Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 555 van 1112

...  543 - 544 - 545 - 546 - 547 - 548 - 549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568  ...
[23] Deze traan werd tot grote wateren, en de wateren stortten zich uit in alle ruimten van de oneindigheid en stortten zich uit in het diepste aller diepten van de toorn van de Godheid en temperden het vuur van Gods toorn.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[24] En zie, Gods geest in Zijn kracht ruiste zacht over de wateren van de erbarming en de wateren deelden zich. En God sprak vanuit Zijn liefde, en Zijn liefde werd het Woord, en het Woord steeg op uit de diepste diepten en zweefde over de wateren, en de wateren werden gescheiden als dauwdruppels en werden verdeeld in alle ruimten van de oneindigheid in grote en in kleine overeenkomstig het getal van de verlorenen, dat geen einde neemt.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[30] En zie, toen glansden ook de aarden en de manen en die werden in het juiste aantal over de zonnen verdeeld, en de Liefde beademde ze met de kracht en de macht van de Godheid en zie, het licht op de zonnen schitterde, de zeeën van de aarden golfden en wervelden in hun stromingen, en de luchten en winden dreven en woeien over de aarden zoals Gods geest over de wateren van de erbarming zweefde! En de manen verhieven zich vol macht boven hun aarden, aan wie zij gegeven waren als een vrucht aan een boom, en zij begonnen er in grote kringen omheen te cirkelen als vaste begeleiders van hun ontstaansbron; en waar er vele waren, werden zij in vaste banen verenigd ten teken van de liefde van de kinderen, die onafgewend het aangezicht van hun Vader moeten aanschouwen zoals de manen hun aarden, zodat zij vanwege hun onsamenhangende gesteldheid niet uit hun banen gerukt en daardoor vernietigd worden.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[31] Want zie, de manen zijn niet vast, maar zeer onsamenhangend en zijn als het schuim van de zee, wanneer dat vaster en meer gedegen wordt, en zij zijn kaal en zonder water; en de lucht van de aarde is daar als het water van de aarden en de lucht gelijk aan de ether tussen zonnen en aarden. En zij (de manen) zijn bestemd om de aan werelds genot verslaafden op te nemen en om de geesten van de materie op te vangen en hun bestendigheid te beproeven en ze rijp te maken voor het ontvangen van de genade.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[36] Deze liefde zal vele vruchten voortbrengen en zal zich verheffen tot het licht van de genade en zal met onafgewende blik de onmetelijke diepten van de Godheid zien net als de polen, die in de oneindige ruimten van de scheppingen van Gods liefde kijken en met wijd open ogen de tedere stralen in zich opzuigen uit alle niet te meten oneindige ruimten, waarin de talloze wezens van de erbarming rondcirkelen, ieder op zijn eigen wijze, en daardoor van verrukking en zalige vreugde in hun liefde tot de liefde en voor de liefde ontbranden en als een zon zelf lichtend worden zoals het licht van de polen van de aarde.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[37] Dus, wie standvastig blijft in het midden van de liefde van het herkennen wat de genade is, diens lendenen zullen gloeien van liefde uit God zoals de evenaar van de aarde, en zijn ogen zullen door dat besef lichten als de polen, en zijn armen zullen zich bewegen als de rivieren, beken en bronnen, en de daden zullen toestromen naar de zeeën van de goddelijke erbarming, die gezouten zijn met genade en met de kennis van de eeuwige liefde en het eeuwige leven.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Maar zie, de zon heeft eveneens haar polen, vanwaar al haar licht en haar warmte uit het centrum van de rust der genade zich over haar gehele oppervlakte uitgiet; en als zij die rust op haar polen niet zou hebben, dan had zij ook geen licht. Want zie, de rust is ter opname van licht en warmte onontbeerlijk en moet overeenkomen met de rust van de liefde in God; slechts uit de rust komt de ontvankelijkheid voor leven en licht voort.
Hoofdstuk 6: De analogie van het gesternte - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[3] Toen viel het grote wolkendek uiteen en zonk omlaag naar de rust van de polen, en de evenaar van de aarde kwam vrij en de zon zag zichzelf in de wateren, en de aarde straalde dankbaar het ontvangen licht terug in de schoot van de zon en zag met wijd open ogen de maan zich baden in de uitstromende stralen van de genade der eeuwige liefde uit de zon.
