10915 resultaten - Pagina 580 van 728
... 568 - 569 - 570 - 571 - 572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582 - 583 - 584 - 585 - 586 - 587 - 588 - 589 - 590 - 591 - 592 - 593 ...
[13] Daarom moeten jullie dat goed ter harte nemen en Mijn onveranderlijke orde goed begrijpen. Anders zouden jullie, als je op een nog op aarde levend mens invloed uitoefent, veel meer bij hem bederven dan goed doen. Iedere slechts door een uiterlijke - laat staan door een innerlijke - dwang aan banden gelegde wil, is nutteloos. Rome heeft zich, evenals het heidendom, van allerlei dwangmiddelen bediend om de wil van de mensen aan banden te leggen. Wat heeft het echter daarmee bereikt? Het op handen zijnde uiteenvallen en een algemene, diepe verachting. Wat het ook mag doen, het zal zich toch nooit meer kunnen herstellen en oprichten.Hoofdstuk 104: Zegenbede voor de maaltijd. Over Swedenborg. Zegening van het Habsburgse huis. Invloed van geesten en engelen op mensen. Grondwet van de vrije wil. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[11] Wanneer een mens echter tot een juist inzicht is gekomen, dan zal dit zonder meer zijn wil leiden zoals een goede ruiter zijn paard. De wil zal dan steeds meer datgene beginnen te willen wat zijn inzicht juist, goed en dus doelmatig vindt. Daardoor komen wil en inzicht steeds nader tot elkaar, totdat ze uiteindelijk volkomen één worden, hetgeen dan leidt tot de voltooiing van de mens. De wil is het leven van de ziel, het inzicht daarentegen ligt in de eeuwige vrije geest. Worden geest en ziel één, dan is door deze geestelijke wedergeboorte de voor het eeuwige leven vereiste vrijheid ook aanwezig en leeft de mens reeds in Mijn rijk, dat bestaat uit de waarheid en het eeuwige leven.
Hoofdstuk 104: Zegenbede voor de maaltijd. Over Swedenborg. Zegening van het Habsburgse huis. Invloed van geesten en engelen op mensen. Grondwet van de vrije wil. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Blijf dus in de liefde, omdat je de liefde in je hebt - en ga nu en neem Mathilde-Eljah bij je opdat al jouw liefde voor Mij een eeuwige voeding mag hebben, want als de magneet als symbool van de kracht van de liefde geen voeding krijgt, verzwakt hij. Geeft men hem echter voeding, dan wordt hij steeds sterker. En zo moet ook Mathilde-Eljah voor jou een versterkende voeding zijn! Zo zij het!'
Hoofdstuk 103: Wat de liefde doet is welgedaan. Laat je alleen door haar leiden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[10] Kijk, Mijn lieve broeder, precies zo is het nu ook bij Mij. Wat Mijn orde en wijsheid betreft blijft weliswaar ieder woord van Mij eeuwig onveranderlijk, maar wie door de liefde tot Mij komt, wordt alles kwijtgescholden. Ben Ik in de wijsheid al een diamant, in de liefde echter ben Ik weker dan was en valt er heel goed met Mij te praten.'
Hoofdstuk 102: Gelijkenis van de strenge, rechtvaardige koning, die door de liefde wordt overwonnen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Er woonde in de stad ook een heel bescheiden man, die zich met allerlei praktische wetenschappen bezighield en af en toe het een en ander uitvond, dat de mensen goed van pas kwam. Een gebod van de koning hield echter in dat iedere kunstenaar of geleerde zijn werken eerst ter beoordeling aan de koning moest voorleggen, opdat er niets in handen van het volk zou komen dat het schade zou kunnen berokkenen. Deze man wist amper dat er zo' n gebod bestond en verspreidde daarom zonder voorkennis van de koning verschillende van zijn nuttige werken onder het volk, dat niet naliet deze meester buitengewoon te prijzen.
