Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

5587 resultaten - Pagina 60 van 373

...  48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73  ...
[9] Als je echter naar Hem toegaat, ga dan in de liefde van je hart naar Hem toe en niet puur verstandelijk! Want alleen door de liefde kun en zul je Hem winnen en Hem in Zijn goddelijkheid ook begrijpen; maar met het verstand zul je eeuwig niets bereiken! Want slechts de reine liefde is in staat om steeds toe te nemen, terwijl het verstand grenzen heeft die het nooit zal kunnen overschrijden. Maar de liefde van de mens tot God is, zoals gezegd, in staat om eeuwig toe te nemen, en hoe krachtiger de liefde tot Hem in je zal worden, des te lichter wordt het ook in je gehele wezen! Want de reine liefde tot God is een levend vuur en een stralend licht. Wie in dit licht wandelt, zal de dood in eeuwigheid met zien, zoals HIJ Zelf gezegd heeft. -En nu weet je al behoorlijk veel. wek jezelf op in je hart en ga naar Hem toe!"
Hoofdstuk 77: Zorels besluit om zich te verbeteren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] Maar tot grote verrassing en verbazing van Zorel zeg IK tegen hem: "Wie zijn gebreken berouwvol erkent en boete doet in de ware, levende deemoed van zijn hart: is Mij liever dan negenennegentig rechtvaardigen die de boetedoening nog nooit nodig hebben gehad. Kom daarom nu bij Mij, boetvaardige vriend, want in jou heerst nu het juiste deemoedige gevoel, dat Mij liever is dan dat van hen die vanaf het oerbegin rechtvaardig zijn en in hun harten roepen: 'Hosianna, God in de hoge, dat wij Uw heilige naam nooit ontheiligd hebben door een willens en wetens begane zonde!' Dat mogen zij roepen en daar hebben zij ook het recht toe, maar dat maakt ook dat zij met veroordelende ogen naar een zondaar kijken en zijn nabijheid mijden als de pest.
Hoofdstuk 78: De weg naar het eeuwige leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Wie van jullie met zijn gehele hart een vriend zal zijn van de armen, voor hem zal ook Ik een vriend en ware broeder zijn in het tijdelijke en het eeuwige, en hij zal de innerlijke wijsheid niet van een andere wijze behoeven te Ieren, maar Ik zal hem die in alle volheid in zijn hart geven. Wie zijn naaste arme broeder zal liefhebben als zichzelf en een arme zuster niet zal wegjagen, van welke stam of welke leeftijd zij ook mag zijn, tot hem zal Ik altijd Zelf komen en Mij getrouw aan hem openbaren. Ik zal het zijn geest, die de liefde is, zeggen en die zal daarmee de gehele ziel en haar mond vervullen. Wat hij dan spreken of schrijven zal, zal door Mij voor alle tijden der tijden gesproken en geschreven zijn.
Hoofdstuk 79: Over armoede en naastenliefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Maar een zacht en week hart zal door Mijn genadelicht, dat in wezen heel zacht is, vrij snel en gemakkelijk doorbroken worden, en Ik Zelf zal dan in zo'n hart binnengaan met alle volheid van Mijn liefde en wijsheid.
Hoofdstuk 79: Over armoede en naastenliefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[14] Want een hoer is een jonge vrouw waarvan het vlees en de ziel volkomen ontwricht en zwak is. Wie haar met een eerlijk en Mij getrouw hart uit haar grote nood helpt, zal eens in Mijn rijk hoog aangeschreven staan. Wie tegen smadelijke betaling gemeenschap met een hoer heeft en haar nog slechter maakt dan zij al was, zal eens beloond worden met het loon dat iedere kwaadwillige doodslager krijgt in de poel die voor alle duivels en hun helpers klaar staat.
Hoofdstuk 80: De lichamelijke lust. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Verstandelijk gezien heb je juist gedacht en niemand kan daar met zijn wereldse verstand iets tegen inbrengen. Maar het verstand van je hart spreekt een andere taal, namelijk: "Niet door giften alleen worden de werken der naastenliefde beoefend, maar veeleer door allerlei goede daden en eerlijke en rechtschapen hulp, waarbij het aan goede wil natuurlijk niet mag ontbreken.
Hoofdstuk 81: Over het echte geven, dat God welgevallig is. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] Want het hart van de vriendelijke gever lijkt op een vrucht die gemakkelijk en snel rijp wordt omdat zij een overvloed aan echte warmte in zich heeft, die hoogst noodzakelijk is voor de rijping van een vrucht omdat in de warmte het overeenkomstige levenselement, de liefde, heerst.
Hoofdstuk 81: Over het echte geven, dat God welgevallig is. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[15] Daarom moet je bij het geven en helpen ook geen ernstige en vaak bittere vermaningen meegeven, want die veroorzaken bij de arme broeder vaak veel droefheid die maakt dat hij er in zijn hart sterk naar gaat verlangen om van de weldoener, die hem steeds zo ernstig vermaant, toch maar niets meer te hoeven aannemen. De weldoener zelf wordt door die niet te pas komende vermaningen echter niet zelden wat trots, en degene die de weldaden aanvaardt, voelt zich daardoor teveel vernederd en voelt dan pas goed zijn nood naast de welstand van de weldoener, en dat maakt dan dat het nemen veel moeilijker wordt dan het geven.
