Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

4159 resultaten - Pagina 57 van 278

...  45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70  ...
[3] Als ik nu in aanmerking neem en bedenk wat alleen al deze engel allemaal kan, terwijl de meest wilskrachtige mens ook maar geen jota daarvan mogelijk is, dan zie je pas het oneindige verschil tussen God en mens. Het is wel overduidelijk: God is alles mogelijk en de mens niets. Laat anderen nog zo blij zijn met deze grote wijsheid en macht van God, mij maakt het helemaal niet blij; want ik voel maar al te duidelijk dat ik een volkomen nul ben vergeleken bij zo'n engel als Raphaël. Wat ben ik dan wel vergeleken bij God?! Nee, nee, dat is zonder meer: niets!
Hoofdstuk 121: Waarom de Heer deze onthullingen doet. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Wanneer iemand jullie een weg aanraadt en je merkt aan zijn woorden dat hij waarschijnlijk zelf die weg niet helemaal kent, zullen jullie je wel tweemaal bedenken voor je de weg gaat die hij jullie heeft gewezen en beschreven, en je zult zeggen: "'O, dan blijven we liever waar we zijn!' Maar wanneer jullie uit iemands woorden zonder meer kunnen opmaken dat hij helemaal bekend moet zijn met die weg, omdat hij afkomstig is van de plaats waarheen hij je de weg tot in detail precies en goed heeft beschreven, dan zullen jullie zeggen: 'Hij weet het en zijn wil is goed, hij kan en zal ons niet misleiden en wij zullen zonder bedenkingen die weg gaan!' Kijk, daardoor zullen jullie tengevolge van het goede en vaste vertrouwen, de eigen wil ondergeschikt maken aan de wil van degene die jullie als geheel ter zake kundig de goede en juiste weg heeft gewezen!
Hoofdstuk 121: Waarom de Heer deze onthullingen doet. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[15] Een echte, volmaakt wijze meester doet echter niets zonder reden en dus doe ook Ik niets zonder reden. Ik onderwijs jullie niet alleen terwille van jullie zelf, maar opdat jullie daardoor later in Mijn naam ook leraren, leiders en wegwijzers van jullie andere blinde broeders en zusters zullen worden en daarom moeten jullie zoveel dieper ingewijd worden in de geheimen van Mijn rijk en Mijn wezen, en moeten jullie ook de mens in zijn gehele wezen leren kennen vanaf zijn verre oorsprong tot aan de hoogst mogelijke vervolmaking en het volledig aan God gelijk worden!
Hoofdstuk 121: Waarom de Heer deze onthullingen doet. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Ik ben overal de eeuwige IK; maar hier bij jullie ben Ik nu in het eeuwige centrum van Mijn bestaan, van waaruit de gehele oneindigheid eeuwig zonder ophouden en onveranderlijk op gelijke wijze bewaard wordt in haar eindeloze, eeuwige uitgestrektheid.
Hoofdstuk 122: De Heer legt het innerlijk van Judas bloot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] Maar zonder enige wereldse opleiding bent ook U niet! Want er wordt toch van allerlei verteld over de vaardigheid van Uw vader Jozef en zelfs van Uw moeder Maria, die een leerlinge van Simeon en Anna was; en als een intelligent jong mens zulke ouders heeft, kan hij het wel tot iets brengen. Maar dat is alleen maar zo mijn puur wereldse mening; want persoonlijk geloof ik dat Jehova's geest volkomen in U woont en werkt.
Hoofdstuk 122: De Heer legt het innerlijk van Judas bloot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Hoe het geestelijke zich in materie verandert, hebben jullie gezien bij het ontstaan van deze ezelin die nu hier voor jullie graast en Ik behoef jullie daarover verder niet nog meer uit te leggen. Want wie van jullie dat begrepen heeft, heeft het meteen zonder moeite begrepen; wie het echter niet meteen zonder moeite heeft begrepen, zal dat ook nog lang niet volledig begrijpen en op deze wereld al helemaal niet!
Hoofdstuk 123: De terechtwijzing van Judas. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "Er moeten weliswaar verschillen tussen de mensen onderling zijn, maar niemand werd wat zijn ziel betreft zo slecht toegerust in deze wereld geplaatst dat zij geheel materie zou moeten worden. Want niet één mensenziel komt in het lichaam zonder een vrije wil en een eigen intelligentie.
Hoofdstuk 124: Over het opvoeden van kinderen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Dan zegt BARTHOLOMÉUS te langen leste: "Bij vreemden lag de zaak heel anders! Zij waren merendeels al van ouds her verkeerd opgevoed. Eigenlijk konden zij er niets aan doen dat zij slecht en verkeerd waren. Toen zij echter het heldere woord van de eeuwige waarheid vernamen, begon het in hen te borrelen en te koken en zij begonnen zich te ontdoen van het oude vuil en werden rein. Maar jij bevindt je al lang in het overvloedige, geestelijke licht der waarheid en je hebt voor de waarachtigheid daarvan vele levende bewijzen door woorden en allerlei wonderen! Maar dat verontrust je allemaal niet; jij zou het liefst zelf wonderen doen om daarmee voor jezelf, net als de Farizeeën in de tempel, zo veel mogelijk goud en zilver te verdienen. Jij hebt voor jezelf geen god nodig behalve een die je behoorlijk veel geld zou bezorgen, waarmee je dan op aarde ontzettend goed zou kunnen leven en waarmee je uiteindelijk, zonder enige rekening te houden met de hier gehoorde levenswaarheden uit God, gewoonweg tot stervens toe zou kunnen zondigen!
