Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 584 van 1112

...  572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582 - 583 - 584 - 585 - 586 - 587 - 588 - 589 - 590 - 591 - 592 - 593 - 594 - 595 - 596 - 597  ...
[12] O waarlijk, het zou voor mij veel gemakkelijker te begrijpen zijn dat ik en mijn wrede drager één enkel wezen vol nacht en vol licht in het midden van de aarde zouden zijn, dan dat onze God, onze machtige, eeuwige, vrije en heilige God ook maar één wezen zou kunnen laten ontstaan om het door geboden te onderdrukken en te dwingen zich vrij te bewegen, wat toch een nog grotere onmogelijkheid zou zijn dan wanneer de meest vrije, heilige Vader en Schepper Zichzelf door ijzeren ketenen gebonden tot een slaaf der slaven in de diepte van Lamech zou maken!
Hoofdstuk 85: Asmahaëls woorden over de wet - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] Nadat Asmahaël zijn toespraak voltooid had, trad een tamelijk lange stilte in onder de vaderen; zelfs Henoch had zich in een lange bespiegeling over de liefde verloren en dacht bij zichzelf na of er dan toch ergens een mogelijkheid zou kunnen zijn, zich in de liefde te vergissen.
Hoofdstuk 86: De gedachten van de patriarchen over Asmahaëls woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] "Want", zei hij bij zichzelf, "Asmahaël heeft maar al te zeer gelijk in al wat hij heeft gesproken! Maar de aangrijpende liefde, de machtige liefde, die het hart met zoet, onoverwinnelijk geweld tot de eeuwige, heilige Vader omhoog trekt, zodat degene die er volledig door gegrepen is er niet meer omheen kan en niet in staat is zich van haar te ontdoen, - zou - nee, nee, het is mij niet mogelijk het te voelen en te denken! -, zou deze almachtige liefde dan niet de een of andere eeuwige wet in de Heer Zelf zijn, waaruit, waarnaar en waardoor Hij alles schept, ordent en voortdurend onderhoudt?!
Hoofdstuk 86: De gedachten van de patriarchen over Asmahaëls woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[5] Maar hoe staat het vervolgens met de vaststelling van de ordening krachtens welke ieder wezen de hem gegeven vorm moet behouden en zich niet naar vrije willekeur kan veranderen? De Schepper, onze heilige God en Vader, heeft het aldus ingesteld dat is en zal voor eeuwig waar zijn! -; maar moet datgene wat bij de schepselen en de kinderen de onveranderlijke vorm bepaalt, bij de Heer niet een door Hemzelf vastgestelde wet zijn, die Hij tot op het laatste oneindig kleine puntje in acht moet nemen, indien door Zijn oneindige liefde de schepselen zodanig zullen blijven als Hij hen uit Zijn eeuwige ordening vastgesteld heeft?
Hoofdstuk 86: De gedachten van de patriarchen over Asmahaëls woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Wie kan mij nu met zekerheid zeggen, of mijn liefde vrijheid is of wet? Omdat ik liefheb en leef, is zij de vrijheid; maar omdat de liefde mij naar zich toe trekt en mij onuitsprekelijk goed bevalt, is zij een eeuwig richtende wet, waardoor ik, die door de onweerstaanbare aantrekking tot God in mijn hart moet liefhebben, dood, ja voor eeuwig dood ben en het noodzakelijkerwijs ook moet zijn!
Hoofdstuk 86: De gedachten van de patriarchen over Asmahaëls woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[18] Maar Jared krabde zich achter zijn oor en merkte eindelijk op: "Zie, vader Enos, als een straal van de zon mij steekt, dan verlaat ik die plaats en vlucht naar de verkoelende schaduw! Indien nu de felle straal een gat in de grond zou branden, waarlijk, ik zou er mij weinig om bekommeren; want ik heb immers een goede schaduwplek gevonden! Ik moet toch wel buiten al mijn zinnen zijn, indien ik mijn schaduwplek zou verlaten eer de zon ondergegaan is!
Hoofdstuk 86: De gedachten van de patriarchen over Asmahaëls woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[22] Ook tussen Kenan en Mahalaleël ontspon zich een gedempt gesprek met de volgende inhoud:
Hoofdstuk 86: De gedachten van de patriarchen over Asmahaëls woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[23] Mahalaleël: "Wat vindt jij, Kenan, zullen wij vandaag nog thuis komen? De kinderen van de avond liggen allemaal stom als stenen op de goede aarde en ons gaat het na Asmahaëls werkelijk buitengewone woorden ook geen haar beter; ook heb ik het idee dat zelfs de goede Henoch zich in een nu juist niet zo geringe verlegenheid zou kunnen bevinden!"
