Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 609 van 1166

...  597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622  ...
[13] Hier was nu overvloedig gelegenheid geboden voor beproeving; want ten eerste trok Ik Mijzelf dikwijls dagenlang bijna geheel terug voor Mijn eigen voorbereiding, en ten tweede leefden de Mijnen hier geheel en al vrij van de bewonderende menigte, die vaak dacht dat Mijn leerlingen op zijn minst gelijk moesten zijn aan hun leermeester of hem zelfs moesten overtreffen, aangezien het immers al vaak was voorgekomen dat leerlingen de meester hadden overtroffen.
Hoofdstuk 47: De bezigheden van de Heer en Zijn leerlingen in Efraïm - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[14] De inwoners van Efraïm bekommerden zich zo goed als helemaal niet om ons, maar deden stil hun werkzaamheden en hielden ons voor een soort nieuwe sekte van de joden, zoals die juist in Mijn tijd niet zelden ontstonden, en ze dachten dat wij aanhangers waren van Johannes, die zich hier wilden voorbereiden op het Godsrijk dat zou komen. Omdat ze bovendien wisten en ook zagen dat wij de oude burcht weer herstelden, beschouwden ze ons pas echt als zonderlingen, waar je beter niet mee om kunt gaan, om niet door hun eigenaardigheid aangestoken te worden.
Hoofdstuk 47: De bezigheden van de Heer en Zijn leerlingen in Efraïm - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[11] Deze woorden maakten hen weer onzeker; want als Ik hun de laatste tijd het verschil tussen de Zoon en de Vader voorhield, begrepen ze nog altijd niet dat Mijn lichaam nog niet verheerlijkt was, maar nog aan de aarde toebehoorde.
Hoofdstuk 48: De zielstoestand van de leerlingen - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[1] Toen Mijn leerlingen (hier worden de apostelen bedoeld) eens een tocht in de bergen hadden gemaakt -Ik had hun dat Zelf opgedragen, om ook zonder dat Ik erbij was hun gevoel voor hun omgeving te openen -werden ze tussen diepe rotskloven door een hevige regenbui overvallen. In Palestina gaat de winter met hevige regenbuien gepaard, die niet zo onschuldig zijn als in Europa. Het water stroomt sneller samen, en in de bergen, die tijdens de zomer in de zon totaal uitdrogen, vormen zich in de kloven al snel sterke waterstromen die gevaarlijk worden voor een wandelaar, doordat het water heel hevig en plotseling naar beneden raast en de rotsbodem de grote hoeveelheden water niet kan opzuigen, maar enkel als vergaarbekken voor het water dient. Het is daarom gevaarlijk om in de tijd van de plotselinge regenbuien die kloven op te zoeken, omdat een onvoorzichtig iemand niet in staat is zichzelf te redden als hij door noodweer verrast wordt.
Hoofdstuk 48: De zielstoestand van de leerlingen - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[12] Pas na Mijn opstanding werd het hun volkomen duidelijk waarom Ik niet anders sprak en kon spreken. Ze spraken daarom veel met elkaar over dit punt, en ze moesten alles kwijt wat er nog aan verkeerde voorstellingen in hen zat; en ze deden dat vooral wanneer Ik niet bij hen was.
Hoofdstuk 48: De zielstoestand van de leerlingen - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[13] Dat er daarbij nog veel naar voren kwam wat verkeerd, oud joods was en naar de vooroordelen van de tempel smaakte, laat zich denken, vooral omdat ze door geen enkel uiterlijk teken meer getuigen waren van Mijn kracht - die overigens, omdat die maar al te bekend waren, in de jaren dat we samen waren geen al te grote indruk meer maakte op Mijn leerlingen.
Hoofdstuk 48: De zielstoestand van de leerlingen - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[14] Iedereen nu die weet hoe nodig juist dit zich uiten is, dat een reiniging van de ziel betekent, zal begrijpen hoe noodzakelijk ook de afzondering van de Mijnen was; want door wat ze zeiden konden zij zichzelf niet in gevaar brengen, maar wel anderen die naar hen luisterden. In hun gezelschap verbeterde zo de een de ander, en als het misging, wist Ik heel goed wanneer voor Mij het ogenblik weer was gekomen om te spreken. Onrijpe oren hadden echter noch Mijn woorden noch die van de Mijnen mogen horen, om de nog onrijpe vruchten niet te laten verdrogen en afvallen.
Hoofdstuk 48: De zielstoestand van de leerlingen - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[2] Verder vormen Mijn kruisiging en opstanding pas de sleutel om de Mensenzoon en Godszoon te begrijpen. Omdat het nu noodzakelijk was de Mijnen zover te brengen, dat zij van nu af aan op eigen geestelijke benen zouden staan, moesten dergelijke uiterlijke belevenissen het middel vormen om hun innerlijk bewustzijn te bevorderen.
