Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 569 van 1088

...  557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582  ...
[3] Maar laat niemand zich daardoor van de wijs brengen! Hoe dikwijls zijn de vier evangeliën al niet verdacht gemaakt; gelden zij daarom als minder in het hart van degenen die zich werkelijk tot God bekennen?! Hoe dikwijls ben Ik, de Heer en Gever van het leven en alle daaruit voortspruitende gaven, al voor een gewoon mens, een magnetiseur, een bedrieger en ook al voor een zuiver verzonnen figuur door de wijzen van de wereld uitgemaakt en word nog steeds als zodanig verklaard! Maar dat brengt miljoenen anderen toch niet op een dwaalspoor. Dezen die Mijn woord ook in praktijk brengen en er niet alleen maar naar luisteren, zagen in de eenvoud van hun hart dat Jezus van Nazareth meer was dan waarvoor veel wereldse geleerden Hem hielden of helemaal niet hielden. Laat niemand zich iets van het oordeel van de wereld aantrekken wat betreft het voor ons liggende werk, maar alleen van de stem in het hart van de eenvoudigen, want de wereld vindt alleen dát belangrijk wat van de wereld is! De eenvoudigen zullen voor de ogen van de goede Gever aan iedereen een juist oordeel afgeven. Het verstand van de wereldse wijzen zal de juiste gelegenheid vinden om zich er steeds aan te stoten. Moge het hem die daarbij niet volledig schipbreuk lijdt, goed gaan!
Hoofdstuk 0: Voorwoord door de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] Wat verstaan zulke lezers dan onder eenvoud? Ik ben de mening toegedaan, dat een geschrift dat zo geschreven is, dat zelfs kinderen, als ze slechts enige vaardigheid in het lezen hebben en in staat zijn aan iets meer dan aan het abc en de tafel van één te denken het heel goed zouden kunnen begrijpen, toch met recht geen gebrek moet hebben aan een zekere eenvoud, ondanks de voor het beperkte menselijke inzicht heel noodzakelijke mysterieuze volheid en diepte waarmee het is geschreven. De eenvoud van een geschrift wordt echter nooit bepaald door beeldspraak en taal, maar enkel en alleen door het gemakkelijke begrip van een toch zo eenvoudig hart en door het moeiteloos de weg vinden in zo'n geschrift; maar al het overige - zoals: een oude onbeholpen taal en vele duizenden jaren oude gelijkenissen - is net zo min eenvoudig als het wereldse verstand van de wereldse wijzen. Maar wat over de vereiste rust, het beleid en de vereiste diepgang van de gehele wereldbeschouwing opgemerkt is, is allemaal in het voor ons liggende werk des te meer voorhanden naarmate het kritische wereldse verstand dat meent te missen; want dat wat rust geeft aan het hart, moet toch zelf rust in overvloed hebben. Aan het verstand kan het weliswaar geen rust geven, omdat dat niet in staat is om rust op te nemen en vandaar in een geschrift evenmin enige rust kan vinden als een rivier, zolang die nog niet de diepste diepte van de zee bereikt heeft. Als het verstand van de wereldse wijzen zich echter verdeemoedigt en van zijn vermeende hoogte tot in het zo eenvoudige levenskamertje in zijn hart zou kunnen afdalen, zou hij vanuit deze rust ook in het voor ons liggende boek de gemiste rust en een grote omzichtigheid, juist in deze rust, vinden. Maar zolang het verstand als een weerhaan op de torenspits van wereldse wijsheid voortdurend door allerlei winden van twijfel naar alle richtingen heen en weer gedraaid wordt, kan het waarschijnlijk nergens de rust vinden die het vanuit zichzelf niet heeft en ook niet de aangeleerde omzichtigheid die het op zijn winderige hoogte geniet.
Hoofdstuk 0: Voorwoord door de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Zeg zonder schroom tegen de danslustigen, dat zij allen door de satan deerlijk beet genomen zijn. Hij pakt hen namelijk allemaal bij hun voeten vast en draait met hen snel in een wervelende kring rond, opdat zij daardoor volkomen duizelig zullen worden en niet meer kunnen staan noch gaan, noch zitten, noch slapen, noch rusten, noch zien, noch horen, noch voelen, noch ruiken, noch proeven, noch waarnemen; want zij zijn als doden, - daardoor kan hen raad noch hulp geboden worden. En zouden zij zich nog tot Mij willen wenden, dan zal het hen vergaan als iemand die door een sterke persoon bij de voeten vastgenomen en dan snel in een kring rond gedraaid zou worden; zou dan zo iemand naar de hemel opkijken, dan zou hij geen zon, maar slechts een lichtende streep zien, die hem zou verblinden, zodat hij graag zijn ogen zou willen sluiten om dan helemaal niets meer te zien.
