Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 561 van 1110

...  549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574  ...
[7] De genoemde beesten zijn woest en zeer boosaardig, en men kan alleen met groot gevaar jacht op hen maken; maar mijn Baalpriesters zijn nog duizendmaal boosaardiger, want ieder van hen heeft minstens duizend duivels in zich, en behalve ik, met mijn uiterste gestrengheid en mijn soldaten, die voor het merendeel Joden, Grieken en Romeinen zijn, kan iemand anders niet zonder moeilijkheden tegen hen optreden, terwijl ik als koning zelf slechts een vazal van Rome ben, wat jullie beiden wel zullen weten, aangezien het Romeinse rijk tot aan de Ganges reikt, waarachter pas het grote Indische rijk begint, waarvan nog niemand van ons uit de grenzen kent.'
Hoofdstuk 161: Het verbreiden van de leer van de Heer in Babylon - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[21] (Hiermee stel Ik jullie, Mijn jongste leerlingen, bij deze gelegenheid op de hoogte waar en hoe de eerste apostel voor deze wereld aan zijn einde is gekomen; dus niet in Rome, nog minder in Jeruzalem, maar in de nieuwe stad Babylon, die later de Saraceense naam Bagdad kreeg.)
Hoofdstuk 161: Het verbreiden van de leer van de Heer in Babylon - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[22] Dat heb Ik echter bij de waard in de jullie bekende stad niet aan de leerlingen verteld, maar alleen aan jullie in déze tijd, en nu kunnen we weer onze eerdere plaats, terwijl we nog aan de tafel van de waard zitten, innemen.
Hoofdstuk 161: Het verbreiden van de leer van de Heer in Babylon - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Maar Ik zei tegen hem: 'Als je in Mij gelooft, Mij voortdurend liefhebt en volgens Mijn leer leeft en handelt, zal Ik in de geest altijd bij je blijven, maar met Mijn lichaam zal Ik niet lang meer op deze aarde zijn; want Mijn tijd loopt ten einde, en Ik heb nog veel te doen in andere steden en dorpen; daarom zal Ik met Mijn leerlingen dan ook onmiddellijk verder naar het zuiden reizen.
Hoofdstuk 162: De Heer zegent het woeste gebied van de roofzuchtige herders De Heer in de stad bij de Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Ik zei tegen de leerlingen: 'Altoran, dat betekent: o kinderen van de donder en van de toorn! Moet Ik deze armen nog meer straffen dan ze al gestraft zijn? Doe hun liever goed in plaats van hen erg te bedreigen, dan zullen ze jullie direct een beter getuigenis en betere woorden geven!'
Hoofdstuk 162: De Heer zegent het woeste gebied van de roofzuchtige herders De Heer in de stad bij de Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Daarop liet Ik de herders bij Mij komen en zei tegen hen: 'Kijk eens, arme gebruikers van dit woeste gebied, goud en zilver hebben wij niet bij ons, en Ik als de Heer wel het allerminst; en ook al zouden wij jullie goud en zilver schenken, dan zou jullie dat in deze uitgestrekte woestenij van weinig nut zijn! Maar Ik kan iets anders voor jullie doen, dat jullie van nut zal zijn. Kijk, jullie en jullie kudden hebben weinig te eten en ook bijna geen water! Ik heb de macht om jullie gebied te zegenen, en dan zullen jullie en ook jullie kudden al gauw geen gebrek meer hoeven te lijden. Als jullie dat goedvinden, zal Ik het ook doen.'
Hoofdstuk 162: De Heer zegent het woeste gebied van de roofzuchtige herders De Heer in de stad bij de Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Onderweg zei Ik tegen Mijn leerlingen: 'Oordeel nu zelf wat het beste is: goed doen aan degenen die je kwaad willen doen, of kwaad met kwaad vergelden? Daarom moeten jullie in de toekomst jullie vijanden liefhebben en zegenen, en goed doen aan degenen die jullie kwaad willen doen; zo zullen jullie gloeiende kolen op hun hoofden stapelen en daardoor vele vrienden maken!