Hoofdstuk 86: De gedachten van de patriarchen over Asmahaëls woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[26] Kenan: "Laten wij de zaak laten rusten! Indien het hier werkelijk tot een overnachting komt, zal daardoor de aarde niet wormstekig en de vaste grond niet tot water worden. De Heer weet het beste waarom Hij voor onze bezige tongen een kleine rustdag heeft ingelast! Ik zeg altijd maar: het is beter te handelen dan steeds te praten en te leren. Ik luister weliswaar zeer graag naar mooie toespraken en lessen, - maar eerlijk waar: op deze reis gebeurt er teveel van het goede; men kan het niet meer verwerken en Asmahaëls woord is als een steen in mijn maag, luister, die zal nog enige rust nodig hebben om te verteren! Laten wij het daarom laten zoals het is en zwijgen! Amen."
Hoofdstuk 86: De gedachten van de patriarchen over Asmahaëls woorden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] Seth merkte dat de kinderen onder elkaar aan het praten waren en dacht bij zichzelf: "Waarlijk, ze zijn allemaal door twijfel aangegrepen en ze weten zich geen raad en kunnen zichzelf niet helpen! O, hoe graag zou ik jullie willen helpen, als het mij gegeven was! Dat Henoch toch zo lang over deze zaak blijft zwijgen!
Hoofdstuk 87: Eva berispt Seth - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] Kunstige zinswendingen, hoogdravende woorden zijn altijd luide verkondigers van eigen zwakte, waarmee men graag de ander wil tonen dat men nog buitengewoon sterk is, terwijl juist de oprechte mens al van verre ziet dat degene die zich sterk wil maken zich in allerlei bochten wringt; daarom lieve Seth, keer je af van je gekronkel en bewandel voor God en voor de kinderen het rechte pad; dan zal het je niet aan licht ontbreken!
Hoofdstuk 87: Eva berispt Seth - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] Toen Seth dat van Eva had gehoord, werd het hem angstig en bang te moede omdat hij bij zichzelf dacht: "Wat is het hier vanavond raar! Ieder woord is een vergissing, ieder medelijden op het verkeerde moment en op de verkeerde plaats; iedere beter schijnende gedachte die zich in mijn hart nog duidelijk uit, is niets anders dan de onregelmatige vlucht van een nachtvlinder die zolang om de vlam cirkelt, tot de heldere vlam hem van zijn luchtige vleugels heeft beroofd!
Hoofdstuk 87: Eva berispt Seth - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Daar meldde zich de Liefde en zei: 'Ik ben de grond van alle instandhouding!' en verder zei zij niets!
Hoofdstuk 88: Henochs legt Asmahaëls woorden uit - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] En zoals ik dacht, zo dacht vader Adam ook. En vader Seth dacht weliswaar niet zo, maar hij ondervond de onoverkomelijke lege kloof in zijn gemoed en zocht en vond; maar bij gebrek aan deugdelijk gereedschap kon hij met hetgeen hij vond geen brug over de grote kloof bouwen. En ook de andere vaderen dachten tezamen met meer of minder grote lauwheid daarover na en brachten niets anders voort dan een geduldig afwachten van de gang van zaken en ze wilden graag de schuld van zich af schuiven; maar daarop wilde het niet lichter en warmer worden in hun verdoolde gemoed.
Hoofdstuk 88: Henochs legt Asmahaëls woorden uit - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] Wat jullie 'wet' noemen, is bij Mij de hoogste vrijheid in alle zaligheid van Mijn liefde; maar wat jullie 'vrijheid' noemen, is slechts Mijn vrije macht. Leef daarom uit de liefde, leef uit de eeuwige liefde in Mij, dan leven jullie waarachtig vrij! En de vrijheid van het leven zal je pas volledig leren dat de wet van de liefde de meest eigenlijke en allerhoogste vrijheid is en dat de wet en de vrijheid zijn als een cirkel die overal zichzelf tegenkomt en zich vrij maakt door de ordening waarin hij zich eeuwig opbouwt in oneindige volmaaktheid!
Hoofdstuk 88: Henochs legt Asmahaëls woorden uit - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  572 - 573 - 574 - 575 - 576 - 577 - 578 - 579 - 580 - 581 - 582 - 583 - 584 - 585 - 586 - 587 - 588 - 589 - 590 - 591 - 592 - 593 - 594 - 595 - 596 - 597  ...