Hoofdstuk 7: De oertijd van aarde en maan. De schepping van Adam en Eva - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[34] Zie, aldus is de beweging aan de aarden om hun zonnen en om hun middelpunt door de ademtocht van de erbarmende liefde gegeven als teken, dat de kinderen al hun daden zullen richten naar de beweging van de aarden om de zonnen en van de manen om hun aarden, en dan zullen de zwakken zijn als de manen en zullen de sterken zijn als de aarde en zullen de wedergeborenen zijn als de zon. En de zwakken zullen de kracht van de liefde, die ze nimmer laat vallen, doorschouwen wanneer zij zich evenals de manen onafgebroken naar het aangezicht van de liefde wenden en deze in alle richtingen in kleine banen omcirkelen, maar toch ook door haar kracht in de grote baan worden meegetrokken. En de sterken zullen zijn als de aarde, zelfstandig draaiend, om voortdurend bereid te zijn voor de ontvangst van het licht en de warmte uit de genade van de liefde, die doorlicht en verwarmend verlevendigt door de kracht die in haar is, opdat zij vruchten van allerlei aard uit de werken van de liefde mogen voortbrengen, waaraan de zwakken zich mogen verzadigen en de geborenen zich mogen versterken en de wedergeborenen zich mogen verlustigen. En de wedergeborenen uit de wateren van de erbarmende Liefde, waarin de genade volmaakt is, zullen zijn als de zon en hun licht zal overal schijnen, en hun warmte zal de zwakken verlevendigen en zal de sterken bevruchten tot voedsel voor de zwakken, zodat er één gemeenschap zal zijn van kinderen van een en dezelfde Vader.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[35] En zie, je moet nog dieper schouwen, hoe en waarom Ik alles zo geregeld heb! Zie, de maan heeft vlekken en vele donkere plekken en de aarde heeft koude, maar vaste polen en heeft hoge bergen en heeft diepe dalen en heeft bronnen, beken, rivieren, stromen, zeeën en kleine en grote meren; en de zon heeft vlekken, grote en kleine. Nu zie, dit alles zijn uitwerkingen van de liefde en van de genade, ofwel van de daarmee overeenkomende warmte en van het licht, hetgeen allemaal de eeuwige Liefde is en de macht van de Godheid door Haar. Kijk daarom naar de zwakken en naar de maan, hoe zij op elkaar lijken en haar wezen wordt je verklaard; overdenk al het doen en laten van de sterken en voor je ogen zal de aarde ontsluierd liggen; en van de ene pool tot aan de andere moet de onbeweeglijke rust van de geest in de liefde tot de liefde aanwezig zijn, zodat alles wat de geest omringt in een vaste ordening kan bewegen en daardoor voor het gemeenschappelijke doel van de eeuwige instandhouding bezig kan zijn. Want zie, alles hangt van rust af; zonder deze kan niets bereikt worden en wie niet is als de polen van de aarde, die dringt niet door tot in zijn binnenste, zoals de verbindingslijn tussen de polen het middelpunt van de aarde doorsnijdt. En je liefde moet koud zijn als het ijs op de polen, zodat je in staat bent alle warmte van de goddelijke liefde op te nemen. Want zie, wat warm is, is niet geschikt voor het opnemen van warmte; maar wat koud is in zijn rust, dat is in staat warmte in overvloed op te nemen en het uit te laten stromen in alle delen van het leven. Want zie, wie de warmte, die Gods liefde is, in zich opneemt en die in zich vasthoudt en haar niet verder laat stromen, is een vrek en zijn binnenste zal opgelost worden en hij zal zichzelf vernietigen als het ijs bij het vuur; wie haar echter ontvangt zoals de polen en haar meteen weer doorgeeft aan allen die dichtbij en veraf zijn, bij hem is de goddelijke liefde op de juiste plaats en hij beantwoordt aan de wil van de grote en heilige Gever.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] Verhef nu je blik van de aarde naar de zon, die een getrouw beeld is van de wedergeborenen! Kijk goed en je zult spoedig gewaarworden, dat er zich menigmaal vlekken op haar evenaar bevinden. Zie, volgens de natuurlijke uitleg van de verschijnselen, zoals jullie dat noemen, zijn dat uitbarstingen vanuit haar binnenste net als vuurspuwende vulkanen op aarde en zijn het overeenkomstige uitbraken van de woede van de Godheid en kleine blijken van Haar alles vernietigende macht, die volgens de natuurwetten zich altijd door grote of kleine onweersbuien, afhankelijk van de grootte van de vlekken, op de aarden plaatselijk kenbaar maakt; maar dan wordt de Liefde des te werkzamer en verzacht alles weer met de wateren van erbarming, en op de zon met de grote stroomvloeden uit de oeverloze zee van Haar erbarmende genade. En zie, zo wordt alles weer tot de juiste orde teruggebracht en buiten deze ordening, waarin Ik vanaf de eeuwigheid der eeuwigheden de eeuwige Liefde Zelf ben en waaruit en waarin alles wat bestaat werd gemaakt, kan niets bestaan noch ontstaan; en wie gezien zijn vrijheid, uit deze ordening treedt, die handelt tegen de liefde en tegen het leven en zal voor eeuwig te gronde gaan.
Hoofdstuk 6: De analogie van het gesternte - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] En let nu goed op: deze Adam kwam in plaats van de eerste der gevallen geesten; het werd hem niet te kennen gegeven wie hij was, en zie, toen verveelde hij zich, omdat hij zichzelf niet kende en ook niets vinden kon wat op hem leek.
Hoofdstuk 7: De oertijd van aarde en maan. De schepping van Adam en Eva - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] En zie, toen raakte de erbarmende Liefde hem aan en liet hem ontwaken om hem zijn eigenliefde, nu buiten hem, te laten zien en zag dat hij een groot welbehagen ondervond bij de aanblik van zijn buiten hem geplaatste liefde en zeer opgetogen werd; en de liefde buiten hem, nu Eva geheten, verlustigde zich aan de mens Adam en boog zich naar hem toe en volgde al zijn bewegingen.
Hoofdstuk 7: De oertijd van aarde en maan. De schepping van Adam en Eva - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] Maar zie nu, de door Eva uit haar hart gebande begeerte lag nu op de grond en veranderde zich door de macht van de richtende gramschap van de Godheid in de gedaante van een grote slang, die de vrucht van de dood in zijn bek nam, naar de boom toe gleed en alle takken en twijgen van de wortel tot aan de top omgaf en zijn starre blik op Eva richtte. En Eva merkte dat en keek de slang aan en Adam merkte het door Eva ook; maar hij zag de slang nog niet.
Hoofdstuk 8: De zondeval - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Maar de slang bewoog zich en legde de appel in de schoot van de nu zittende Eva, richtte toen haar kop weer op en sprak Eva met de volgende woorden aan:
Hoofdstuk 8: De zondeval - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  543 - 544 - 545 - 546 - 547 - 548 - 549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568  ...