Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 604 van 1088

...  592 - 593 - 594 - 595 - 596 - 597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617  ...
[3] Hoe kan de ene met begrijpelijke woorden onderricht geven en de andere dode dat aanhoren en begrijpen en zich er uiteindelijk naar richten?!
Hoofdstuk 118: Het doel van het aardse leven - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] In het uiterlijke leven kunnen wij volgens de bestaande vormen denken en wel van beeld tot beeld en van de ene zaak en handeling naar de andere. Maar al dit denken is niet ons werk; want de Heer heeft immers ons woonhuis zo ingericht dat daarin van alles te vinden is. Wat er zich in bevindt, bespeuren wij immers duidelijk door onze gedachten! Maar is dat alleen maar voor het huis of voor het leven van de geest aan ons gegeven?
Hoofdstuk 118: Het doel van het aardse leven - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] Maar ik bedoel, het is niet een en hetzelfde, te spreken en ook reeds ten volle te begrijpen wat men heeft gezegd, want U gaf ons allen toch op weg van de middag naar de avond liefdevol voldoende te verstaan, hoe weinig wij allen van datgene begrepen hadden wat wij elkaar reeds gedurende lange tijd hadden voorgehouden.
Hoofdstuk 118: Het doel van het aardse leven - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[16] Maar als je reeds je slapende bruid gewekt hebt, omdat je in staat was zo te spreken, dan rest jou toch immers niets anders meer dan er naar te handelen. Handel er dus naar, dan zul je een worden met jezelf en zodoende ook met Mij, en dat geldt ook voor allen die net als jij zullen handelen! Amen. Begrijp dat, amen!"
Hoofdstuk 118: Het doel van het aardse leven - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] En allen stonden op, verlieten de schaduwrijke boom en leidden in de door Asmahaël bepaalde opstelling hun schreden naar middernacht over een dichtbebladerde bosweg.
Hoofdstuk 119: Jareds zorgen over het onthaal van Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Zie, vader! Ik geloof zeker dat Asmahaël bij ons thuis voorlopig hoogst tevreden zal zijn met onze kost, - Hij zei immers reeds in het begin, nog voor Adam Hem een naam gegeven had, wat Hem had bewogen vanuit de diepte naar onze hoogte te komen!
Hoofdstuk 119: Jareds zorgen over het onthaal van Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] En Seth antwoordde zijn zoon: "Enos, je hebt gelijk en ook je vragen zijn terecht en er kan op de gehele aarde geen meer gerechtvaardigde vraag zijn en ook geen vraag die dringender zou kunnen zijn dan deze; ook is er geen rechtvaardiger mens dan iemand die ernstig naar God vraagt en voor wiens ogen Gods daden ook niet ongemerkt voorbij trekken; maar beter en meer verheven dan dit alles is: uit zuivere liefde iedere wet in acht te nemen die vanuit Gods eeuwige ordening aan iemand is opgelegd!
Hoofdstuk 120: De gesprekken van de patriarchen over Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Enige anderen wilden ook nog over alle mogelijke zaken beginnen te vragen; maar Adam stond meteen op en zei: "Kinderen, luister in naam van Jehova: wie nog iets op zijn hart heeft die houdt dat voor zich en neemt het stilzwijgend mee naar huis; want op het juiste moment zal iedereen van boven een helder licht voor de onverlichte kamertjes van zijn hart ontvangen! Maar denk er nu aan dat wij nog niet in middernacht zijn en nog veel minder thuis, - vandaar dat het nu voor ons allen noodzakelijk is dat wij ons weer in de aangegeven nieuwe opstelling op weg begeven om het grote aantal middernachtelijke kinderen aan de sabbat van morgen te herinneren en hen ook uit te nodigen voor het belangrijkste, levende feest van deze geheiligde dag, die God Zelf tot een rustdag heeft gemaakt en deze gesteld heeft als een gedenkdag, opdat wij ons herinneren zullen dat de Heer, onze grote, heilige God Jehova ons aller Schepper, Bewaarder, Leider en meest liefdevolle Vader is en ons bovenmate genadig en barmhartig gezind is!
