Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 577 van 1110

...  565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582 - 583 - 584 - 585 - 586 - 587 - 588 - 589 - 590  ...
[2] Nu kwamen die weer naar ons toe en nu nam de koopman het woord en zei: 'Meester, uit uw woorden heb ik duidelijk opgemaakt dat u de Galileeër heel goed moet kennen, vooral doordat u wijst op zijn grote kracht, waaraan niets weerstand kan bieden. Hoewel ik hem zelf nooit heb gezien, heb ikzelf die kracht heel goed gevoeld en deze vrienden van mij daarvan ook naar vermogen gewaarschuwd om niet de toorn van de Galileeër op zich te laden, omdat ze volgens mij dan reddeloos verloren zouden zijn. Maar door die waarschuwingen zijn ze alleen maar des te begeriger geworden om die wonderman te leren kennen en zo mogelijk zijn kracht te beproeven.'
Hoofdstuk 7: De koopman zoekt de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[4] Onmiddellijk vertelde de koopman nu: 'Het zal de komende Pasen nu drie jaar geleden zijn, dat ik in de tempel een kleine kraam mocht neerzetten om mijn bezigheden als geldwisselaar uit te oefenen, wat juist in de Paastijd vanwege de vele offers een zeer aanzienlijke winst oplevert. Op een dag hoorde ik dat de bewuste Galileeër in Jeruzalem was en de tempel was binnengegaan om daar te onderwijzen. Ik was van plan wat dichter naar hem toe te gaan om de wonderman, die destijds pas nieuw was opgestaan, nauwkeuriger te kunnen bekijken, toen plotseling een machtige stem door het gebouw van de tempel dreunde, waarvan ik mij nog de woorden herinner: 'Het huis van Mijn Vader is een bedehuis, maar jullie hebben het tot een moordkuil gemaakt!' Ik schrok daar enorm van. Op de plek waar de Galileeër moest staan ontstond grote verwarring en allen, ook mij, overviel plotseling zo'n verschrikkelijke angst, dat al het volk tegelijk op de uitgangen afstormde.
Hoofdstuk 7: De koopman zoekt de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[10] Wie niet zoekt zal ook niet vinden, voor wie niet klopt, wordt ook niet opengedaan! Wie gelooft dat de geestelijke kennis van het goede en ware hém moet opzoeken, opdat hem die op zijn regelmatige wereldse wegen vanzelf toevalt, kan eeuwig lang wachten tot hij die ontvangt. Wie uit gemakzucht en vanwege wereldse zaken zelfs niet een heel kleine omweg wil maken om de bron der waarheid te zoeken, ofschoon hij daar reeds van gehoord heeft, behoort tot de wereldse mensen tot wie de Heer aan het einde der tijden zal zeggen: 'jullie hebben over Mij gehoord en hebben Mij toch niet gezocht -nu zoek Ik jullie niet, ondanks dat Ik weet dat jullie er zijn. Ga weg van Mij en ga daarheen, waar jullie liefde je heentrekt!'
Hoofdstuk 7: De koopman zoekt de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[12] Ik zei tegen hem: 'Als je zo'n honger hebt, zul je ook verzadigd worden. Misschien zul je ontvangen wat je wenst. Maar hoe staat het dan met je metgezellen? - Wensen jullie ook de Galileeër zelf te ontmoeten?'
Hoofdstuk 7: De koopman zoekt de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[16] Het is ook mogelijk dat de Galileeër, als jullie met een gereinigd hart terugkomen, zich door jullie laat vinden; want altijd vinden alleen diegenen deze levensmeester, aan wie Hij Zichzelf openbaart -anderen blijven blind, zelfs wanneer ze al met Hem omgaan.'
Hoofdstuk 7: De koopman zoekt de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[8] De koopman, steeds meer verbaasd, zei: 'Ja, zo is het precies en ik verbaas me daar temeer over, omdat die gebeurtenissen al meer dan dertig jaar geleden speelden, dus in een tijd dat u nog niet geboren kon zijn. Hoe weet u die dingen? Want de kring van mensen die iets over mijn vader en die adoptievader kan weten, is allang uitgestorven.'
Hoofdstuk 8: De Heer vertelt het levensverhaal van de koopman - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[11] Op een iets hogere trap zien jullie evenwel dat de intelligentie al zo ver ontwikkeld is, dat die dieren zich meer bewust zijn van de gevaren die hun lichaam bedreigen, en daar ook door allerhande listigheden aan weten te ontkomen.
Hoofdstuk 9: Drie belangrijke vragen van Mucius en de beantwoording daarvan door de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Ik denk dat jullie nu hebben begrepen waarom jullie leven, en hoe jullie tot het juiste inzicht kunnen komen.'
Hoofdstuk 11: Over de innerlijke opwekking en over het voortleven na de dood - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[8] Van welke aard die bezigheden echter zijn, zal Ik jullie .Hoofdstuk 11: Over de innerlijke opwekking en over het voortleven na de dood - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[12] Maar let nu op hetgeen die volkomen zalige bewoners aan ieder apart van jullie zullen tonen, opdat jullie zien waar de zaligheid van een geest aan gene zijde eigenlijk uit bestaat!'
