Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

10915 resultaten - Pagina 571 van 728

...  559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582 - 583 - 584  ...
[6] Ik wijs hem de streek naar de middag aan en zeg: 'Daar zul je hen allemaal aantreffen, want ook zij wonen in jouw huis. De aartsvaders wonen echter in eigen grote huizen, die je mettertijd allemaal zult leren kennen, want huizen zoals het nieuwe van jou, zijn er oneindig veel in Mijn rijk. Je zult het in geen eeuwigheid voor elkaar krijgen deze allemaal te leren kennen, maar in Mijn grote huis zul je ze te zien krijgen naar de mate van de hemelse behoeften. Ken je trouwens de geest, die ons nu over de straat tegemoet snelt?'
Hoofdstuk 133: De bereikte hoogste hemelsfeer. Robert, Peter en drie vrienden begeleiden de Heer naar het heilige Jeruzalem; de stad der steden en de zon der zonnen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] Volg Mij maar, nu hier iedereen, klein en groot, uitstekend verzorgd is, naar gindse stad. Mocht je echter iemand van de meegekomenen willen meenemen, dan staat je dat vrij. Ik zie weliswaar dat je iedereen mee zou willen nemen, maar dat is voorlopig niet mogelijk; neem wel Jozef, Leopold en Rudolf de Eerste mee! Hun woningen bevinden zich hier vlak bij de hoofdstraat. Roep hen maar, opdat zij zich met ons naar de stad van de hemelen begeven!'
Hoofdstuk 133: De bereikte hoogste hemelsfeer. Robert, Peter en drie vrienden begeleiden de Heer naar het heilige Jeruzalem; de stad der steden en de zon der zonnen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Petrus zegt: 'Als zij er toe in staat zijn, waarom niet? Kunnen ze dat echter niet, dan zal hun poging hun duur komen te staan, en ze worden dan daarna nog tienmaal erger geknecht dan eerst. Ik zeg je, het zal eeuwig zo blijven dat mensen alleen zelf helemaal niets kunnen doen. Proberen ze het toch, dan bereiken zij daarmee slechts dat hun situatie alleen maar verslechterd, maar nooit verbeterd wordt. Heel iets anders is het, als een meer verlichte gemeenschap van mensen de Heer aanroept om hulp en bescherming. Dan gaat de Heer Zelf aan de slag en komt er voorgoed een einde aan de tirannie. Alleen de Almachtige kan elke andere macht verslaan! De onmacht van de mens echter vermag niets zonder de Heer. Overigens weet de Heer precies hoever Hij een tirannie kan laten voortwoekeren.
Hoofdstuk 140: Roberts politieke ijver. Petrus over de zelfhulp van een volk en over Gods hulp. De Vader weet wanneer het tijd is. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Zou de mens ook dan vanuit de hemelen niet het recht hebben om zich te ontdoen van de moordenaars van de geest? Is zo'n handelwijze ook tegen de orde van de hemelen, dan moet men daaruit afleiden dat het de Heer om het even is of de mens op aarde een fetisj dienaar, een duistere heiden of een zuivere christen is. Wanneer dat echter het geval is, begrijp ik de hele verlossingsgeschiedenis, alle waarheden van de profeten en de zuivere wonderleer van het leven uit de mond van God niet. Dan had de mensheid beter in haar oernacht kunnen blijven. Miljoenen mensen die zich christenen noemen hebben van Christus de Heer en van Zijn leer niet het flauwste idee. De paus is hun god en de vorst zijn handlanger. Beiden zorgen er naar beste vermogen voor om de mensen dom te houden om iedere geestvonk in hun onderdanen te verstikken. Zeg eens, vriend, hebben de nog ergens voorkomende, meer verlichte genootschappen ook dan niet het minste recht om zich tegen zo'n geestelijke tirannie te verheffen en haar te vernietigen?'
Hoofdstuk 140: Roberts politieke ijver. Petrus over de zelfhulp van een volk en over Gods hulp. De Vader weet wanneer het tijd is. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Want de mensen op aarde hebben een geheel vrije wil. Ja, zelfs de aarde ligt in hun handen. Beledigen zij haar, dan zal zij hen ook straffen, zoals ten tijde van Noach. Wenden de mensen zich echter tot de Heer en vragen Hem om een goede regering, om rust, vrede en goede ordelijke toestanden, dan grijpen ook wij in de teugels van de vorst en leiden hem en zijn volk op die weg, waarlangs alleen geluk kan worden bereikt. Daarom moeten de mensen nooit wrok koesteren tegen hun vorsten of hen zelfs haten, want ook zij zijn mensen. Zij kunnen hen beter zegenen en de Heer vragen of Hij hen als hun aardse bestuurders wil leiden en zegenen. Dan zullen zij overgelukkig zijn. Wel, heb ik goed gesproken of niet?'
