Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 595 van 1490

...  583 - 584 - 585 - 586 - 587 - 588 - 589 - 590 - 591 - 592 - 593 - 594 - 595 - 596 - 597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608  ...
[7] Mijn rijk is echter niet van deze wereld, en wie het met Mij houdt zal niet de dood, maar het eeuwige leven in Mijn rijk als loon ontvangen. Mijn andere leerlingen hebben, op een paar na, toch ook vrouwen kinderen thuis -en toch zijn ze bij Mij gebleven ter wille van het rijk Gods! Waarom ben jij dan naar je familie gegaan, alsof jouw zorg voor hen meer is dan die van Mij? Schrijf dat in je wereldse hart!'
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Deze woorden van Mij stonden de werelds ingestelde leerling weliswaar niet zo erg aan, maar toch beheerste hij zich en dankte Mij voor de terechtwijzing; en Ik zei tegen de waard dat hij hem aan een andere tafel iets te eten en te drinken moest geven. De waard deed dat direct, en de leerling ging zitten en nam brood en wijn tot zich; vissen kreeg hij echter niet meer, omdat die niet meer voorradig waren en deze leerling zich in Kis volgegeten had met vissen.
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] Toen Ik Mij zo ongeveer twee uur lang met de twaalfvissers had beziggehouden en Mijn onderricht voor deze dag en avond afsloot, kwam er bijna buiten adem een dienaar van het huis naar ons toe in de zaal en zei: 'Beste heren, ik was op het terras bezig en keek in de richting van het oosten. Daar ontdekte ik een buitengewoon grote ster, die heel dicht bij de horizon staat. Het licht ervan is rood als bloed, maar tevens zo sterk dat je er niet lang naar kunt kijken. Ik heb nog nooit zo'n ster gezien.Wat zal die ster te betekenen hebben? De Heer Heiland uit Nazareth, wiens wijsheid naar men zegt die van Salomo overtreft, zal zeker het beste kunnen weten wat de ster betekent.'
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Nu zei de dienaar enigszins verlegen: 'Ja, dan zouden de heren even naar buiten moeten komen; want vanuit deze zaal kun je hem niet zien, omdat de ramen zich niet aan de oostkant, maar precies aan de andere kant bevinden.'
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[15] Nu vroeg Ik alle aanwezigen, die de ster ook met een enigszins schuwe blik bekeken: 'Welnu, wat denken jullie van deze ster? Kennen jullie hem, of kennen jullie hem niet? Voor jou, Mijn leerling Andreas, zou deze ster toch niet onbekend moeten zijn, omdat jij immers een sterrenkundige bent.'
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[18] Zie, deze planeet bevindt zich om de jullie bekend gemaakte redenen nu het dichtst bij de aarde en ook bij de zon, zoals al opgemerkt werd, en ziet er om die reden heel wat groter uit dan wanneer hij ver van de aarde staat, zoals ieder voorwerp dat dichtbij is zich ook groter manifesteert en vertoont dan van een grotere afstand. - Begrijpen jullie dat nu?'
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[19] Andreas zei: 'Heer en Meester, nu is mij en zeker ook alle anderen deze kwestie weer helemaal duidelijk, en voortaan zullen wij over zulke voorvallen ons niet meer uit angst het hoofd breken.
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[20] Maar omdat deze ster ons nu toch al naar buiten heeft gelokt, zou ik graag heel in het kort uit Uw mond willen horen hoe de meeste ons bekende volkeren tot het geloof zijn gekomen dat deze ster oorlog ontketent onder de mensen, met name als hij zich net als nu vanwege zijn nabijheid aan het menselijke oog groter voordoet, om welke reden hij ook de naam van de heidense oorlogsgod heeft gekregen en vele heidenen hem ook voor de oorlogsgod zelf houden en hem daarom ook vrezen.'
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[22] Deze ster heeft ten gevolge van zijn sterke atmosfeer als planeet een wat rodere kleuring dan een planeet met een minder sterke atmosfeer, en zijn nu eens grotere en dan weer kleinere lichtsterkte, maar steeds met een roodachtig licht, bracht de priesters al heel gauw op het idee om hem tegenover het volk een oorlogsster te noemen. Als hij groter te zien was, werden het volk komende oorlogen verkondigd, en dat begon dan te offeren.
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[24] Als je dat nu hebt begrepen, zul je nu ook wel inzien hoe onze planeet aan de eer is gekomen om als god van de oorlogen gezien te worden. -Maar we zullen deze ster nu laten voor wat hij is, weer naar huis gaan en ons daar ter ruste begeven!'
Hoofdstuk 139: Uitleg van de Heer over de planeet Mars - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Maar de bootsman zei: 'Als men tegenover die grootste vijanden van mensen en waarheid voortaan nog steeds terughoudendheid zal betrachten, enkel uit vrees voor hun slechtheid, zal het nooit licht worden onder de mensen op deze aarde! Daarom moet hun de waarheid met ware moed openlijk in het gezicht geslingerd worden, en men hoeft deze geslepen lafaards alleen maar, net als een leeuw, flink zijn tanden en klauwen te laten zien, dan zullen ze al gauw in hun duistere holen gaan wegkruipen!'
Hoofdstuk 140: De moedige bootsman (6.3.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Toen hij zag dat zijn metgezellen nog sliepen, wekte hij hen en zei (de bootsman) : 'Vrienden, laten we snel gaan, opdat wij nog voor zonsopgang met onze vissen aankomen; want op deze dag gaat het om het verkrijgen van het eeuwige leven voor onze zielen en ook voor de zielen van nog vele andere mensen!'
Hoofdstuk 140: De moedige bootsman (6.3.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[13] Deze keer gingen ook de acht vissers mee, die gisteren thuis waren gebleven, en hielpen mee de vissen naar Jesaïra te brengen in draagvaatjes, die ze op een kar legden, die ze zelf trokken en duwden.
Hoofdstuk 140: De moedige bootsman (6.3.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[15] Toen de vissers Mij zagen, begonnen ze direct te juichen en bedankten Mij al van enige afstand, dat Ik hen waardig achtte had om Mij ook op deze dag te zien en te spreken.
Hoofdstuk 140: De moedige bootsman (6.3.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[20] De vader van de waard was een vroom en buitengewoon rechtschapen man en was daarom ook een intieme vriend van Jozef; deze had vaak goed werk bij de vader van onze waard, en hij bleef ook een vriend van de zoon, zolang hij leefde. Daarom was Mijn familie steeds zeer geliefd bij de waard.
Hoofdstuk 140: De moedige bootsman (6.3.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  583 - 584 - 585 - 586 - 587 - 588 - 589 - 590 - 591 - 592 - 593 - 594 - 595 - 596 - 597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608  ...