Hoofdstuk 49: De zorg van de leerlingen om de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Nu gebeurde er verder het volgende: De Mijnen waren in een gesprek gewikkeld en wisselden weer eens hun meningen met elkaar uit, waarom Ik sinds enige tijd het al vaker door Mij genoemde verschil tussen de Vader en de Zoon in Mij weer benadrukte. Ze waren het in zoverre met elkaar eens, dat de Vader wel in Mij woonde en dat Mijn menselijke lichaam en ziel als de Zoon werd aangeduid. Toen bracht één van de twintig andere volgelingen de gedachte naar voren, dat het toch moeilijk te begrijpen was hoe de geest Gods gelijktijdig als mens met zijn menselijke handel en wandel in Mij kon wonen - dus als het ware ingesloten was - en toch het heelal regeerde; of Ik dus wel weet had van het regeren van het heelal, of dat de geest zich bij tijd en wijle wellicht terugtrok, zodat Ik dan enkel mens kon zijn; en ook vroeg hij zich af, hoe het met Mijn lichaam zat tijdens de slaap, of de geest Gods dan ook nog in Mij was of niet.
Hoofdstuk 49: De zorg van de leerlingen om de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[5] Andreas meende dat het wel mogelijk was dat Ik in de slaap enkel mens was; want op het Meer van Genezareth was tijdens de storm Mijn goddelijke kracht immers pas na Mijn ontwaken actief geworden, zodat allen wellicht door een plotselinge lichamelijke dood verrast hadden kunnen worden, als men Mij niet wakker had gemaakt.
Hoofdstuk 49: De zorg van de leerlingen om de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[9] Terwijl ze nu heel druk in gesprek waren, ontstond er plotseling in de lege kamers die de verbinding vormden met Mijn slaapkamer, een fel schijnsel van vuur. Verschrikt renden de leerlingen ernaartoe en zagen dat de lege kamers volop in brand stonden, zodat het onmogelijk was Mij te bereiken, maar dat er evenmin iemand van daar naar hen toe kon komen. Iedereen rende ontzet door elkaar en probeerde te blussen -tevergeefs, de vlammen vraten verder en moesten volgens de Mijnen ook Mijn kamer allang bereikt hebben.
Hoofdstuk 49: De zorg van de leerlingen om de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[10] Vertwijfeld probeerden enkele door de vlammen heen te komen. Maar vergeefs: de vloer van de kamers was ingestort en de verbinding was onmogelijk! Nu dachten anderen dat de rook, die voor allemaal uiterst hinderlijk was, Mij reeds in Mijn slaap verstikt moest hebben. Maar geen van hen wilde wijken en de zeer gevaarlijke zaal verlaten, voordat ze duidelijkheid hadden over Mijn lot.
Hoofdstuk 49: De zorg van de leerlingen om de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[11] Om nu een einde te maken aan hun angst en kwelling liet Ik de vlammen langzaam uitdoven, en na enige tijd was er volkomen rust. Over verkoolde, rokende balken heen klommen de leerlingen vol angst naar Mijn slaapkamer en troffen die onbeschadigd aan, terwijl Ik rustig slapend op Mijn bed lag. Deze aanblik maakte hen bijna sprakeloos, en geen van hen waagde het Mijn schijnbare slaap te verstoren.
Hoofdstuk 49: De zorg van de leerlingen om de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[14] De vlammen, die jullie verwond hebben, konden Mij echter evenmin iets doen als alle achtervolgingen van vijandige loden. Pas wanneer dit lichaam met Mijn wil wordt overgegeven, heeft de boosaardigheid er macht over.
Hoofdstuk 49: De zorg van de leerlingen om de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[6] Er ontstond nu een hevig heen en weer gepraat, dat er tenslotte op uitkwam dat ze moesten aannemen dat Mijn lichaam tijdens de slaap waarschijnlijk even onbeschermd was als dat van ieder ander mens, zodat de leerlingen het toen noodzakelijk achtten over Mij te waken, omdat men niet kon weten of de vele vijandige Joden na zoveel vergeefse aanslagen niet ook eens zouden proberen om Mij 's nachts te overrompelen en te doden. Geen van hen dacht er echter aan om het eenvoudig aan Mij te vragen; want hun liefdevolle bezorgdheid om Mij meende dat hun waakzaamheid toch ook een niet onbelangrijke bescherming was, en het ging tenslotte alleen maar om de tijd dat Ik sliep. Dat hun bescherming niet nodig was als Ik wakker was, dat wisten ze door duidelijke bewijzen.
Hoofdstuk 49: De zorg van de leerlingen om de Heer - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
...  597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622  ...