Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 564 van 1490

...  552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577  ...
[6] Kort en goed, wij hebben onze redenen nu voldoende uiteengezet waarom wij aan het bestaan van een God twijfelen en waarom wij als mensen de ware hemel van nu af aan alleen in de waarheid en het goede daarvan willen zoeken en ook vinden; in deze uiteenzetting hebben wij jullie nu getrouwen naar waarheid laten zien dat wij niets achterhouden, en zo vragen wij u, burgemeester van deze stad, nogmaals om ons van onze boeien te bevrijden!'
Hoofdstuk 18: De religie van de drie rovers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] Pas toen de drie zich heel welgemoed in een zijkamer bevonden, zei de waard tegen Mij:'O Heer en Meester, wat vindt U nu van die verdraaid goed gefundeerde woorden van deze drie mensen? Nee, ik heb al veel van onze filosofen gehoord en zelfs gelezen, maar iets zo gedegens ben ik nog nooit tegengekomen! Zelfs met de beste wil en het beste geloof is er werkelijk niets tegenin te brengen, noch wat afzonderlijke dingen betreft noch in het algemeen. Want zo is het precies gesteld met de mensheid in het algemeen en vaak ook 'in bijzonderheden, en nu ben ik wel buitengewoon benieuwd hoe U dat Zelf zult verontschuldigen en rechtvaardigen.'
Hoofdstuk 19: Over de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] Deze Joden zijn hierheen gekomen om met jouw hulp een achterstallige tiende te innen. Maar nu zul je waarschijnlijk wel weten wat voor hulp je hun zult geven! Als die drie mensen op krachten zijn gekomen, laat ze dan weer hier brengen, dan zullen we de kwestie op een goede manier verder afhandelen!'
Hoofdstuk 19: Over de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Vanaf de eerste mens op deze aarde tot aan dit moment zijn de mensen nog nooit ook maar eenjaar lang zonder enige van Mij uitgaande openbaring gebleven maar steeds op zo'n manier, dat hun volledig vrije wil geen geweld werd aangedaan, omdat de mens zonder die vrije wil geen mens zou zijn, maar slechts een machine van Mijn wil.
Hoofdstuk 19: Over de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Zo heb Ik jullie nu heel duidelijk toegelicht, waarom Ik onder de mensen op deze aarde zoveel volgens hun eigen vrije wil toelaat, wat voor de rechterstoel van de mensen mogelijk niet goed en wijs lijkt te zijn, maar in de diepste grond toch zeer goed en wijs is.
Hoofdstuk 19: Over de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] De waard en ook Kado zeiden: 'Wij hadden wel gedacht dat dat het geval zou zijn, maar we durfden dat niet hardop te zeggen, ten eerste omdat wij U tegenover die drie niet voortijdig wilden verraden, en ten tweede omdat de woorden van de spreker in alle ernst onze aandacht vroegen en wij wilden zien hoever de mens het met de scherpzinnigheid van zijn verstand kan brengen. En echt, vanuit puur menselijk standpunt bezien had de spreker gelijk, ook in het beschrijven van de verhoudingen tussen Schepper en schepsel; want voor ons menselijke verstand is het werkelijk moeilijk te begrijpen, waarom U de mensen gedurende zo lange tijd op een nadere openbaring van Uzelf, Uw wil en Uw bedoelingen met de mensen heeft kunnen laten wachten en tallozen in de diepste levensnacht kon laten versmachten. En hoevelen zullen er nog versmachten zonder iets over U te weten te komen; en ook al zullen ze van de verspreiders van Uw leer horen dat Uzelf in de gestalte van een mens op deze aarde bent gekomen en de mensen de weg naar het eeuwige leven van hun zielen hebt getoond -zullen ze wel net zo vast als wij nu geloven dat het inderdaad was zoals Uw boodschappers hun verteld hebben.'
Hoofdstuk 19: Over de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Dat God Zich echter niet zo snel en gemakkelijk laat vinden als veel mensen graag zouden willen, heeft de volgende zeer wijze reden: als de mensen met weinig moeite zouden vinden wat ze zochten, dan zou datgene wat ze gevonden hebben weldra geen waarde meer voor hen hebben en zouden ze zich weinig moeite getroosten om nog verder te zoeken en te speuren; ze zouden traag worden, en dan zou de door hen zo gemakkelijk en snel gevonden geestelijke schat hun nog minder van nut zijn dan wanneer ze die schat voortdurend angstvallig moeten zoeken en in deze wereld toch maar zelden en met veel moeite helemaal vinden. Daarom vinden grote openbaringen maar zelden plaats, opdat de mensen in de angst van hun zielennacht zelf aan het werk moeten en met alle ijver de eeuwige waarheid en dus Mij moeten zoeken.