Hoofdstuk 102: Gelijkenis van de strenge, rechtvaardige koning, die door de liefde wordt overwonnen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[10] Ik zeg: 'Maak je over hen geen zorgen! Ik heb heel veel dienaren die deze schapen moeten hoeden en leiden. Daarom is het ook niet nodig dat juist wij allen moeten leiden, maar alleen diegenen die zich tijdens hun leven op aarde hoofdzakelijk om Mijn naam hebben bekommerd op de verkeerde of op de juiste manier, dat maakt hier niets uit. Als er maar een geloof aanwezig was, dan kunnen we dit altijd in orde brengen en hun liefde opwekken. Maar waar helemaal geen geloof of een te hardnekkig bijgeloof aanwezig is, mogen wij aanvankelijk niet openlijk de rol van leider of opwekker vervullen. Daarvoor heb Ik miljoenen dienaren, aan wie zulke zaken worden toevertrouwd. Er is echter wel degelijk verschil tussen degenen die Ik Zelf persoonlijk opwek en leid, en die velen die door Mijn engelen en dienaren worden opgewekt en geleid. Hier geldt het woord: 'Velen zijn geroepen, maar slechts weinigen uitverkoren!'
Hoofdstuk 101: Peters uiting van vurige liefde voor de Vader. Afscheid van het droomgezicht van de stad Wenen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Daarom is het ook billijk dat ieder hart U boven alles liefheeft, want U alleen bent goed en meer dan heilig; alle andere wezens zijn echter slechts goed door de liefde voor U. Als een wezen iets anders meer liefheeft dan U, heilige Vader, dan is het al slecht, want alle liefde moet gericht zijn op U. Heb ik een schepsel lief omwille van het schepsel, dan is mijn liefde al een zonde, maar heb ik het enkel lief omwille van U, dan is mijn liefde een deugd en geeft zij het hart blijvende zaligheid. U alleen bent liefde en hebt ons uit liefde en voor de liefde geschapen. Daarom komt U alleen al onze liefde toe en wie U lief heeft, aanbidt U ook echt.
Hoofdstuk 101: Peters uiting van vurige liefde voor de Vader. Afscheid van het droomgezicht van de stad Wenen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Als jij echter van wijn en zijn opwekkende kracht houdt, kun je dan een vijand van het persen zijn? Ik zeg je, zonder druk gaat het niet! Alleen als ook de geest door de druk gedwongen wordt om over te gaan in het aan de ziel verwante sap, komt de ziel zelf pas tot leven, in het bezit van eigen kracht en macht. Begrijp je deze beeldspraak?'
Hoofdstuk 100: Robert beleert Peter over het echte rijpingsproces van de liefde. Voorbeelden van de feniks en van de wijnpers. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] De officier zegt: 'Vriend, jij hebt nu wel gemakkelijk preken, want jij hebt de school al doorlopen, maar mensen als wij, die zich nog midden in het gloeiende vuur van de liefde bevinden, ondervinden in zo'n lijdzame toestand een moeilijk te verdragen, onbehaaglijke drang. Zorg er liever voor dat ik Jezus kan omarmen, daarmee help je mij meer dan met de mooiste stichtelijke preek. Spreek de heerlijkste woorden in een brandend huis, en je zult daarmee het vuur niet blussen; als je echter een emmer neemt en daarmee ijverig water op het vuur gooit, dan zul je daardoor je doel beter bereiken.' .
Hoofdstuk 100: Robert beleert Peter over het echte rijpingsproces van de liefde. Voorbeelden van de feniks en van de wijnpers. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[3] Het hart voortijdig gerust- en tevredenstellen betekent zijn geest weer in slaap sussen. Een slapende geest toont echter weinig neiging om vrij te worden. Men moet hier, in het rijk van de genade, de liefde geheel de vrije loop laten. Welke gevolgen dat ook mag hebben, ze kunnen alleen maar goed zijn, omdat de liefde een heilige kracht uit God is. Laat je daarom maar in beroering brengen door de liefde van de Heer; zij zal ervoor zorgen dat jouw gehele wezen zich in de meest volmaakte orde ontwikkelt!'
