Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3216 resultaten - Pagina 60 van 215

...  48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73  ...
[15] Tegen een rijke, die zijn rijkdommen als zodanig of ter wille van zichzelf te veel liefheeft, zeg Ik dat een kameel gemakkelijker door het oog van een naald gaat dan dat zo 'n rijke eens in de hemel zal komen!
Hoofdstuk 227: Niet het weten, maar het handelen uit liefde maakt zalig - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] DE FARIZEEËR zei: 'Ja, U heeft wel helemaal gelijk, en de mensen zijn Uw liefde niet waard en kunnen U van nu af aan niet genoeg danken dat U in het vlees gekomen bent om hun het ware licht te geven en hun de ware weg naar het eeuwige leven te wijzen. Maar één ding is er toch door ons mensen ten opzichte van U op te merken, en dat is het volgende: U bent zo, als deze keer, nog nooit bij de mensen geweest om hen te leren Uw wil en hun bestemming te onderkennen. Steeds waren het zeer ervaren en geestdriftige mensen - profeten genaamd - die beweerden door Uw geest gegrepen te zijn; en niet zij hebben gesproken, maar Uw geest door hun mond. Zij deden ter bekrachtiging van hun verklaringen ook tekenen, vaak van de meest buitengewone aard zoals men in de boeken leest; maar zij waren toch mensen en moesten sterven, hoewel zij heel vaak over het eeuwige leven spraken en schreven. Zelfs Mozes was daarvan niet uitgezonderd. Alleen van de unieke Elia zegt de Schrift, dat hij in een vurige wagen naar de hemel is opgevaren en alleen zijn mantel achterliet voor zijn leerling Elisa. Deze geschiedenis is echter toch wat ongeloofwaardig en kan niet als norm dienen, omdat men zoiets nooit daarvoor en ook nooit daarna bij welke grote wijze dan ook heeft meegemaakt.
Hoofdstuk 224: Het weerwoord van de Farizeeër - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Wie echter van zijn egoïstische spaarzaamheid overgaat naar volledige gierigheid, is reeds hier een duivel in mensengestalte die de geest van God, die zuiver liefde is, altijd weerstreeft en daarom voor altijd van de zaligheid zal blijven uitgesloten. Want zo zeker er een hemel is, zo zeker is er ook een hel, waarvan de worm nooit sterft en het vuur nooit dooft. Wie daar helemaal uit eigen wil inkomt, zal er ook geheel door eigen wil nooit meer uitkomen, -en dat is de ware eeuwige dood van de ziel. Let daar ook goed op, en pas er voor op dat je niet in zelfzucht, eigenliefde, nijd, gierigheid en wereldse hoogmoed vervalt! Want alle andere zonden raakt de mens eerder kwijt dan de zojuist genoemde.
Hoofdstuk 227: Niet het weten, maar het handelen uit liefde maakt zalig - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[17] Ja, Ik zeg jullie nog meer: Doe je vijanden goed, bid voor hen die je vervloeken, en zegen die je haten en achtervolgen, dan zullen jullie daardoor het snelst gloeiende kolen op hun hoofden stapelen en hun slechte gemoed het snelst naar het betere en hogere keren! Leen je overbodige geld aan hen die het je niet met rente terug kunnen betalen, en nodig diegenen te gast die je niet terugkunnen vragen, dan zul je daardoor in de hemel grote schatten voor je ziel verzamelen!
Hoofdstuk 227: Niet het weten, maar het handelen uit liefde maakt zalig - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] (DE HEER): 'Er staat weliswaar geschreven dat men hem, die je iets kwaads heeft aangedaan, zevenmaal volledig vergeven moet; maar Ik zeg jullie: zeven en zeventigmaal zevenmaal zul je je belediger vergeven voor je hem voor de rechter aanklaagt! Verbetert hij zich ook dan niet, verstoot hem dan uit de gemeente! Wie echter niet telt hoe vaak iemand hem beledigd heeft, die zal ook in de hemel niet worden aangerekend worden hoe vaak hij tegenover God heeft gezondigd.
Hoofdstuk 228: Naastenliefde. Kennis en liefde van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] Als iemand je om een gunst vraagt, bewijs hem dan met vreugde nog meer dan waarom hij je gevraagd heeft! Als bijvoorbeeld iemand in de winter bij je komt en je om een opperkleed vraagt omdat jij een aantal opperkleden hebt, geef hem er dan ook nog een mantel bij; en als iemand je vraagt om een uur gaans met hem mee te gaan omdat hij de weg niet kent, ga dan twee uur met hem mee, opdat je hem meer liefde bewijst dan hij je gevraagd heeft! Wat je meer voor iemand gedaan hebt, zal je in de hemel tien -, dertig en ook honderdvoudig vergolden worden.
Hoofdstuk 228: Naastenliefde. Kennis en liefde van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] IK zei: 'Zoals je het verkregen hebt, zo moet je het ook weer verdelen onder degenen die het nodig hebben! Want wie echt Mijn leerling en volgeling wil zijn en ook zal zijn, zal, als hij het in alle ernst wil, zich geen zorgen hoeven te maken voor de komende dag wat hij zal eten en drinken en waarmee hij zich zal kleden, maar laat hij slechts ijverig het rijk van God en diens gerechtigheid zoeken! Al het andere wat hij nodig heeft om te leven, zal hem erbij gegeven worden; want de Vader in de hemel weet altijd wat de Zijnen nodig hebben. Hij, die het gras op het veld voedt en alle dieren hun voer en hun bekleding geeft, zal voor de mensen die in Zijn liefde en in Zijn welbehagen wandelen toch nog wel meer zorg dragen; want zo'n mens is meer waard dan alle planten en alle dieren van de hele wereld. -Begrijp je dat?'