Hoofdstuk 162: De Heer zegent het woeste gebied van de roofzuchtige herders De Heer in de stad bij de Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Doe in alle dingen zoals Ik doe, dan zullen jullie op jullie reizen in Mijn naam met weinig stenen des aanstoots te maken hebben! Maar wee, als jullie degenen die dreigend op jullie afkomen ook dreigend tegemoet treden en het hen direct betaald willen zetten! Dan zullen jullie veel tegenspoed op aarde te verduren krijgen! Liefde wekt altijd weer liefde op -toorn en straf echter weer toorn en wraak! ,
Hoofdstuk 162: De Heer zegent het woeste gebied van de roofzuchtige herders De Heer in de stad bij de Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[16] En Ik zei tegen hen: 'De meesten van jullie zullen dat wel doen, maar Ik zie ook enkelen onder jullie die zich ondanks deze raad van Mij bij vervelende gelegenheden toch van bedreiging en straf zullen bedienen; maar daardoor zullen ze nooit een goede vrucht tot volkomen rijpheid brengen.'
Hoofdstuk 162: De Heer zegent het woeste gebied van de roofzuchtige herders De Heer in de stad bij de Nebo - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Maar Ik zei tegen de leerlingen: ' Als het jullie dan zo vreselijk ergert dat zij Mij zo'n slecht getuigenis geven, ga er dan heen en bindt ieder van hen zijn mond dicht, zodat hij niet verder kan praten! Ik denk dat dat een buitengewoon moeilijke bezigheid voor jullie zou worden; in ieder geval is het voor ons gemakkelijker om hen stilzwijgend te passeren.
Hoofdstuk 163: De Heer en de Farizeeën voor de stadspoort - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[19] Ik zei: 'Ik heb in jullie bijzijn al een groot aantal geweldige tekenen gedaan die nog nooit door een mens op deze aarde gedaan zijn, en jullie zeiden dat Beëlzebub, de overste van de duivels, Mij daarbij behulpzaam was. Als jullie dat geloven en ook jullie voorvaderen in dat geloof bijna alle oude profeten hebben gestenigd en gedood, omdat ze ook van hen beweerden dat zij de duivel hadden en met zijn hulp voorspellingen en tekenen deden -hoe zou er dan in jullie enig licht kunnen zijn om de waarheid van Mijn leer en Mijn daden te herkennen?
Hoofdstuk 163: De Heer en de Farizeeën voor de stadspoort - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[22] Maar Ik zei tegen hen: 'Ik ben de Heer, en Ik zal doen wat Ik wil; zorg liever dat jullie niet eerder dan Ik met de stadsrechter te maken krijgen!
Hoofdstuk 163: De Heer en de Farizeeën voor de stadspoort - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[26] Ik zei: 'Tot hier en niet verder met jullie Beëlzebubwoede tegen Mij en Mijn leerlingen! Ik zal tot morgen wachters voor jullie neerzetten, die jullie aan geen enkele poort deze stad binnen zullen laten; en die wachters zullen ook het teken zijn dat jullie van Mij verlangden. Hopelijk zullen jullie daaraan zien dat Ik volkomen naar waarheid Heer over alle schepselen op deze aarde ben en ook nog Heer oneindig ver daarbovenuit, veel verder dan jullie je ooit kunnen voorstellen. Ik wil het, en zo geschiede het!'
Hoofdstuk 163: De Heer en de Farizeeën voor de stadspoort - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] De waard zei: 'Ik heb direct al gemerkt dat jullie Joden zijn, omdat jullie geen verlangen kenbaar maakten naar het goede varkensvlees dat wij hebben - maar ik geloof, als er een echte God bestaat, dat hij ook het varkensvlees heeft gezegend en niet alleen het vlees van kippen, schapen, geiten en runderen! Ik ben een eerlijke Romein en houd mij aan de wetten van Rome, die ik heel goed vind, hoewel ze slechts van mensen en niet van goden stammen.
Hoofdstuk 164: Het wijnwonder in de Romeinse herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Wat heeft een mens ook voor baat bij bepaalde goddelijke wetten, die steeds in duistere en onbegrijpelijke bewoordingen geschreven zijn en door de priesters naar willekeur en in hun eigen belang worden uitgelegd? Laat de goden dus wetten voor zichzelf geven zoveel ze willen; wij mensen die door ervaring wijs zijn geworden, zullen onszelf wel wetten geven, en hebben dat ook gedaan, die wij kunnen begrijpen en ook opvolgen. Onze belangrijkste goden zijn goede, vruchtbare jaren en die krachten van de elementen, die zulke jaren tot stand hebben gebracht; en nu wens ik dat ons brood en water jullie goed smaakt en bevalt!'
Hoofdstuk 164: Het wijnwonder in de Romeinse herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  549 - 550 - 551 - 552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574  ...