: Het onderwijzen van leraren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[14] En als je dat nu weet, zul je nu ook wel begrijpen hoe een mens ten behoeve van het eeuwige leven altijd door Mij onderricht kan en zal worden, ook zonder deze lichamelijke persoonlijkheid van Mij!'
Hoofdstuk 200: Het onderwijzen van leraren - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Deze woorden had de overste echter goed gehoord en hij zei tegen de vreemdelingen: 'Luister, jullie, die nu zulke beschouwingen aan ons wijden! Het is voldoende als sterfelijke.mensen, die de dood voor ogen hebben, met treurige en ernstige gezichten op aarde rondlopen en daardoor te kennen geven dat zij vrienden van het leven en niet van de dood zijn. Maar als een sterfelijk mens, zoals wij dat ook waren, van de dood tot het leven is doorgedrongen en het kleed van de algehele onsterfelijkheid heeft aangetrokken, dan kan hij ook op aarde al vol vreugde en opgewektheid zijn, alsof hij al in Gods hemelen was; maar jullie zullen dat nu natuurlijk nog niet inzien en begrijpen. Maar ook voor jullie kan de tijd komen, dat jullie dat zullen inzien en begrijpen!'
Hoofdstuk 201: De genezing van de zieken van de overste der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Ik zei tegen de Arabier: 'Ik heb je weliswaar gezegd dat jij en ook degenen die gisteren bij jou waren tegenover de vreemdelingen niet moesten spreken over wat Ik aan jou heb gedaan. Nu heb je dat in het algemeen wel in acht genomen en hebt uit barmhartigheid alleen aan deze paar zieken verteld, waar en hoe jij zelf geholpen bent; nu heb jij hen meegenomen en in hun plaats zelf het verzoek gedaan, wat Mij over jouw hart een goed getuigenis geeft, en daarom zal jouw terecht verzoek bij Mij ook niet onverhoord blijven! Want de juiste, zuivere en onbaatzuchtige liefde en erbarming van een mens voor zijn lijdende broeders zal ook bij Mij altijd liefde, erbarming en verhoring vinden; er staat immers geschreven: 'God verhoort het gebed van een goed, rein, gelovig en vroom hart te allen tijde.'
Hoofdstuk 201: De genezing van de zieken van de overste der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Toen de overste dat van Mij hoorde, vroeg hij Mij om deze keer toch Zelf de gebrekkigen te helpen; want voor zo'n werk voelde hij zich nog veel te onwaardig en in zijn gemoed ook nog te machteloos.
Hoofdstuk 201: De genezing van de zieken van de overste der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Toen pas vermande de overste zich en zei: 'O Heer en Meester, dan geschiede nu en altijd enkel en alleen Uw wil!' Na deze woorden stond hij op, ging met grote bewogenheid tussen de gebrekkigen staan en zei: 'In naam van Degene die als enige almachtig, meer dan heilig en eindeloos goed, liefdevol en barmhartig is, leg ik jullie mijn zwakke handen op, en moge de grote Heer en Meester jullie daardoor helpen! ,
Hoofdstuk 201: De genezing van de zieken van de overste der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Toen de overste onder het zeggen van deze spreuk, die al Mijn leerlingen bij het genezen van zieken naderhand ook gebruikten, de kreupelen de handen oplegde, werd ieder van hen ogenblikkelijk zó genezen, alsof hem nooit iets gemankeerd had.
Hoofdstuk 201: De genezing van de zieken van de overste der Essenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  539 - 540 - 541 - 542 - 543 - 544 - 545 - 546 - 547 - 548 - 549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564  ...