Hoofdstuk 81: Over het echte geven, dat God welgevallig is. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[17] De reden waarom een blijmoedige en vriendelijke gever zoveel voor heeft op een stuurse boetprediker is, dat hij het hart van de ontvanger troost en verheft en dankbaar stemt. Ook wordt de ontvanger daardoor met een liefdevol en vruchtbaar vertrouwen tot God en de mensen vervuld, en zijn anders zo zware juk wordt hem tot een lichtere last, die hij dan met meer geduld en overgave draagt dan tevoren.
Hoofdstuk 81: Over het echte geven, dat God welgevallig is. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] O, ik redeneer nu niet als de een of andere dronken dwaas, maar volkomen nuchter getuig ik met deze woorden dat ik de waarheid van Gods woord volkomen heb begrepen en verstaan! En dat ik het volkomen begrepen heb, volgt daaruit, dat ik mijn aardse leven voor deze heilige waarheid in de waagschaal wil stellen, -wat ik nu niet zo maar zeg om mijn woorden bij jullie een zekere oratorische kracht bij te zetten, maar omdat mijn hart mij dat nu werkelijk ingeeft.
Hoofdstuk 84: Zorels goede voornemens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] CORNELIUS zegt dan tegen hem: "Zo, beste vriend, dat doet mij van ganser harte genoegen! In het vervolg zullen wij immers in de naam van Hem die ons verlicht heeft, samen leven en werken! Wat betreft de ware deemoed, geloof ik dat men in het hart vol ware deemoed en naastenliefde moet zijn, maar daar uiterlijk juist niet mee moet pronken; want door uiterlijk te onderdanig dieper dan de andere mensen te buigen, maak ik hen hoogmoedig en ontneem mijzelf de gelegenheid hen in alles wat nuttig zou zijn, te kunnen dienen.
Hoofdstuk 86: Overdreven en ware deemoed. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Een zekere achting, die ik alleen al als mens van mijn medemensen kan verwachten, mag ik nooit geheel weggeven, omdat ik zonder die achting niets kan doen wat bevorderlijk is voor het goede! Laten wij daarom beiden weliswaar in ons hart zo deemoedig zijn als maar mogelijk is, maar van ons noodzakelijke, uiterlijke aanzien kunnen en willen wij niets laten vallen!
Hoofdstuk 86: Overdreven en ware deemoed. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Wanneer zo'n koning door zijn overweldigende macht al nagenoeg alles aan zijn belediger heeft ontnomen, vindt hij dat nog lang niet genoeg! Hij wil hem zelf ook nog voor zijn ogen gruwelijk gemarteld zien! Daartegen helpt geen bidden en smeken. En wanneer de belediger voor de ogen van de trotse koning onder de vreselijkste en pijnlijkste martelingen is gestorven, wordt zijn lichaam bovendien nog afschuwelijk vervloekt en als voer voor de raven uitgestrooid, en nooit keert in het diamanten hart van zo'n koning iets van berouw terug. Integendeel, de toorn of de gloeiende woestijn van Afrika blijft, aan ieder de vreselijkste dood brengend die het ooit zou wagen ook maar de plaats waar de trotse koning stond niet de hoogste eer te betonen.
Hoofdstuk 82: Deemoed en hoogmoed. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Hoe groot moet Uw vreugde als Vader dan wel zijn, als een mens de voltooiing binnen Uw heilige orde heeft bereikt! Maar hoe groot moet dan ook de vreugde van een kind zijn, dat in en uit zijn nietigheid als schepsel, in de volheid van zijn ware deemoed in zijn innerlijke vervolmaking eindelijk U Zelf als de ware en enige Vader heeft herkend! Ik zou de hemelse engelengeest wel willen ontmoeten die mij die vreugde met dagheldere verbeeldingskracht zou kunnen beschrijven, - en degene die nu in zijn huidige, geestelijke verarming de diepte van zo'n fantasie zó zou kunnen begrijpen dat de werkelijke betekenis daarvan ook maar enigszins tot hem doordrong! Ik heb wel zo'n vaag voorgevoel, - ja, het lijkt nu net weer alsof ik ooit in een droom eens iets dergelijks gevoeld heb, maar dat schijnt toch allemaal slechts een prettige reactie te zijn op datgene wat Uw leer, o Heer, in mijn hart en in mijn wil heeft veroorzaakt!
Hoofdstuk 84: Zorels goede voornemens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[17] U, geëerde Cyrenius, heb ik echter slechts in mijn domheid en geestelijke armoede gevraagd om ondersteuning; nu neem ik echter mijn ontijdige vraag terug! Want nu ik de hemelse schatten in zo rijke mate heb gevonden, heb ik de aardse niet meer nodig; ook mijn akker en mijn verbrande hut heb ik niet meer nodig, omdat ik Gods hut in mijn hart herkend en gezien heb. Verkoop alles en betaal hun, die ik hier op aarde iets schuldig ben! Ik zal echter werken en de mensen in alles wat in Gods ogen juist is, dienen. Want ik kan immers werken, ik heb gedurende mijn leven heel wat vaardigheden verworven en daarom ben ik een bruikbaar mens. Men zal mij toch overal wel voldoende tijd gunnen om door mijn daden te laten zien waarvoor ik nu voor altijd en voor eeuwig gekozen heb?!"
Hoofdstuk 84: Zorels goede voornemens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73  ...