Hoofdstuk 139: Roberts persoonlijke verhouding tot de Habsburgse keizers. Geërfde of gekozen troonopvolging. Staatspolitieke wenken van Petrus. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Petrus zegt: 'Vriend, daar bekommeren wij ons hier maar weinig om! De mensen zijn vrij in hun aards politieke betrekkingen en hun staatkundige verhoudingen en kunnen deze regelen zoals ze willen. Als zij een rechtvaardige overheid hebben, moeten zij deze gehoorzamen en één zijn met haar, dan zullen ze rust en vrede hebben. Alle burgers van een staat moeten hun vorst in geval van nood ook bereidwillig terzijde staan, dan zullen zij een gelukkig volk zijn en rijk aan alle aardse zaken. Voor een volk dat echter bij alle bittere gebeurtenissen waardoor het door eigen schuld getroffen wordt, de schuld op de regenten schuift, zal er weinig sprake van geluk meer zijn. Waar volkeren ook maar begonnen te twisten met hun regenten, kregen hun vijanden spoedig gelegenheid om te lachen.
Hoofdstuk 139: Roberts persoonlijke verhouding tot de Habsburgse keizers. Geërfde of gekozen troonopvolging. Staatspolitieke wenken van Petrus. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[15] Eenzelfde voorziening is ook getroffen in alle andere hemelen, alleen naar goed berekende verhoudingen in mindere mate dan hier in het huis van de Vader. Je zult dat allemaal nog nader leren kennen. Geloof me, hier raakt men nooit uitgeleerd! Men blijft leerling voor eeuwig, want onze voleinding bestaat slechts uit de liefde en de ontvankelijkheid voor de steeds groeiende genade van de Vader. Maar wat het weten en ervaringen opdoen betreft, blijven we eeuwig leerlingen van de Heer. De Heer alleen is alwetend; wij echter slechts in zoverre de Heer het wil en het goed en doelmatig vindt.
Hoofdstuk 138: Heerlijkheid van Gods kinderen. De eetzaal van de Heer. De grote oertuin van de schepping. De activiteit van de volmaakte geesten in het groeiende besef van de liefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Ik zeg echter tegen Robert: 'Kijk, dit alles is toch jouw huis! Jij bent hier overal thuis en jouw vriend met jou, maar verder heb je je woning daar in die stad, waarin Ikzelf bestendig pleeg te wonen. Dit is het nieuwe hemelse Jeruzalem, de stad van jouw God, jouw Heer, jouw Vader en in de geest van de liefde, van jouw broeder. Van daaruit zul je steeds alles regelen in je eigen huis en door Mij zul je daarvoor rijkelijk van alle middelen worden voorzien.
Hoofdstuk 133: De bereikte hoogste hemelsfeer. Robert, Peter en drie vrienden begeleiden de Heer naar het heilige Jeruzalem; de stad der steden en de zon der zonnen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] De brug die Ik nu vanaf gindse lagere heuvel naar hier heb geplaatst, moet blijven! Wie zich erover hierheen zal begeven, zal niet worden afgewezen! Plaats van nu af aan een wacht op de heuvel, opdat iedereen die als geest met goede bedoelingen deze heuvel betreedt, een vriend en een goede wegwijzer mag vinden. Natuurmensen, die nog in het vlees op de materiële aarde leven, zullen op deze heuvel kracht in het geloof vinden en zullen tot de liefde worden opgewekt, maar zonder gericht en zonder dwang. Zieken zullen verlichting van hun pijnen vinden, de goeden en gelovigen echter zullen hun gezondheid zevenvoudig terugkrijgen.
Hoofdstuk 132: Roberts verbazing over het nieuwe hemelgebied. Zijn toekomstige opdracht. Genadebrug en genadeheuvel. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[12] Ik zeg: 'Er moet nu een ernstige tuchtiging komen over allen die het helemaal hebben verleerd om Mij zowel in de nood als altijd aan te roepen en de waarde van de mens te erkennen, die door Mij niet in de wereld werd gezet om zich omwille van de glorie van een troon te laten doodschieten. Ditmaal zal het volk, wanneer het nuchter handelt, voor alle tijden van de overwinning verzekerd zijn. Dan pas komt Mijn rijk op aarde. Mocht het volk echter wreed handelen, iets dat Ik niet wil voorzien noch voorbestemmen, dan zal het moeilijk tot de uiteindelijke overwinning geraken.'