Hoofdstuk 100: Robert beleert Peter over het echte rijpingsproces van de liefde. Voorbeelden van de feniks en van de wijnpers. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[17] Eens was ik zelf zo dom en geloofde ik dat een priester iemand in de hemel kon brengen. Toen ik mij er later echter van overtuigde wat voor mentaliteit de priesters hebben, is mijn denken ook veranderd. In 1848 stond ikzelf goedbewapend op de barricaden tegenover de vijanden van de waarheid en de vrijheid en vond daar ook de lichamelijke dood.
Hoofdstuk 99: De Heer over het onzevader. Strijd om een plaats aan de vaderborst. Helena over Gods- en broederliefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Mathilde, die nu haar hoofdje tegen de linkerzijde van Mijn borst heeft gelegd, zegt: 'Nu is het goed! o God, o God, wat een zalige rust! Ja, wie werkelijk rusten wil, die ruste in God! o heilige borst! Och, mijn hart is veel te klein om de rijkdom van deze heilige, grootse ervaring te kunnen vatten! Wie zou echter de diepte van zo'n genade en liefde ooit kunnen begrijpen en doorgronden?'
Hoofdstuk 99: De Heer over het onzevader. Strijd om een plaats aan de vaderborst. Helena over Gods- en broederliefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[7] Ik zeg: 'Nu, Mathilde, kom toch en doe zoals zij!' Nu laat Mathilde zich geen tweede keer roepen en valt eveneens aan Mijn borst. Daar Helena zich echter bijna over Mijn hele borst heeft uitgestrekt, vindt Mathilde iets te weinig plaats en zegt vriendelijk tegen Helena: 'Zeg lieve zuster, laat voor mij toch ook een plekje over! Ik ben toch ook net als jij hierheen geroepen.'
Hoofdstuk 99: De Heer over het onzevader. Strijd om een plaats aan de vaderborst. Helena over Gods- en broederliefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[14] Mathilde zegt echter, vol vrees en liefde voor Mij: 'Heilige Vader, U die in de hemel woont, Uw naam worde altijd en steeds meer erkend en geheiligd! Uw rijk van liefde, wijsheid en eeuwig leven kome tot ons allen! Uw alleen heilige wil worde door alle vrije geesten, wezens en mensen in de hemelen en op alle hemellichamen nauwgezet nageleefd! Geef, 0 heilige Vader, dat alle kinderen Uw hemelbrood des levens mogen eten met een zuivere mond! Vergeef ons allen onze zwakheden en zonden, zoals wij allen vergeven, die ons ooit hebben beledigd! Laat ook niet toe dat wij, met nog allerlei zwakheden behepte kinderen, zo in verzoeking worden gebracht, dat het onze krachten te boven gaat! Als echter iets kwaads Uw kinderen dreigt te verderven, wend het dan af en bevrijd hen van alles wat hun kwaad zou kunnen doen! Want aan U alleen is eeuwig alle macht en kracht! U zij alle roem, lofprijzing, eer en aanbidding! Voor U alleen zij eeuwig al onze liefde en lof! Amen!'
Hoofdstuk 98: Over de juiste liefde voor God. Gelijkenis van het smalle poortje en de grote last. Een hemels onzevader. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[9] Ik zeg: 'Maar Mij niet, beste vriend en zoon, want als het nodig zou zijn om jou daarvan de reden te zeggen, dan had Ik dat allang gedaan. Voor zo wijs zul je Mij hopelijk toch wel houden, dat Ik duidelijk inzie wat wel of niet nodig is. Op goede gronden zeg Ik je echter de reden daarvoor niet. Heb je daar soms ook iets tegenin te brengen?
Hoofdstuk 98: Over de juiste liefde voor God. Gelijkenis van het smalle poortje en de grote last. Een hemels onzevader. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)