Hoofdstuk 123: De terechtwijzing van Judas. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Wat kan ik daar dan aan doen? Alles wat ik heb gedaan kan best erg slecht geweest zijn; maar is het mijn schuld dat mijn ouders mij niet tot iets beters opgevoed hebben?! Maar wat moet ik nu? Arm, zonder geld, zonder huis, zonder werk, zonder brood! Stelen en roven zou het gemakkelijkst zijn om direkt iets te bereiken; maar om als onhandige dief betrapt en dan bloedig gestraft te worden, is zeker ook niet prettig! Met het roven ziet het er nog kwalijker uit! -Ik weet nu echter wat ik doen zal! Ik leer het een of andere vak, al was het maar het oude, domme pottenbakken, waarvan mijn vader rijk geworden is!
Hoofdstuk 125: Over het leven van Judas Iskariot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Dan staat hij daar met al zijn plannen en hoop, volkomen uitgeplunderd en totaal zonder middelen en ziet geen uitweg meer. Het geloof in God en een vaster vertrouwen op Gods macht, goedheid en hulp waren bij hem altijd al zo goed als niet aanwezig. Met de wereld heeft hij door het bedrog, waardoor hij alles verloor, alle binding verloren. Zijn verstand is te dom en kan ondanks alle zoeken en ondanks alle inspanning geen uitweg vinden.
Hoofdstuk 126: De gevolgen van een verkeerde opvoeding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Heil degene, die ook deze woorden ter harte neemt; zij zullen niet zonder zegen voor hem en de zijnen blijven!
Hoofdstuk 126: De gevolgen van een verkeerde opvoeding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Maar kijk eens naar een even oud kind dat reeds van jongs af aan serieus werk moest doen dat zijn krachten niet te boven ging! Hoe plezierig en behaaglijk dartelt zo'n kind de hele dag rond zonder moe te worden!
Hoofdstuk 127: De vrees voor de dood. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] IK zeg: "O ja, de Birmaanse priesters maken gebruik van deze taal (het Sanskriet) , en het was de oertaal van de eerste mensen van deze aarde; die van jullie, de oud-Egyptische en ten dele ook die van de Grieken, stammen alle bijna geheel al van deze ene en eerste mensentaal. Denk je soms dat je vader Abraham, Isaäk en Jacob zou verstaan als zij hier waren en zo zouden spreken als zij eertijds gesproken hebben? O zeker niet, geen enkel woord van hen zouden jullie verstaan! Het begrijpen van de boeken van Mozes kost je al zoveel moeite, terwijl die toch bijna duizend jaar jonger zijn dan Abraham, hoeveel te minder dan de aartsvaders zelf! Ja, er is bij de Joden erg veel veranderd, dus, zonder een tweede Babylonische spraakverwarring, ook de taal. -Is dat je nu ook duidelijk?"
Hoofdstuk 129: Het scheidingsproces van de ziel van het lichaam. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (Mathaël:) "Wij hadden zelf als buren een door de wol geverfde Sadduceeër met zijn gezin, die weliswaar als mens heel fatsoenlijk, goed en verdraagzaam was, maar waarmee over God en de onsterfelijkheid van de ziel nooit te praten viel. Hij vond degenen die daaraan geloofden allemaal zeer bekrompen mensen en over mij zei hij, dat ik duidelijk aanleg had om dichter te worden omdat ik zo'n levendige fantasie en verbeelding had. Kort en goed, bij tijden hield mijn vader hele gesprekken met hem, maar zonder enig resultaat.
Hoofdstuk 131: Kritiek op de Romeinse straffen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] Het moet hun welondraaglijke pijn veroorzaakt hebben, want ten eerste was hun lichaam al helemaal open gereten, -en ten tweede waren daar die touwen met dorens er doorheen gevlochten, en ten derde het grove en ruwe hout! Want zo'n kruis is weliswaar stevig, maar verder altijd zo grof mogelijk tot een kruis samengevoegd en het moet bij degene die daar met een gezond lichaam met handen, voeten en middel vast tegenaan gebonden is al zonder meer ondraaglijke pijn veroorzaken, laat staan bij iemand die reeds meer dan verschrikkelijk gegeseld is. Ik heb dit alleen daarom zo uitvoerig beschreven opdat jullie, broeders, in het bijzijn van de Heer het nu volgende des te gemakkelijker kunnen begrijpen en tevens ook om aan te geven hoe standvastig en getrouw de geëerde Cornelius zijn woord als rechter is nagekomen.
Hoofdstuk 130: Wat de helderziende Mathaël zag bij de executie van de roofmoordenaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70  ...