Hoofdstuk 11: Over de innerlijke opwekking en over het voortleven na de dood - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[15] Daarom antwoordde Ik hem: 'Vriend, waarom erger je je over deze man, omdat hij de waarheid heeft gesproken? Het zou beter voor je zijn als je in jezelf trachtte te doorgronden of niet ook jóuw ziel verdord is en nog bevrucht zou kunnen worden. Maar als je wilt weten waar de Galileeër het laatst een groot wonder heeft gedaan, reis dan voorbij de Nebo naar de stad Afek, waar hij die gehele tot nu toe woeste streek in vruchtbaar land heeft veranderd, zoals de inwoners daar jullie drieën haarfijn zullen vertellen! Onderzoek goed of dat wonder echt is en of er geen bedrog aan ten grondslag ligt, en let daarna op hetgeen jullie harten jullie zullen influisteren! Breng verslag uit in Jeruzalem over wat jullie hebben gehoord en gezien, of houd het voor jezelf, geheel zoals jullie dat zullen aanvoelen!
Hoofdstuk 7: De koopman zoekt de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[7] Ik zei tegen de waard: 'Mijn beste Mucius, juist deze drie vragen, die jij stelt, omvatten in zich de gehele wijsheid van alle hemelen en de redenen voor Mijn leraarschap op deze aarde. Hoeveel daar door Mij ook al over is gesproken, toch kan die basisleer nooit vaak genoeg steeds weer herhaald worden, opdat het geestelijke hart van de mens die eeuwige waarheden volledig in zich opneemt, goed in zichzelf verteert en in zichzelf geheel in vlees en bloed zal omzetten. Ik zal jouw vragen daarom uitvoerig beantwoorden, in eerste instantie ter wille van jou en Phoikas, omdat jullie Mijn leer nog niet kennen, en in tweede instantie ter wille van de Mijnen, die al langere tijd bij Mij zijn, maar toch nog niet in alle waarheid zijn doorgedrongen. - Luister dus goed!
Hoofdstuk 9: Drie belangrijke vragen van Mucius en de beantwoording daarvan door de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[8] De mens leeft vanuit tweeërlei werelden, die hij in zichzelf dient te verenigen. Enerzijds is hij de sluitsteen van de uiterlijke, materiële schepping, waarin hij de kroon van de schepping wordt genoemd en als zodanig wordt geprezen, anderzijds is hij het beginpunt van de zuiver geestelijke wereld, die met hem de eerste fase van het volledig vrije zelfbewustzijn heeft bereikt. Hij is dus aan de ene kant het begin, aan de andere kant het einde van een keten en dient in zichzelf, door zijn daartoe geëigende leven en de vrije ontwikkeling, de juiste schakel te vinden waarmee hij die twee ketenen tot één kan maken. Ik zal jullie dat duidelijker uiteenzetten.
Hoofdstuk 9: Drie belangrijke vragen van Mucius en de beantwoording daarvan door de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[13] Nu wordt er een grens genaderd, van waaraf de dieren geneigd zijn zich bij de mens aan te sluiten; jullie noemen die dan huisdieren. Zij zijn doorgaans gedweeër of tammer, zoals jullie zeggen. Ze kunnen een zeer vergaande intelligentie ontwikkelen en afgericht worden. Ze gaan daardoor in zekere zin meer lijken op de mens, weliswaar niet in hun uiterlijke vorm, maar wel wat bepaalde karaktereigenschappen betreft. Jullie kunnen hierbij dikwijls echt verbluffende handelingen van dieren waarnemen, die van overleg getuigen en ook van een zeker beoordelingsvermogen, zodat jullie verbaasd staan en zeggen: het dier kan alleen nog niet spreken. Kijk, dat zijn dieren die in hun geestelijke ontwikkeling alleen nog de stap tot mens moeten doen, zoals een onmondig kindje ook alleen maar een bepaalde stap in jaren hoeft te doen om een verstandig mens te worden! Bij het dier kan dat doel echter niet bereikt worden, omdat de vorm van de ziel nog niet voleindigd is, terwijl bij een kind, dat toch vaak veel dommer en onbeholpener lijkt, de zielenvorm die in staat is zich verder te ontwikkelen, aanwezig is, zoals in iedere zaadkorrel het beeld van de toekomstige plant ligt.'
Hoofdstuk 9: Drie belangrijke vragen van Mucius en de beantwoording daarvan door de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[1] (De Heer:) 'Al deze diersoorten, die zo talrijk zijn om een optimale verscheidenheid in karakteraanleg mogelijk te maken, staan echter onder een vaststaande wet, die ervoor zorgt dat ze zich in die ene bepaalde richting namelijk die van de hoogst mogelijke intelligentie -kunnen ontwikkelen, dat wil zeggen, ze zijn niet in staat anders te handelen dan de begrenzing van hun zielenvorm toelaat. Als je bijvoorbeeld een vogel heel duidelijk aangeeft dat het toch beter zou zijn om geen open nest, maar bijvoorbeeld een gevlochten huis te bouwen -dan zal hij toch bij zijn nest blijven! En jullie kunnen er zeker van zijn dat sinds het ontstaan van de verschillende soorten op aarde iedere soort haar woningen altijd zo heeft gebouwd als het nu nog gebeurt. Dat komt door de in zekere zin beperkte horizon (de vorm van de ziel), die niet verruimd kan worden, precies zoals een kind nog niet de moeilijke hogere rekenkunde zou kunnen leren, als het de beginselen nog niet heeft begrepen.
Hoofdstuk 10: De ontwikkeling van de vorm van de ziel tot aan de mens - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
...  565 - 566 - 567 - 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582 - 583 - 584 - 585 - 586 - 587 - 588 - 589 - 590  ...