Hoofdstuk 19: Over de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Dat de mensen in deze wereld tijdens hun zoeken heel vaak op allerlei zij paden en ook in allerlei benarde omstandigheden terechtkomen, is weliswaar een aards kwaad; maar dat komt niet voort uit het actieve ernstige zoeken, maar uit de ellendige traagheid bij het zoeken, die een vrucht is van te ver gedreven wereld en eigenliefde, waardoor de mensen het streven naar het rijk van de geest zo aangenaam mogelijk voor zichzelf willen maken. Als andere, nog tragere mensen dat merken, zeggen die al gauw en gemakkelijk tegen degenen die zo lauw zoeken: 'Hé, wat geven jullie je toch veel moeite om datgene te zoeken wat wij allang overduidelijk hebben gevonden! Als jullie ons willen geloven en dienen en in plaats van jullie vruchteloze zelfstandige zoeken en speuren kleine offers willen brengen, dan zullen wij jullie getrouw alles vertellen wat wij gemakkelijk en snel hebben gevonden!'
Hoofdstuk 19: Over de leiding van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Want ik denk maar zo: de godsdienst waar men de beste mensen aantreft, moet zelf ook de beste en meest waarachtige zijn. Onze godsdienst is dat echt niet, omdat de mensen die daarin geboren en getogen zijn nu vast en zeker de slechtste zijn die er waar dan ook op de wijde wereld kunnen bestaan. Haar priesters staan bij de betere volkeren algemeen bekend als een ware pest voor de mensen. En een godsdienst wier schoot in plaats van goede en wijze mensen slechts ware tijgers, hyena's, wolven en beren voortbrengt, kan geen goede en nog minder een ware leer zijn. -Wat vind jij, edele mensenvriend, van deze gedachte?'
Hoofdstuk 20: Nojed vraagt naar de ware godsdienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] De waard zei: 'Mijn vrienden, over deze kwestie moeten jullie spreken met deze vriend die hier naast mij zit; want hij is onuitsprekelijk veel kundiger en wijzer dan ik en alle nog zo goede en wijze Grieken!'
Hoofdstuk 20: Nojed vraagt naar de ware godsdienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Nojed zei: 'Jouw wens is ons een bevel! Deze man en heer is naar zijn uiterlijk te oordelen weliswaar ook een Jood, maar hij kan door zijn omgang met Grieken heel wijs zijn geworden; want als hij een leerling van de tempel zou zijn, zou het zonde zijn om woorden aan hem te verspillen, hoe duidelijk en waar die ook zijn.'
Hoofdstuk 20: Nojed vraagt naar de ware godsdienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Ik zei: 'Jazeker; maar desalniettemin is de godsdienst van Mozes de enige ware, ook al is die in deze tijd door de zwijnen in de tempel evenzeer platgetrapt en vernield als in het oude Babylon en Nineve en nog meer van die andere hoerensteden.
Hoofdstuk 20: Nojed vraagt naar de ware godsdienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[14] Denken jullie soms dat deze waard, die een patriciër van deze stad is,jullie ook barmhartigheid bewezen zou hebben als hij nog een heiden was geweest? O, absoluut niet! Als heiden zou hij jullie met alle scherpte van de Romeinse wet behandeld hebben; maar omdat hij met zijn hele huis in zijn hart geen heiden meer is, maar een ware jood net als Abraham, Isaak en Jacob, heeft hij jullie op Mijn advies dan ook datgene geschonken wat jullie nu al genieten en nog meer in de toekomst. -Zien jullie dat in?'
Hoofdstuk 20: Nojed vraagt naar de ware godsdienst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Want als de mensen van deze aarde kinderen Gods willen worden, moeten ze in alle opzichten net zo volmaakt trachten te worden als de eeuwige en heilige Vader in de hemel, die in Zichzelf de eeuwige Waarheid, de eeuwige Liefde en Macht is en al het eindeloos goede, rechtvaardige en heerlijke dat daaruit voortkomt. Daarom staat er ook in de Schrift: 'God schiep de mens ?aar Zijn beeld, Hij maakte hem tot Zijn evenbeeld en blies hem Zijn adem lil, opdat hij een levende, vrije ziel zou worden!'
Hoofdstuk 22: Over de bestemming van de mensen (12.9.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Op die manier zijn de mensen van deze aarde niet enkel en alleen schepselen van de almacht van jehova, maar kinderen van Zijn geest en zodoende van Zijn liefde, en dus - zoals er ook geschreven staat - zelf goden.
Hoofdstuk 22: Over de bestemming van de mensen (12.9.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  552 - 553 - 554 - 555 - 556 - 557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577  ...