Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 597 van 1110

...  585 - 586 - 587 - 588 - 589 - 590 - 591 - 592 - 593 - 594 - 595 - 596 - 597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610  ...
[3] Maar zie, toen kwam er een juiste gedachte in Kaïn op en hij zei tegen zijn familie: "O mijn vrouwen mijn kinderen, trekken jullie je handen, die je al te voorbarig naar dit rijke voedsel hebt uitgestoken, snel terug; want wij weten nog niet of dit het leven of de dood bevat! Laat ons daarom eerst op de grond neervallen en voor God onze grote schuld bekennen, en laat ons Hem in het stof van onze onmacht vragen of hij deze vrucht vooraf genadig zou willen zegenen; en indien Hij dat misschien toch vanuit Zijn grote erbarmen zal doen, moeten wij onwaardigen Hem van tevoren eerst bedanken en pas dan kunnen wij met angst en beven ons met mate daaraan verzadigen."
Hoofdstuk 21: Het verdrag van de Heer met Kaïn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] En zie, toen traden allen enige passen achteruit, weg van de struik en deden volgens de wil en het juiste inzicht van Kaïn, die luid voor hen allen bad en wenend zei: "O allerrechtvaardigste, grote, heilige God, kijk genadig neer op ons wormen die voor U, Almachtige, in het stof van de machteloosheid liggen en die vanwege hun grote schuld hun ogen niet durven opslaan naar Uw onuitsprekelijke heiligheid! O denk aan onze zwakheid en laat ons arme, berouwvolle, grote zondaars niet te gronde gaan!
Hoofdstuk 21: Het verdrag van de Heer met Kaïn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] En jullie moeten je uitbreiden over het laagland; maar laat niemand van jullie het wagen één voet te zetten op de bergen, want de toppen zijn heilig en zijn bestemd om door Mijn kinderen bewoond te worden! Degene van jullie die dit gebod ooit zal overtreden, en dat geldt ook voor alle tamme dieren die je later aan je ondergeschikt zult maken, zal een prooi worden voor de daar steeds huizende waakzame dieren - zoals beren, wolven, hyena's, leeuwen, tijgers en ook grote, levende slangen, die beneden aan de voet van de berg zullen huizen.
Hoofdstuk 21: Het verdrag van de Heer met Kaïn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] Alleen als iemand van jullie heel vroom zou worden en de vuurproef van Mijn liefde zou doorstaan, zal het hem toegestaan worden in het binnenste van de berg door te dringen om daar erts en ijzer te vergaren en daaruit werktuigen te maken, al naargelang jullie die nodig zullen hebben.
Hoofdstuk 21: Het verdrag van de Heer met Kaïn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[3] Maar voor nu ben ik in naam van de gerechtigheid van God als vader jullie aller wetgever en wee degene die ongehoorzaam wordt aan mijn geboden! Mijn vloek zal hem hevig treffen; dan zal er echter geen erbarmen zijn in mijn hart voor de vervloekte, omdat er in mijn hart geen liefde meer woont, maar slechts gerechtigheid.
Hoofdstuk 22: Hanoch, Kaïns zoon, als wetgever - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[11] Zie, Ik wil je een tijdslimiet stellen van tweeduizend jaar en gedurende die tijd zal niemand ooit getroffen worden door Mijn gerechtigheid; en uit deze gerechtigheid zal Ik een groot vat maken en het boven de sterren plaatsen - en uit Mijn liefde zal Ik een tweede vat maken en dat onder de aarde plaatsen. En zo kunnen jullie doen, wat je wilt: indien jullie kwaad doen, dan zullen je daden het vat van de gerechtigheid vullen en als het vol zal zijn, zal het op alle plaatsen barsten en het gehele gewicht zal over alle boosdoeners uitgestort worden en zij zullen allen gedood worden; maar indien het vat van de liefde, dat onder de aarde is, leeg zal blijven, zal het de doden opnemen voor een lange, zuiverende kwelling. En diegenen die zich laten reinigen zullen naar de sterren verplaatst worden voor een lange strijd; degenen echter die zich in hun innerlijke boosheid zullen verharden, zullen te zijner tijd onder de bodem van dit vat geworpen worden en er zal een eeuwig gehuil en een eeuwig tandengeknars zijn tengevolge van Gods toorn.
Hoofdstuk 21: Het verdrag van de Heer met Kaïn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] En zie, toen aten zij en deden een tijdlang zoals hen geboden was. Kaïn bekende nu wederom zijn vrouwen verwekte met haar een zoon en gaf hem de naam 'Hanoch', dat wil zeggen 'de eer van Kaïn'. En Kaïn riep al zijn kinderen bijeen en zei: "Kinderen, kijk hier is een nieuw broertje, dat de Heer mij gegeven heeft om een heerser over jullie te worden, waartoe ik hem zal aanstellen, opdat er orde onder jullie zal zijn en er een eind komt aan je getwist en geruzie. En hij zal jullie geboden opleggen en zal de getrouwen loven en de overtreders tuchtigen, opdat ook wij een volk worden, groot en roemrijk zoals de kinderen van God, die geen wetten nodig hebben, omdat zij de liefde hebben die ze vrij maakt, maar ons, vanwege mijn zonde, met voeten zullen vertrappen als wij wettelozen en ordelozen niet iemand hebben die ons vertegenwoordigt en rechtvaardigt tegenover hun grote macht.
