17481 resultaten - Pagina 600 van 1166
... 588 - 589 - 590 - 591 - 592 - 593 - 594 - 595 - 596 - 597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 ...
[19] Raël antwoordde: 'Rabbi, mijn geheugen is zwak geworden. Ik weet dat ik u al eens eerder heb gezien, behalve in mijn droom, en toch kan ik mij niet herinneren wanneer dat is gebeurd. Maar er is nog tijd om daarover te spreken. Ik vraag u: beschouw dit huis als het uwe en rust uit! Mijn dienaren zullen jullie als mijn zeer geliefde gasten bedienen, alsof jullie mijn ware broeders zijn.'Hoofdstuk 19: De Heer neemt Zijn intrek bij Raël - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Raël, die naast Mij zat, zei: 'Rabbi, de wens van iedere echte Israëliet is, dat de Gezalfde des Heren vanuit de hemelen naar ons afdaalt en onder ons mensen zal wonen, zoals de profeten hebben verkondigd. Mijn dagen zijn geteld, en mijn jaren hebben het aantal dat een mens gewoonlijk geschonken wordt, ver overschreden. In deze genade Gods heb ik steeds een teken gezien dat het mij nog vergund zal zijn om Hem te zien die ons beloofd is, die de stad van David zal binnentrekken en als machtige vorst in Sion zal tronen. Zie, rabbi, dat die dagen vervuld mogen worden, is de vurigste wens die in mijn hart leeft, en die heb ik u en de uwen hier nu meegedeeld!'
Hoofdstuk 20: Raël vertelt zijn levensverhaal - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] Raël zei: 'Rabbi, ik zou niet meer leven als ik dat niet heel zeker wist. Kijk, ik heb veel van de wereld gezien en heb geprobeerd mij meer en verder reikende kennis eigen te maken dan alleen wat de tempel toestaat! Onze regels verbieden weliswaar dat wij ons ook met vreemde leren bezighouden; maar in mijn jonge jaren was ik een soort vrijdenker, die zich amper afvroeg wat wel of niet toegestaan was. Mij leek alles toegestaan wat mij beviel. En omdat ik van huis uit rijk was en door de vroege dood van mijn ouders al heel vroeg zelfstandig over mijn rijkdom kon beschikken, wilde ik reizen, in de hoop daardoor mijn kennis te vergroten en mijzelf een positie bij het volk te verschaffen, die van groter betekenis zou zijn dan die van een schriftgeleerde die nooit ver buiten de stadsmuren van Jeruzalem is geweest.
Hoofdstuk 20: Raël vertelt zijn levensverhaal - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[6] Vroeger - dat is nu al bijna honderd jaar geleden - bezat het volk des Heren al niet meer het echt vaste geloof, dat nu nog veel meer aan het wankelen is geraakt en reeds in mijnjeugd leefde er een vermoeden dat weldra in vervulling zou gaan wat de profeten hadden voorspeld. Mijn ongeduld nam echter steeds meer toe, toen ik zag dat de vrijheid van het volk verloren ging en Pompeius tenslotte het land en de heilige stad veroverde. Ik zie nog voor me hoe de Romeinse bevelhebber het heiligdom binnendrong, en hoe het volk verwachtingsvol om de tempel stond, verwachtend dat de toorn van de Hoogste zou neerkomen op het hoofd van de heiden, die het heiligdom ontwijdde. Maar er gebeurde niets!
Hoofdstuk 20: Raël vertelt zijn levensverhaal - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[9] Toen werd mijn hart bevangen door een diep ongeloof, en ik besloot mij van het Beloofde Land af te keren. Het hele gebied van Griekenland, KleinAzië en Italië had ik al bereisd, en ik besloot om daar te zoeken naar de juiste kennis, waar ons volk zolang werd geknecht -in Egypte. Mozes zou ingewijd zijn geweest in alle wijsheid van de priesters van het Egyptische land; ik wilde proberen dezelfde wijsheid te verkrijgen.
Hoofdstuk 20: Raël vertelt zijn levensverhaal - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[10] Terwijl het vroeger welhaast onmogelijk was, en alleen met de allergrootste volharding en op voorspraak van de koning, om in de tempel en tot de mysteriën door te dringen, is dat tegenwoordig lang niet zo moeilijk; want de Egyptische geheime leer is tegenwoordig evengoed koopwaar geworden als vele andere bijzondere handelsartikelen. Aan degene die naar hogere kennis streeft, wordt echter van de echte, oude wijsheid nu zo goed als niets bijgebracht; want de priesters begrijpen zelf niet meer wat er achter hun beelden schuilgaat, en ze bezitten in hun mysteriën enkel nog ingewikkelde, maar holle frases, zoals ook in onze tempel de vorm de geestelijke kern heeft overwoekerd.
Hoofdstuk 20: Raël vertelt zijn levensverhaal - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[17] Zo sprak mijn leraar en leider aangaande het geestelijke mysterie van de oerreligie van het Egyptische volk, dat in feite -op de juiste manier begrepen -slechts in een andere vorm dezelfde waarheden bevat die ook in onze voorschriften te vinden zijn.