Hoofdstuk 130: Overeenkomstige betekenis van brood en wijn. Weten en doen. Een opdracht aan de lichtblauwen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[8] Zorg er echter voor dat jullie die vuurrode geesten overal vóór zijn, want ze zullen nu alle moeite doen om een oorlog tussen de regenten aan te wakkeren. Jullie zullen weliswaar niet alles kunnen verhinderen, maar als jullie in Mijn naam echt bedrijvig zijn, toch heel veel wat de mensheid in grote ellende zou storten. Ga echter na volbrachte arbeid weer hierheen, naar deze plek! Daar zal een bode jullie opwachten, die jullie bij het binnengaan in Mijn rijk in Mijn naam een helpende hand zal bieden. En ga nu aan het werk, het zij zo!'
Hoofdstuk 130: Overeenkomstige betekenis van brood en wijn. Weten en doen. Een opdracht aan de lichtblauwen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] Petrus zegt: 'Je vergist je, broeder, als je van mij zou denken dat de gewoonte deze werken voor mij alledaags en minder achtenswaardig zou hebben gemaakt! Integendeel! Ik bekijk echter alles met een zekere gemoedsrust en verkondig de lof van de Heer in mijn hart. Jij bent hier nog een nieuweling, kent de juiste gebruiken van het huis nog niet en hebt bovendien een zeer levendige en vurige geest. Daarom sta jij ook meteen in vuur en vlam. Als jij mettertijd het grote huis van de eeuwige Vader en diens liefdevolle huisregels nader hebt leren kennen, zul je mijn gedrag zeker helemaal goed vinden.
Hoofdstuk 138: Heerlijkheid van Gods kinderen. De eetzaal van de Heer. De grote oertuin van de schepping. De activiteit van de volmaakte geesten in het groeiende besef van de liefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[1] Robert-Uraniël vraagt of hij zijn vriend Peter en de beide vrouwen ook mee mag nemen. Ik zeg: 'Heb je voorheen dan niet vernomen dat er hier voor iedereen volledige vrijheid heerst? Waarom dan nog zulke vragen? Hier kun je doen, wat je maar wilt, het is allemaal goed. Want er komt hier niemand, behalve diegene die zijn aardse wereldwil helemaal uit zichzelf heeft uitgebannen en in plaats daarvan de Mijne voor eeuwig volkomen in zich heeft opgenomen. Daar jij dit hebt gedaan, ben je hier en kun je onmogelijk iets anders willen dan wat Ikzelf wil. Er bestaat echter nergens en nimmer een hogere en meer volkomen vrijheid dan die van Mijn eigen wil. Waarom zou jij dan nog in een of andere handeling beknot kunnen worden nu jij deze volledig in je hebt?
Hoofdstuk 138: Heerlijkheid van Gods kinderen. De eetzaal van de Heer. De grote oertuin van de schepping. De activiteit van de volmaakte geesten in het groeiende besef van de liefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] De kroon is een teken dat jullie wat betreft jullie ziel, die jullie gelouterde lichaam is, Mijn kinderen zijn - en wat betreft jullie geest, die voortkomt uit Mijn hart en Mijn Ik in jullie is, Mijn broeders zijn. De scepter geeft aan dat jullie, omdat jullie Mijn Ik in jullie dragen, voor eeuwig met Mij gelijke regenten van de oneindigheid zijn. Het zwaard echter is een teken van de macht en het gezag dat jullie door Mij voor altijd is verleend. Het purper tenslotte getuigt ervan dat jullie uiterlijk evenals jullie innerlijk louter liefde is, en dat jullie evenals Ik overal slechts door de macht van de liefde alles willen regelen en beheersen. Daarom kunnen jullie nu zonder enig bedenken deze waardigheidstekenen aanvaarden.'
Hoofdstuk 137: De drie keizers ontvangen hun rijkswaardigheidstekenen. Hun betekenis. Grote bestemming van de burgers van de hoogste hemel. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[2] Ik zeg echter tegen hen: 'Mijn lieve vrienden, van een voortdurend dragen van deze tekenen is immers geen sprake; maar jullie moeten ze toch aannemen en bezitten. Er zijn hier zeer uiteenlopende levensomstandigheden en opdrachten, vaak de schitterendste bezoeken uit de talloze wereldgebieden en heel veel missies naar verschillende werelden en zonnen. Eveneens naar de twee onmetelijke lagere hemelen en vooral naar hun talloze gemeenschappen, alsook zendingen naar de talloze geestenregionen van werelden in alle soort en maten. Voor zulke gelegenheden moeten de van hier uitgezonden aartsengelen van waardigheidstekenen zijn voorzien en deze dragen als duidelijk bewijs, dat zij zelf de machtigste overwinning op zichzelf hebben behaald en nu met Mij heren zijn over de hele oneindigheid.
Hoofdstuk 137: De drie keizers ontvangen hun rijkswaardigheidstekenen. Hun betekenis. Grote bestemming van de burgers van de hoogste hemel. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
...  559 - 560 - 561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582 - 583 - 584  ...