Hoofdstuk 22: Hanoch, Kaïns zoon, als wetgever - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Zie, hun God is ook de onze; maar zij hebben aan Hem een goede Vader - wij echter een Rechter! De Vader kent hun liefde en Zijn oog en oor is met hen. Maar zo is het niet bij ons. Wij zijn aan onszelf overgelaten en kunnen handelen, zoals we maar willen; maar indien wij willen overleven, hebben wij wetten en orde nodig. Want anders kan nu de ene de andere naar willekeur in haat en nijd doodslaan en zo zal het vat van de gerechtigheid zich voortijdig vullen en wij zullen dan allemaal te gronde gaan aan de op ons neerkomende grote last van onze gruweldaden. Laten wij ons daarom hecht aaneen sluiten en samen grote en kleine stenen bijeenbrengen en een hoge en stevige woning voor hem maken. En voor ieder van ons bouwen wij een kleine woning in een wijde kring om de zijne, zodat hij allen kan overzien en hun doen en laten kan gadeslaan. Als vorst in jullie midden zal hij echter vrijgesteld zijn van iedere arbeid en zal eten van wat jullie handen opbrengen.
Hoofdstuk 22: Hanoch, Kaïns zoon, als wetgever - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[5] En de inwijding van mijn uitspraak zal zijn, dat ik nu voor jullie allen zweer bij de hemel en zijn onverbiddelijke gerechtigheid en bij de aarde, die hardvochtige woonplaats van Gods vervloeking, dat hetgeen ik zojuist aan jullie allen als vader en vorst heb medegedeeld, iedere overtreder hard en strikt zal treffen.
Hoofdstuk 22: Hanoch, Kaïns zoon, als wetgever - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] Hierbij is mijn wil aan jullie bekend gemaakt, handel ernaar en voer deze uit als jullie ter vermijding van het gericht, de strengheid van de gerechtigheid door de wetgeving voor de orde willen doorstaan. Dat gericht zou anders allen treffen, wanneer er niet rechtvaardig vastgesteld zou zijn: gericht voor gericht."
Hoofdstuk 22: Hanoch, Kaïns zoon, als wetgever - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] En zie, toen de stad geheel opgebouwd was, nam Kaïn Hanoch mee en voerde hem de hoge woning binnen, die voor hem gebouwd was. Hijzelf droeg de hele volmacht over al zijn kinderen en ook over zijn kleinkinderen in hun tegenwoordigheid aan Hanoch over en verlangde van hem, dat hij aan hun allen wetten zou geven volgens zijn juiste inzicht en volgens zijn eigen goeddunken en daarom zei hij:
Hoofdstuk 23: De bevelen van Hanoch, de tiran - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Verder geef ik jullie geen andere wet dan de striktste gehoorzaamheid aan al mijn vrije wensen en bevelen, die ik op ieder moment van de dag alsmede van de nacht zal laten uitvaardigen, amen."
Hoofdstuk 23: De bevelen van Hanoch, de tiran - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Maar Hanoch richtte zich op en zei: "Waar zijn de vruchten van jullie arbeid? Breng die hier en laat ze me zien en breng ze naar mijn voorraadkamers, dan zal ik ieder laten geven waar hij recht op heeft!"
Hoofdstuk 23: De bevelen van Hanoch, de tiran - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] En Abel antwoordde hem: "Ik, je broer Abel, sta voor je in de vlam van de goddelijke liefde! Wat wil je dat er nu met je gebeurt?" - "O broer", zei Kaïn, "jij bent het dus, zie, ik heb geen wil meer! Mijn zoon Hanoch heeft mij alles afgenomen, ook mijn wil; nu heb ik geen wil meer, en zie, in het bestaan dat we nu leiden, zijn wij allen zonder wil! Daarom kan ik niets anders zeggen dan: mij en ons allen geschiede volgens de heilige wil van de Heer!"
Hoofdstuk 24: De uittocht van Kaïn naar de zee - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Toen zei Abel: "Luister dan nu! Het is de wil van de Heer mijn Vader en jouw God, dat jullie zonder vrees of schroom van alle vruchten zullen eten, die je hier maar vinden kunt; want de slang heeft je naar hier verdreven en is met al haar gif achtergebleven bij je kinderen in de stad Hanoch en zal jullie niet meer lastig vallen. Want zodra de mens zijn wil heeft weggegeven, is er voor het boze gebroed niets meer te doen; maar wie zijn wil ondergeschikt heeft gemaakt aan de slang, die is haar gevangene en het einde van zijn invloed is nabij gekomen.
Hoofdstuk 24: De uittocht van Kaïn naar de zee - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  585 - 586 - 587 - 588 - 589 - 590 - 591 - 592 - 593 - 594 - 595 - 596 - 597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610  ...