Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 573 van 1490

...  561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582 - 583 - 584 - 585 - 586  ...
[1] Toen Ik klaar was met deze uitleg, kwam de waard met zijn genezen zoon ons aankondigen dat het ochtendmaal weldra uitstekend toebereid op tafel gezet zou worden. En tegelijkertijd vroeg hij Mij in alle eerbied om raad wat hij moest doen, aangezien zijn vrouwen kinderen hem voortdurend lastig vielen met de vraag wie Ik was en waar Ik vandaan kwam, omdat Ik zonder enig hulpmiddel het blinde oog van zijn zoon weer ziende had kunnen maken. Zowel hij als zijn genezen zoon wilden Mij niet verraden, omdat Ik hun dat had verboden.
Hoofdstuk 55: Het prachtvertoon op tafel bij het ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[22] De waard sprak echter met zijn vrouwen ook met zijn meerderjarige kinderen nog over veel dingen; maar toch verraadde hij Mij niet, hoewel zijn vrouwenkele keren de opmerking maakte dat Ikzelf uiteindelijk toch die wonderbaarlijke Meester zou kunnen zijn, die tweeënhalf jaar geleden in Samaria zulke grote tekenen had gedaan. Zij dacht dat Ik Mij om bepaalde redenen mogelijk niet direct kenbaar wilde maken, net als dat bij Mijn eerste bezoek aan deze stad het geval was geweest. Overdag zou ze Mij wel nauwkeuriger bekijken, omdat zij bij Mijn eerste aanwezigheid in deze plaats wel het geluk had gehad Mij een paar keer te zien. En na dat gesprek sliep ook het herbergiersgezin in en rustte samen met ons tot aan zonsopgang.
Hoofdstuk 53: De waard herkent de Heer (31.10.1861) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Zijn lichamelijk halfblinde zoon duidt het zintuiglijke en het gemoed van de mens aan. Het zintuiglijke is het oog dat deze wereld nog ziet, het gemoed is het oog dat blind is voor deze wereld en haar bekoorlijkheden en daarom naar binnen is gekeerd, maar dat Ik zie en volkomen genees en verlicht. Zodra dit oog levend wordt, overweldigt het weldra het zintuiglijke oog dat de wereld ziet en keert ook dat naar binnen. Als dat gebeurt, wordt de hele mens verlicht en ziende, en ziet en herkent hij Mij al gauw; en dan verbaast hij zich erover dat hij Mij zo lang niet heeft kunnen herkennen, omdat Ik Mij immers allang heel dicht bij hem bevond en gemakkelijk te herkennen was in Mijn werkzaamheid en Mijn spreken en onderrichten door middel van vele feiten.
Hoofdstuk 54: De geestelijke betekenis van de gebeurtenissen in de herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] U hebt immers de hele aarde geschapen met alles wat zij bevat, en dus ook haar goud en zilver, en zo getuigen ook deze metalen, die door de mensen al sinds heel lang als de edelste en dus ook waardevolste zijn erkend, van Uw liefde, wijsheid, macht, grootheid en eer! En daarom denk ik in mijn eenvoud dat het beter is, U als Schepper van ook het goud en zilver op onze menselijke manier met deze metalen te eren, dan er een schandelijke woeker mee te bedrijven of ter wille daarvan de bloedigste oorlogen te voeren en een duizendvoudig onheil als het ware uit de hel over de arme mensheid af te roepen.'
Hoofdstuk 55: Het prachtvertoon op tafel bij het ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[15] Wat de uiterlijke verering en verheerlijking van God betreft, daar heeft God Zelf al sinds eeuwigheid voor gezorgd; want daarom heeft Hij de hemel en de hele zichtbare natuur geschapen -deze hele aarde, de maan, de zon en de talloze sterren, die merendeels hemellichamen van een nauwelijks uit te spreken grootte zijn en vol zijn van de prachtigste dingen en kleine schepselen op hun meer dan grote en wijd uitgestrekte vlakten en velden -en dat is voldoende voor de uiterlijke verheerlijking van de grote God en Meester over alles sinds eeuwigheid, en Hij heeft dus geen goud en zilver, geen parels en geen geslepen en gepolijste edelstenen van deze aarde nodig.
Hoofdstuk 55: Het prachtvertoon op tafel bij het ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[17] Heel verlegen zei de waard nu: 'Heer en Meester sinds eeuwigheid, als deze verering van mij, die ook uiterlijk is, zoals ik nu heel duidelijk inzie, U niet aangenaam is, moet alles onmiddellijk anders geregeld worden!'
Hoofdstuk 55: Het prachtvertoon op tafel bij het ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[18] Ik zei: 'Laat alles nu maar zoals het is; want de vissen zijn goed klaargemaakt en zullen ons deze keer ook uit de gouden en zilveren schalen goed smaken, en de wijn ook! Maar laat het een volgende keer weg!'
