Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 559 van 1112

...  547 - 548 - 549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572  ...
[12] En U zij de boven alles uitgaande macht en kracht over alles wat er op de aarde voor U is; en alleen U bent waardig alle lof, alle eer en alle roem te ontvangen van ons, die zich door Uw grote erbarmende genade Uw gezegende kinderen mogen noemen, amen."
Hoofdstuk 18: Kaïns en Abels offer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Zie, Ik heb je geduldig gadegeslagen en liet Mijn bestraffende rechterhand niet op je hoofd neerkomen en Ik werd niet toornig op je in Mijn heiligheid! Overweeg daarom Mijn woorden en word diep gelovig in je hart, dan zul je Mij weer bevallen en je offer zal weer aangenomen worden; als je daarentegen in de geheime boosheid van je hart blijft, dan heeft de zonde zich voor je deur een rustplaats ingericht en zal over je heersen en jij en al je nakomelingen zullen slaven en knechten van haar worden, en de dood zal komen over jullie allen.
Hoofdstuk 19: Kaïns moord op Abel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] En zie, toen boog Kaïn zich ter aarde neer omdat hij berouw had over zijn schuld. Maar toen zag hij een slang aan zijn voeten en schrok daar hevig van. Hij stond snel weer van de grond op en wilde naar Abel vluchten; maar zie, de slang slingerde zich om zijn voeten, zodat hij de plek niet kon verlaten.
Hoofdstuk 19: Kaïns moord op Abel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[21] En de schande die je de Heer hebt aangedaan zal je ketenen en na de daad zullen je ogen en je oren opengaan, opdat je zult zien, hoe de Heer mij tot Zich zal opnemen als het laatste Hem welgevallige offer uit jouw hand; want voortaan zal geen offer, maar de dood je gegeven worden, door welke je je broer hebt geofferd.
Hoofdstuk 19: Kaïns moord op Abel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[29] En de slang maakte zich los van de voeten van Abel, nam de steen in haar bek en droeg die tot voor de deur van Kaïn en verborg zich in het zand onder de doornstruiken, bevrijd.
Hoofdstuk 19: Kaïns moord op Abel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] En Kaïn keek de bevallige jonge vrouw aan en zei: "Ja, dat is jouw ware gedaante; zo ben je op z'n ergst! Wie je zal zien met je tien koppen, die zal van je wegvluchten als voor een gericht van de Godheid; tot wie je echter in deze gedaante zult komen, die zal je nalopen, je vangen, je meer liefhebben dan God en zich voor de gelukkigste mens houden als je hem zult beetpakken met je handen die altijd de dood brengen, en de mensen zullen tempels en altaren voor je oprichten en je speeksel oplikken en je uitwerpselen opeten.
Hoofdstuk 20: Kaïns vervloeking en vlucht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] "Kaïn, jij blinde dwaas, mijn boze broer, kijk, degene die je met een steen hebt doodgeslagen, staat nu verheerlijkt voor je en biedt je zijn hand aan om zich met je te verzoenen en vrees de gedaante van de slang niet, die je zelf bent! Wie was het dan, jij of de slang, die ontrouw werd aan de Heer? Besliep jij of de slang je vrouw net als de honden, zonder het vereiste offer van tevoren te brengen? Was jij het of de slang die de hitte vervloekte en door grote traagheid leeg stro aan de Heer offerde? Zeg me, werd de slang of jij nijdig op je broer uit boze afgunst? En was de slang niet veel meer een uiterlijke verschijningsvorm van jouw eigen innerlijke boosaardigheid, waardoor je jezelf het waandenkbeeld aanpraatte om je broer te doden?
Hoofdstuk 20: Kaïns vervloeking en vlucht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[19] Maar Kaïn vermande zich spoedig door de aanblik van de op de grond liggende slang en zei: "Waarom vraagt U mij dat? Ben ik mijn broeders hoeder?"
Hoofdstuk 20: Kaïns vervloeking en vlucht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[24] En zie toen zei Jehova: "Neen, niemand zal Kaïn doodslaan, - maar wie Kaïn zou doden, zal zelf zevenmaal gedood worden! Opdat niemand zich aan jou zal vergrijpen, zal Ik je op je voorhoofd met een zwarte vlek tekenen, zodat niemand je meer zal herkennen en doodslaan."
Hoofdstuk 20: Kaïns vervloeking en vlucht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[25] En zie, toen vluchtte Kaïn met de zijnen uit Mijn aangezicht ver weg voorbij Eden naar een laaggelegen land Nhod. Maar Eden was een mooi heuvelland, vol met de beste vruchten; daar beviel het Kaïn goed en hij wilde er zich vestigen. Maar toen hij naar de heuvels keek, zag hij overal een man staan met een grimmig gezicht, gewapend met een steen in zijn hand, als wachtte hij op Kaïn om diens misdaad te wreken; en deze verschijning werd veroorzaakt door de grote angst in hemzelf. En hij zag dat hij hier niet kon blijven.
Hoofdstuk 20: Kaïns vervloeking en vlucht - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] En zie, toen kwam Kaïn, die in grote vrees verkeerde, tot rust. De wolk verdween en hij huilde tranen van berouwen ging weg om voedsel voor de zijnen te zoeken en dacht er over na, hoe ver hij zich van het paradijs verwijderd had en nu de liefde van de Heer geheel verloren had en in de harde werkelijkheid van de gerechtigheid was uitgestoten, staande op de drempel van Gods gericht. En terwijl hij zo dacht, vergoot hij steeds meer tranen van berouwen het werd hem steeds duidelijker hoe enorm groot zijn schuld tegenover God wel moest zijn en hij dacht er ook over na of het dan toch nog op de een of andere manier mogelijk zou zijn, ooit ook maar het allerkleinste beetje liefde te verwerven.
Hoofdstuk 21: Het verdrag van de Heer met Kaïn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] En zo overdacht hij van alles. En zie, vervuld van al deze gedachten kwam hij met de zijnen bij een rijkelijk met vruchten beladen braamstruik; en daar zij allemaal geweldige trek in eten hadden, wilden zij zich meteen op de struik werpen om naar hartelust daarvan te genieten.
Hoofdstuk 21: Het verdrag van de Heer met Kaïn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] En zie, toen liet zich uit deze nog van zegen druipende wolk een stem horen, die de volgende verstaanbare woorden sprak: "Luister, Kaïn! Ik heb mijn gerechtigheid veranderd in liefde; de liefde zal echter slechts heersen onder diegenen die haar in de toekomst niet alleen in nood en benardheid zoeken, maar ook in hun blijheid en vrijheid.
Hoofdstuk 21: Het verdrag van de Heer met Kaïn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Maar Hanoch richtte zich op en zei: "Waar zijn de vruchten van jullie arbeid? Breng die hier en laat ze me zien en breng ze naar mijn voorraadkamers, dan zal ik ieder laten geven waar hij recht op heeft!"
Hoofdstuk 23: De bevelen van Hanoch, de tiran - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] En zie nu, toen begon Kaïn te wenen en vertrok daar vandaan met zijn vrouwen vier kinderen, twee van het mannelijke en twee van het vrouwelijke geslacht, en bereikte na veertig dagen de kust. Hij schrok van de aanblik van het grote water, omdat hij stellig geloofde het einde van de wereld bereikt te hebben. En hij dacht: als Hanoch mij nu vervolgt, waarheen zal ik dan vluchten?
Hoofdstuk 24: De uittocht van Kaïn naar de zee - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  547 - 548 - 549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572  ...