Hoofdstuk 1: Een vermaning van de hemelse Vader aan Zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Zeg tegen de angstige moeders: zij moeten hun dochters niet in angst voor de mannen en voor de wereld opvoeden - want wat men vreest, gehoorzaamt men in verzoeking blindelings en voor hen die men vreest, zal de overwinning gemakkelijk zijn -, maar zij moeten hun dochters liever in vrees en liefde voor Mij opvoeden, opdat Ik de overwinnaar word, zodat zij de wereld versmaden en volop van Mijn onbegrensde liefde genieten. Ter (16 maart 1840) wille van het krijgen van een echtgenoot moeten zij hen niet naar openbare gelegenheden laten gaan, maar naar Mij, tot Mij moeten zij hen brengen en Ik zeg jullie: niet één van hun verlangens zal ongezegend en onbevredigd blijven; want Ik ben een rijke God, die van alles in overvloed heeft, die alles overdadig geven kan en ook geven wil.
Hoofdstuk 2: De geboden van de Heer aan de mensen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] Maar dat is zo veel, dat zij ernstig bij zichzelf te rade moeten gaan, alles van zichzelf moeten doorzien en dan de daar gevonden gebreken van hun hart getrouwen naar waarheid aan Mij voorleggen. Ik zal het vuil in hun hart verdelgen en zal hen met het vuur van Mijn goddelijk Vaderliefde vullen. En aldus gereinigd moeten zij zich dan door en in de biecht aan de Priester laten zien; en vervolgens zal Ik komen en met hen het vreugdemaal aan het altaar houden.
Hoofdstuk 3: De Heer als Vader van Zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Want zie, willen jullie vergeving van zonden, dan worden ze je vergeven als je door Jezus, die Mijn levende woord en de liefde in Mij is, de ware boete doet; dan staan de poorten van de hemel voor je open en als je naar binnen wilt gaan, dan kun je binnenkomen en daar het aangezicht van jullie heilige Vader aanschouwen; want dat ben Ik, de eeuwige God Jehova.
Hoofdstuk 4: De ware kerk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] Daarom voeg Ik aan alle tot Mij gerichte liefde naar de mate van haar omvang ook tegelijk de juiste hoeveelheid licht toe, en dat is een geschenk en heet genade; hiermee stroom Ik bij ieder mens naar binnen al naar de mate van zijn liefde.
Hoofdstuk 4: De ware kerk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Toen zag de Godheid Haar heerlijkheid en de Liefde voelde Haar macht. En toen sprak de Liefde in de Godheid: "Laat Ons die gedachten van heerlijkheid vasthouden en laten we hen naar buiten laten treden, zodat zij vrij worden en Ons gewaarworden en zien, zoals Wij hen gewaarwerden en zagen, nog voordat het Licht hun vormen bescheen."
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] En de Liefde kreeg medelijden en Zij bewoog Zich en die bewegingen stegen in de Godheid omhoog en de Godheid gaf Haar gevangenen aan de Liefde en de Liefde doordrong alles. En zie, toen werden die vormen levend en zij keken verbaasd naar elkaar en warmden zich aan de vlammenstromen van de goddelijke Liefde en kregen daardoor zelfstandige beweeglijkheid en levendigheid! Maar zij kenden zichzelf nog niet.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] Dit zeg Ik nu echter: dat Ik de enige, eeuwige God ben naar Mijn drievoudige aard; als Vader ben Ik dat volgens Mijn goddelijkheid, als Zoon volgens Mijn volkomen menszijn en als Geest volgens alle leven, werking en inzicht. Ik ben vanaf de eeuwigheid de liefde en de wijsheid Zelf Nog nooit heb Ik iets van iemand gekregen. Alles wat er is, is van Mij en wie iets heeft, heeft het van Mij. Hoe kan Ik dan een tiran zijn en verdoemenis uitspreken?! - 0 jullie dwazen! Ik houd van jullie; jullie verachten Mij. Ik ben jullie Vader; jullie maken Mij tot scherprechter. Waar Ik zegen, vervloeken jullie; waar Ik opbouw, vernielen jullie; wat Ik opricht, buigen jullie neer; over wat Ik zaai, leiden jullie verstikkende stromen; jullie zijn in alles tegen Mij. Zou Ik zijn, zoals jullie zeggen dat Ik ben, - waarlijk, Ik zeg je, de aarde zou allang niet meer bestaan, ja ze zou zelfs nooit geschapen zijn! Omdat Ik echter ben die Ik ben, bestaat alles nog zoals het Was en zoals het eeuwig zal zijn; en ook jullie zullen zijn zoals je wilt zijn, zonder Mijn doemvonnis, - want jullie zullen zijn wat je van jezelf gemaakt hebt. Maar van diegenen die Mij nemen zoals Ik ben en Mij liefhebben zoals Ik hen liefheb, zal Ik maken wat zij willen, zodat hun vrijheid en vreugde eeuwig volkomen zal zijn.