Hoofdstuk 55: Het prachtvertoon op tafel bij het ochtendmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] De waard kon een heel goede opmerking niet voor zich houden, hij zei namelijk: 'Heer en Meester! De vissen die het eerst in de wateren van de aarde geschapen waren zullen ook wel beter gesmaakt hebben dan die ze later onder elkaar voortbrachten; want deze edelvissen zijn ook niet verwekt, maar door U nieuw geschapen, o Heer en Meester, en daarom smaken ze ook zo buitengewoon goed.'
Hoofdstuk 56: De profetenscholen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] Ik zei: 'Luister, Mijn vriend, wat er destijds slechts in allerlei overeenstemmingen gebeurde, als voorbereiding voor deze huidige tijd, staat nu in de vervulling voor je! In die school werden door de in de geest gewekte richters en priesters op de wijze van Aäron kinderen opgenomen, die door godvrezende ouders reeds vanaf hun geboorte zuiver en goed werden opgevoed, en natuurlijk vooral jongens die bovenal lichamelijk volkomen gezond en sterk waren. Daar moesten ze eerst de kunst van het lezen, rekenen en schrijven machtig worden; daarna werden ze goed onderwezen in de Schrift, dat wil zeggen in de boeken van Mozes, en vervolgens ook in de landen en volkenkunde van de aarde voorzover de mensen die kenden.
Hoofdstuk 56: De profetenscholen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[2] Ook de aartsvaders waren meestal zieners en profeten zonder scholing; want alleen God, aan wie ze zonder twijfel vasthielden en geloofden, was hun school, waar Hij Zijn wil aan hen openbaarde. En zelfs in deze tijd zijn er zieners en profeten geweest, die niet opgeleid zijn in de school voor zieners en profeten; want God kijkt altijd alleen naar het hart van de mensen en niet naar de school waar iemand deze of gene vaardigheid heeft bereikt.
Hoofdstuk 57: De ware profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] Kijk eens naar Mijn leerlingen! Geen van hen heeft ooit een profetenschool gezien, en toch zullen velen van hen grotere dingen doen dan alle oude zieners en profeten; want alleen Ik ben hun Meester en hun school, en zo zal het voortaan tot aan het einde der tijden van deze aarde zijn en blijven.
Hoofdstuk 57: De ware profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] De waard zei: 'Ja, Heer en Meester over alles, ik dank U voor deze les, uit het diepste innerlijk van mijn leven! Nu is het wezen van de oude profetenschool mij helemaal duidelijk. Maar tegelijk vraag ik U ook of U mij, wanneer ik ernstiger dan tot nu toe het smalle en doornige pad naar het Godsrijk zal opgaan, genadig al bij de eerste stap tegemoet wilt komen en mij helpen, opdat ik bij het voortgaan op de smalle en doornige levensweg niet moe, moedeloos en ongeduldig wordt!'
Hoofdstuk 57: De ware profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Maar verheug je, nu jullie dat allemaal weten, over het feit dat God dat allemaal vanaf het eerste begin al zo beschikt heeft! En als jullie de mensen over Mij en Mijn rijk zullen vertellen, zeg hun dan ook wat Ik nu tegen jullie heb gezegd; maar doe hen vooral begrijpen dat Mijn rijk niet van deze wereld is -maar dat het het inwendige rijk van alle waarheid en al het leven in het diepste innerlijk van de mens is. Wie het in zichzelf heeft gevonden en er door zijn levende geloof en werkzame liefde is binnengegaan, heeft de wereld, het gericht en de dood overwonnen en zal voortdurend het eeuwige leven hebben.
Hoofdstuk 58: Het navolgen van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Tegen degenen echter die alleen maar 'Heer, Heer!' tot Mij zullen roepen, maar hun belangrijkste zorgen op puur wereldse dingen richten en alleen maar terloops streven naar datgene wat van het rijk Gods is, zal Ik zeggen: 'Waarom roepen jullie wereldse mensen Mij, en waarom schreeuwen jullie? Mijn hart heeft jullie nog niet herkend. Laat datgene waar jullie je zorgen om maken,je nu ook de hulp geven waar je naar verlangt! 'Waarlijk Ik zeg jullie: zulke mensen zullen aan deze zijde waarschijnlijk nooit het ware en levende rijk Gods in zichzelf vinden en zullen voor hun medemensen slechte leraren, zieners en profeten zijn; en aan gene zijde zal het voor zulke halfdode zielen nog onvergelijkelijk veel moeilijker zijn het rijk Gods in zichzelf te zoeken en te vinden.
Hoofdstuk 57: De ware profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Allemaal verzekerden ze Mij dat ze het goed hadden begrepen en bedankten Mij voor deze les.
Hoofdstuk 58: Het navolgen van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  561 - 562 - 563 - 564 - 565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582 - 583 - 584 - 585 - 586  ...