Hoofdstuk 119: Jareds zorgen over het onthaal van Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] Wie heeft er ooit Adam zodanig iets voorgehouden dat hij zich daarna volledig naar die woorden richtte? Wie niet met vragen naar hem toekwam, kon altijd onverrichter zake weer naar huis gaan; zelfs Henochs woord scheen hem meer te bevallen vanwege de diepgang en tederheid, maar minder als een wijs richtsnoer om het ware leven te dienen. Maar wanneer nu Asmahaël ergens over spreekt, iets regelt en beveelt, dan wijkt Adam daar dan ook geen haarbreed meer vanaf en gehoorzaamt hem blindelings in alles, evenals de overige kinderen en moeder Eva!
Hoofdstuk 120: De gesprekken van de patriarchen over Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[11] Maar als je ook iets wilt zeggen, spreek je dan maar uit, - ik zal heel graag naar je luisteren; maar je moet alleen over Asmahaël praten! Amen."
Hoofdstuk 121: Lamech en Methusalah spreken samen over de vreemdeling Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] zeg me dan eens en begrijp het zelf goed, wat er wel aan te doen zou zijn, als de zoon naar zijn vader komt en hem vraagt of hij hem iets uit zijn voorraadkamer met ervaringen zou willen geven en de vader moet dan tegen zijn zoon zeggen: 'Beste zoon, kijk, op dit punt zijn onze kamers even oud en heeft de ene nergens ook maar het allergeringste voordeel boven de andere, omdat heden onze ogen tegelijk voor de eerste keer en ook precies op dezelfde tijd een en dezelfde Asmahaël hebben aanschouwd!
Hoofdstuk 121: Lamech en Methusalah spreken samen over de vreemdeling Asmahaël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] "Vrienden, luister en neem goed in je op wat Ik nu over jullie woordenwisseling zal zeggen: kijk, neem eens aan dat er ergens een mens zou zijn die allerlei wijsheid en de veelvoudige werking daarvan goed begreep. In zijn omgeving waren echter mensen die allen weliswaar voortdurend naar wijsheid streefden en ook naar alle uitwerkingen daarvan, maar niet in staat waren iets zinnigs voort te brengen omdat de wortel van alle wijsheid voor hen nog geheel vreemd is en wel omdat zij hun ogen laten bedekken met allerlei takken van de wereldboom en hun oren laten dichtstoppen met gladde stenen, zodat zij dan noch tot zien noch tot horen in staat zijn.
Hoofdstuk 122: Asmahaël vertelt een gelijkenis - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Maar wat denken jullie? Als deze wijze er dan enigen uit zijn niet-wijze omgeving zou willen kiezen, - wie zullen het dan wel zijn die naar zijn machtige uitverkiezing voor zijn school zouden verlangen?
Hoofdstuk 122: Asmahaël vertelt een gelijkenis - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Maar ten eerste was deze weg voor de vaderen te ver en verder was zoiets, daar zij reeds bij de wand aangekomen waren, op dit moment zo goed als onmogelijk; want dan zouden zij zich eerst weer naar de avond moeten begeven en van daar pas over de lang uitgestrekte bergrug.
Hoofdstuk 123: Bij de 'Verdorde hand der aarde' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Goede raad was nu wat duur voor de vaderen; want deze keer hielp ook het naar beneden roepen en stenen gooien niets. Want er begon juist een hevige wind te waaien, zoals gewoonlijk op hoge bergen rondom het midden van de dag pleegt te gebeuren tengevolge van de ommekeer van de zonnestralen en de daardoor veroorzaakte te sterke beademing van de aarde en dientengevolge hielp dus roepen niets. En het gooien van stenen moest als blijk van de aanwezigheid van de vaderen om dezelfde reden achterwege blijven; want waar zou dat goed voor zijn geweest als daarna tot de daardoor opmerkzaam gemaakte kinderen geen verstaanbaar woord gericht kon worden?!
Hoofdstuk 123: Bij de 'Verdorde hand der aarde' - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  592 - 593 - 594 - 595 - 596 - 597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617  ...