Hoofdstuk 2: De geboden van de Heer aan de mensen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[11] Zeg tegen Mijn dienaren en knechten: Mijn kantoren zijn geen wisselbanken en geen geldwinkeltjes! Want wie Mij vanwege het geld dient, dient Mij niet uit liefde; maar wie Mij niet uit liefde dient, diens dienst is Mij vreemd, zoals Ik voor hem een volslagen vreemde moet zijn omdat hij Mij niet uit liefde dient; met hem heb Ik de rekening al vereffend. Maar hoe kan hij een getrouwe knecht zijn, die de schatten van de Heer, zonder ertoe bevoegd te zijn, als een dief voor de schandelijkste prijzen verkoopt?! Iskariot verkocht Mij tenminste nog voor dertig zilverlingen, zonder dat hij van tevoren wist wat er met Mij zou gaan gebeuren; want hij was verblind en ging verloren. - Maar nu ben Ik gemarteld, gedood en weer opgestaan reeds voor de schandelijkste spotprijs op elk moment verkrijgbaar. 0 jullie schandelijke dieven, jullie moordenaars, waar kan Ik je mee vergelijken? Jullie kinderen van de draak, jullie addergebroed, jullie slangengebroed! Dienen jullie Mij zo, moet Ik je zo aantreffen?! Ik liet immers door Mijn geliefde Paulus zeggen, dat hij die het altaar dient, ook van het altaar zal leven, maar alleen door werken der liefde, die alles ten goede doen verkeren; maar jullie hebben geen werken der liefde, - daarom zijn jullie rovers en dieven en sluipmoordenaars van het evangelie en van alle waarheid. Naar het werk zal het loon zijn! Liefde is niet te koop, maar alleen door wederliefde te verkrijgen. Ik ben de liefde Zelf en zonder uitzondering voor geen andere prijs dan slechts de wederliefde verkrijgbaar. Met liefde heb Ik jullie allen gekocht; daarom eis Ik wederliefde van jullie allen. Wie Mij dus dienen wil, laat hem Mij dienen uit de liefde, waarin Ik voor hem aan het kruis ben gestorven; en wie tot Mij wil komen, laat hem komen in de liefde tot Mij, die aan het kruis voor hem bloedde.
Hoofdstuk 2: De geboden van de Heer aan de mensen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] Aldus sprak de Heer tot mij en in mij voor iedereen, en dat is waar, getrouwen gewis: Ik ben een goede huisvader; ook niet één broodkruimel gaat verloren. Wie zijn kapitaal bij Mij belegt, zal een hoge rente krijgen en het zal in Mijn hart te boek blijven staan en de rente zal groeien van eeuwigheid tot eeuwigheid. Kijk omhoog, jij dwaas, en zie naar de sterrenhemel! Wie heeft ooit het oneindige aantal zonnen (20 maart 1840) geteld en alle planeten die Ik daar bij duizenden omheen heb geschapen?! En Ik zeg je, Ik die waarachtig en getrouw ben in ieder van Mijn woorden: voor een cent geef Ik een aarde en voor een slok fris water een zon. Waarlijk, dit zeg Ik je: de geringste dienst van naastenliefde zal op ongehoorde en onuitsprekelijke wijze worden beloond!'
Hoofdstuk 3: De Heer als Vader van Zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] Je moet en kunt het Mij nu wel vrijuit zeggen of Ik je ooit op een bepaalde tijd tot iets verplicht heb en of het niet altijd aan je vrije wil overgelaten was om naar Mij toe te komen om het een en ander te vragen dat je had willen weten en of Ik je ooit het antwoord op een vraag schuldig ben gebleven! En al had je Mij vanuit de hel iets gevraagd, dan antwoordde Ik je; en was je op aarde, dan sprak Ik met je; en in de hemelen sprak Ik met je. Bij dag en bij nacht is Mijn oor voortdurend naar je toegewend. Wat je hier opschrijft, schrijf je immers alleen als het je in je tijd gelegen komt, en dat vind Ik altijd goed zolang als je wilt en zoveel je wilt en zie, Ik vind het best! Zeg het ze daarom heel precies: het is Mij om het even; wanneer iemand bij Mij komt, wordt er naar hem geluisterd en hij wordt opgenomen.
Hoofdstuk 3: De Heer als Vader van Zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[15] En de twee en die uit hen voortkwamen en de zeven, wier getal goed was, werden in de trouw van hun deemoed bevonden en zij werden in de kring van de macht van God opgenomen; en de Liefde zag dat zij rein waren bevonden en verheugde Zich over hun voltooiing. En zie, de liefdeskracht van de Godheid steeg op en de Godheid bewoog Zich en zij die geschapen waren namen de beweging van de Godheid waar, en de Godheid bewoog Zich naar Haar Liefde toe en de ogen van de geschapenen werden geopend en zij zagen de eeuwige Liefde voor de eerste maal.
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[21] Zie nu wat de Liefde allemaal verder deed, en God in de Liefde, en de Liefde in God! - En de Liefde betreurde de verlorenen; maar de Godheid begon te trillen van toorn en in alle ruimten van de oneindigheid van God werd een sterk gedonder vernomen. En het gedonder drong door tot in het innerlijk van de eeuwige Liefde, en alleen de Liefde verstond de donder van de Godheid en de donder werd in Haar tot woord en sprak: "Alle macht zal aan Jou ondergeschikt zijn; handel naar Je eigen goeddunken, spreek "ER ZIJ!' en er zal zijn!"
Hoofdstuk 5: Het geheim van de schepping - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  557 - 558 - 559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582  ...