Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 609 van 1088

...  597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622  ...
[9] En Seth schrok zo geweldig, dat hij opsprong en naar Emmanuël snelde en zijn hart voor Hem uitstortte en Hem om erbarming en genade vroeg.
Hoofdstuk 141: Henoch wekt de vaderen op tot liefde voor Emmanuël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] O Seth, zie, opende ik ooit mijn mond, dan was jij de eerste die vol vreugde ieder woord van mij in je opnam als verwarmende zonnestralen in de winter en ook ieder woord heel goed in je hart vasthield en dan meteen ook je leven daarnaar inrichtte; maar nu, waar de Heer Zelf te midden van ons vertoeft en ons Zijn woord leert en met zo' n liefde spreekt, dat de hardste stenen daardoor in olie zouden kunnen veranderen en ieder grassprietje, iedere struik en iedere boom siddert van de grootste verrukking en zaligheid voor Hem die in ons midden wandelt en ons zulke verheven dingen leert, zie, nu ben je zo stil alsof de hele zaak je helemaal niets aanging, maar vol nieuwsgierigheid sta je slechts de steeds nieuwe en grotere wonderen aan te gapen om je daarmee te vermaken! Maar dat je de Heer in je hart een zuiver liefdesoffer brengen zou, zie, daarvoor ben je te traag geworden; maar daarmee kan de Heer je niet prijzen. Sta daarom op en bereid je hart voor en rep je dan naar de Heer, opdat Hij je weer aan zal nemen, zoals Hij Adam, Lamech, Abedam, Jura, Bhusin en Ohorion en zeer vele anderen aangenomen heeft en - Hem zij eeuwig dank daarvoor! - tenslotte ook mij!
Hoofdstuk 141: Henoch wekt de vaderen op tot liefde voor Emmanuël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] Zie, wij zien de hele berg van onze schuld voor ons en wij zijn jouw roep niet waard; maar ga heen naar de Heilige, wiens naam wij niet waard zijn uit te spreken en smeek Hem uit onze naam, dat Hij genadig en barmhartig voor ons, je arme, dode vaderen en je dode zoon Methusalah, zal zijn! Amen."
Hoofdstuk 141: Henoch wekt de vaderen op tot liefde voor Emmanuël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] Open jullie harten en haast je naar je Vader! Want niet ik, maar Hij, de eindeloos bezorgde, heilige Vader, Hij, de hoogste liefde, laat je door middel van mijn eenvoudige en matte tong roepen!
Hoofdstuk 141: Henoch wekt de vaderen op tot liefde voor Emmanuël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[19] En allen gingen vol berouw over hun dwaasheid naar Emmanuël, bekenden hun schuld en stortten hun harten voor Hem uit.
Hoofdstuk 141: Henoch wekt de vaderen op tot liefde voor Emmanuël - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] Na deze waarschuwende woorden van Emmanuël stond Seth op en bracht, machtig aangegrepen door liefde, het volgende naar voren:
Hoofdstuk 142: Over de vrijheid van de mens - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[11] En allen volgden het woord van Emmanuël op en stelden zich aan de rechterkant van het altaar op, die naar de middag was gekeerd. Aan de kant van de morgen stonden Emmanuël, de offerende Henoch, Lamech en de andere gewekten. En de zijden naar de avond en middernacht gekeerd waren vrij voor al het volk.
Hoofdstuk 142: Over de vrijheid van de mens - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] En toen alles voor het offer nu dus goed was voorbereid en geregeld, liep Adam nog een keer naar Emmanuël toe en vroeg Hem vervuld van innige, zuivere liefde en de meeste hoogachting:
Hoofdstuk 142: Over de vrijheid van de mens - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] Degene bij wie Ik zou komen en blijven, zou door Mij worden verzwolgen; want het vuur van Mijn liefde is te oneindig, dan dat een nog sterfelijk, slechts voor de onsterfelijkheid geschapen wezen in staat zou zijn het te verdragen. Maar indien iemand in vrijheid naar Mij toekomt, nadat Hij Mij tevoren in zijn hart gezocht heeft, heeft hij zich bestendig gemaakt en is ook sterk geworden, vandaar dat Ik hem niet meer zal verslinden, maar op zal nemen om Mijn oneindigheid voor eeuwig te aanschouwen en om eeuwig vrij te kunnen genieten van de uitvloeiselen van Mijn oneindige liefde en genade!