Hoofdstuk 228: Naastenliefde. Kennis en liefde van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] Kijk, Heer, dat en nog heel veel meer weten wij en wij kunnen niet ontkennen dat er een allerhoogste God Vader in de hemel is. U bent Zijn Zoon, zonder enige twijfel, en een Derde, beslist ook aan God, de Vader en U gelijk, is toch duidelijk de Heilige Geest! -Hebben wij ongelijk als wij hierop ons geloof baseren?'
Hoofdstuk 229: God-Vader, God-Zoon en God-Heilige Geest - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] En kijk, dat alles bevindt zich nu in Mij: De liefde, de wijsheid en alle macht! En daarom is er maar één God, en dat ben Ik, en Ik heb alleen maar hier een lichaam aangenomen om Mij aan jullie mensen van deze aarde, die Ik volkomen naar Mijn evenbeeld geschapen heb uit de oersubstantie van Mijn liefde, in jullie individualiteit nader te kunnen openbaren, - zoals dat juist nu het geval is.
Hoofdstuk 230: De drie-eenheid in God en mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] VERSCHILLENDEN zeiden: 'Heer, dan zou het ons toch liever zijn dat U eeuwig zo bij ons bleef; want waar U, o Heer, bent, daar is ook al de hoogste hemel, en wij verlangen eeuwig geen betere!'
Hoofdstuk 231: De oneindigheid en alomtegenwoordigheid van God in Jezus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] Toen zei THOMAS, die nog steeds het meest ongelovig was opeens: 'Heer, waarom zagen we dan de Heilige Geest in de vorm van een vurige duif, en waarom hoorden wij de stem van de Vader uit de geopende hemel?'
Hoofdstuk 231: De oneindigheid en alomtegenwoordigheid van God in Jezus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] IK zei: 'O ja, met veel genoegen! Kijk, zoals volgens Mijn oude, dat wil zeggen eeuwige orde geen vrucht aan een boom in één keer rijp wordt, zo wordt ook geen centrale zon, geen planetaire zon en geen aarde zoals deze, ineens helemaal kant en klaar geschapen, bewoond en met alle mogelijke vruchten begroeid, maar dat gaat geleidelijk aan; want voor God is het immers echt niet nodig Zich ergens mee te overhaasten, omdat Hij van de ene eeuwigheid tot de andere toch tijd genoeg heeft, -ofschoon het niet buiten de mogelijkheden van God ligt een hele zon, evenals een hele aarde of talloos vele werelden van beide soorten in één ogenblik tot aanzijn te roepen.
Hoofdstuk 232: Het wezen van de kometen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Iedere goede arbeider is weliswaar zijn loon waard, maar een huurling die zich huren laat om werk te doen voor een ander die zelfbelang bij het werk heeft, is zelden zijn loon waard. Want hij zal slechts voor de schijn ter wille van zijn loon werken; maar de werkgever zal daarmee slecht gediend zijn. En zo en nog erger zullen alle valse leraren en profeten zijn. Want hun motief zal - zoals nu bij de Farizeeën - de mammon zijn; daarvoor zullen zij onderricht geven, domme en verkeerde dingen voorspellen, de mensen fysiek en nog meer geestelijk bedriegen, de eigendommen van weduwen en wezen opslokken en hun daarvoor de hemel beloven, en tenslotte zullen zij hen die bij de zuivere waarheid blijven, als de grootste ketters te vuur en te zwaard vervolgen en onder groot misbaar zeggen: 'Wij zijn de ware volgelingen van Christus, de Zoon van God!' Ik zeg jullie dat nu vooruit, opdat jullie en je ware volgelingen kunnen weten hoe je je moet gedragen wanneer dat mocht gebeuren - en ten dele ook reeds begonnen is!'
Hoofdstuk 235: Over de valse profeten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Toen zei LAZARUS: 'Dat is beslist zo; want niets te zien en toch rotsvast te geloven, is duidelijk een grotere verdienste dan al die tekenen te zien en al die toespraken en leringen, die iemand met onweerstaanbare kracht tot geloof dwingen, uit de zuiver goddelijke mond te horen, en dan pas te geloven. En dus zal de zwakste in het geloof in O, o Heer, die toch gewetensvol daarnaar handelt, beslist eerder de hoogste hemel verdienen, dan een van ons, die het sterkste geloof heeft, de laagste hemel. O, dat is mij in ieder geval erg duidelijk!'
Hoofdstuk 236: De geestelijke alomtegenwoordigheid van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] Ik zeg jullie: Op aarde is jammer genoeg naijver, - maar in de hemel zal daarvan eeuwig niets meer naar voren komen; want een afgunstig mens zal daar niet binnenkomen.
Hoofdstuk 236: De geestelijke alomtegenwoordigheid van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73  ...