Hoofdstuk 20: Raël vertelt zijn levensverhaal - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[18] Spoedig daarna stierf hij, en ik keerde terug naar mijn vaderland om die grote tijd af te wachten. In heldere dromen werd mij geopenbaard dat ik daar nog getuige van zou zijn, maar toch leek het mij goed om mij terug te trekken uit de kringen van tempeldienaren en schriftgeleerden; want dat het heil niet daar vandaan zou komen, werd mij maar al te duidelijk. Temidden van mensen die zelf alleen maar in zoverre in God geloven als hun eigen voordeel toelaat, kan de verwachte Messias onmogelijk verschijnen, of het zou een Messias moeten zijn van alleen de groten, rijken en voornamen, maar niet een die het volk gelukkig maakt!
Hoofdstuk 20: Raël vertelt zijn levensverhaal - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[2] Terwijl hij Mij glimlachend aankeek, zei Raël: ' Meester, u en de uwen zijn mijn huis binnengegaan, zonder dat ik vroeg: 'Wie zijn jullie?' Men moet gastvrij zijn zonder aanzien des persoons, opdat zowel een voornaam als een arm mens uit ware naastenliefde gediend wordt. Maar voordat ik nu deze vraag beantwoord, zou ik toch wel een beetje een idee willen hebben wie jullie zijn.
Hoofdstuk 21: De Heer herinnert Raël aan het verleden - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[16] Ik moest hem zweren dat ik aan de ene God van mijn vaderen zou vasthouden; want Hij was Dezelfde die ook hij had gevonden: geen God van wraak, waarvoor Hij vaak uitgemaakt werd, maar een God van liefde, die niet toornt en straft, maar die alleen de volkeren vaak een halt moest toeroepen, opdat ze niet helemaal te gronde zouden gaan -en die vaak lichamen te gronde moest richten, als enig middel om de zielen te redden. 'Zie, de geest heeft mij gezegd -en mijn ogen hebben het gezien - dat jouw land uitverkoren is het grote wonder waarheid te laten worden! Daar zal gebeuren 'wat voor de huidige tijd en latere geslachten steeds onbegrijpelijk zal blijven, omdat het goddelijk is en het menselijk begrip te boven gaat!'
Hoofdstuk 20: Raël vertelt zijn levensverhaal - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Kijk, ik ben oud en wil graag in alle rust tot mijn vaderen ingaan! Vergeef mij dus dat ik voorzichtig ben, om niet door onbeteugelde woorden mijn hoofd, dat in Jeruzalem niet graag gezien is, problemen te bezorgen, die ook voor een oude man kunnen ontstaan wanneer hij zijn meest innerlijke gedachten te vroeg naar buiten brengt! ,
Hoofdstuk 21: De Heer herinnert Raël aan het verleden - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] Raël zei: 'Rabbi, als u dat kunt, zou u een hoge vervolmaking van de geest bereikt moeten hebben, waardoor deze in staat is het geestelijke door het materiële heen te zien, en dan zou een onedele handelwijze van uw kant, die mij problemen zou kunnen bezorgen, volkomen uitgesloten zijn; want hoge geestelijke vermogens kunnen alleen bereikt worden, wanneer een mens het onedele aflegt. En dan zijn degenen die u begeleiden als uw leerlingen vast en zeker net als u.Vertel mij dus mijn meest innerlijke gedachten, als u dat kunt!'
Hoofdstuk 21: De Heer herinnert Raël aan het verleden - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[1] Raël, die Mij bij het noemen van de twaalfjarige jongen steeds aandachtiger aankeek, zei aanvankelijk niets nadat Ik uitgesproken was, maar toen greep hij Mijn hand, drukte die aan zijn hart en, terwijl hij Mij liefdevol in de ogen keek, zei hij met ontroerde stem: 'Heer, dan heb ik toch niet vergeefs op U gewacht, maar mijn ogen hebben U werkelijk gezien! O liefdevolle Vader, wat maakt U Uw slechte dienaar gelukkig! Nu zult U de zware last van mijn lichaam zeker weldra van mij afnemen, opdat mijn geest geheel in Uw licht zal staan en Uw grote heerlijkheid zal aanschouwen, die zich gehuld heeft in het kleed van een mens. Nu pas begrijp ik waarachtig de woorden: 'God is mens, en de Zoon des mensen regeert de wereld. God heeft Zijn Zoon de macht gegeven in de hemel en op aarde, en de volkeren kunnen niet anders zalig worden dan alleen door Hem!'
Hoofdstuk 22: De Heer spreekt over verdienste - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[2] Zo luidden enkele van de leringen die mij zijn overgebracht en door de toehoorders steeds verkeerd begrepen werden, vandaar dat ze mij ook als bewijs voor de onjuistheid van de nieuwe leer meegedeeld werden.
Hoofdstuk 22: De Heer spreekt over verdienste - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Maar hier is het immers volkomen duidelijk dat God in U werkelijk mens is geworden en U alle macht heeft gegeven - aan U, Zijn Zoon, als lichamelijk mens met een ziel, terwijl Uw oereigen geest de Vader is. O Heer, waardoor heb ik toch die grote genade verdiend, dat U mijn huis door Uw aanwezigheid zo heiligt?'
Hoofdstuk 22: De Heer spreekt over verdienste - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)