Hoofdstuk 142: Over de vrijheid van de mens - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] Ik heb iedereen zoveel gegeven dat zijn aandeel heel goed uitgemeten is, zoals er in iedere zaadkorrel een uit de liefde stammende levende kiem gelegd is. Wanneer het zaad in de aarde gelegd wordt, verzamelt de liefde dauw om zich heen. Deze dauw vernietigt het de levende kiem omsluitende vlees en maakt de levende kiem vrij. Is deze nu vrij, dan begint zij gretig de haar omringende liefdes- en levensdauw in zich op te nemen en wordt allengs steeds groter, breekt dan spoedig op eigen kracht uit boven het aardrijk en verheft zich vrij, strevend naar het licht van de zon. In een dergelijke vrijheid wordt zij sterker en zo wordt uiteindelijk uit de bijna onzichtbaar kleine kiem een machtige, sterke boom, boordevol leven en bijgevolg vol met duizenden vruchten; en al het leven is een voor de boom kenmerkend leven, waaruit zijnsgelijke duizendvoudig voortspruit.
Hoofdstuk 142: Over de vrijheid van de mens - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] En Adam dankte Emmanuël met een hart dat in vuur en vlam stond voor de beloofde grote genade en liep weer achterwaarts naar de plek die hij voordien innam.
Hoofdstuk 143: Het offer. Lamechs vermanende vurige woorden. Over de zachtmoedigheid en het geduld - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Hierna stapte Henoch naar voren en zei tegen Emmanuël: "Zie, Emmanuël Abba, U die heilig, meer dan heilig zijt! Aldus is alles nu voorbereid; indien het U behaagt, wil ik nu graag het vuur op het altaar leggen en U vanwege ons allen het lam en de vruchten offeren."
Hoofdstuk 143: Het offer. Lamechs vermanende vurige woorden. Over de zachtmoedigheid en het geduld - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[11] Nu was het lam geslacht en Henoch nam stenen en wreef die heel hard tegen elkaar boven het eronder gelegde, met droge hars bepoederde stro; maar bij hem, die anders een bijzonder handige vuurmaker was, wilde ditmaal de kunst niet lukken, waarop hij meteen naar Emmanuël toeging en zei:
Hoofdstuk 143: Het offer. Lamechs vermanende vurige woorden. Over de zachtmoedigheid en het geduld - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[20] Het zou niet goed zijn jou de bliksem en de donder toe te vertrouwen; want onder jouw regime zou de aarde er spoedig verglaasd uitzien of net zo als op een plaats waar de felste stralen van de zon het zand in de diepere beken doet smelten en dan haar oevers bedekt met een weliswaar doorzichtig glas, - maar juist omdat het op het oppervlak dan licht opvangt en doorlaat, zal het onder het glas donkerder en kouder zijn dan daar waar het nog blanke zand zijn droge voorhoofd naar de stralen van de zon toekeert. En luister: op glas groeit in de eeuwigheid geen vrucht meer!
Hoofdstuk 143: Het offer. Lamechs vermanende vurige woorden. Over de zachtmoedigheid en het geduld - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] En Lamech erkende zijn fout, ging naar Emmanuël toe en daarna ook naar de overige vaderen en vroeg hen allen met een ontroerd hart om vergeving. En alle vaderen verheugden zich hierover en hielden bij zichzelf rekening met de ervoor geuite vurige vermaning.
Hoofdstuk 144: Emmanuëls afscheidswoorden tijdens de zegening van het offer. Een belofte voor Golgotha. Over de heerlijkheid van de geestelijke vrijheid - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  597 - 598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622  ...