Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 610 van 1110

...  598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623  ...
[6] Neem dit goed ter harte; want Adam, jullie aller vader, verkondigt je nu, zoals hij al eerder deed, de ontwikkelingsgang van de schepping (dat betekent de overgang van het ontstaan van Lucifer tot Adam) uit de neerdalende grote genade van de eeuwige, boven alles heilige en goede Vader! Daar de heilige Liefdevolle het Zijne deed, doen jullie dan ook hetgeen van je gevraagd wordt en gehoorzaam in alle dingen! Amen."
Hoofdstuk 41: De benoeming van Henoch tot prediker - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Daar het echter nu gezegd werd vanuit de geest van de liefde volgens Jehova's heilige raadsbesluit, moest het gezegd worden ter verheerlijking van de meest heilige naam. Door onze kortzichtigheid begrepen wij het immers niet; maar er is er Eén, die het begrijpt en deze Ene is de eeuwige liefde van de Heer; uit Haar is alles wat bestaat voortgekomen en dus ook onze liefde tot Haar. En zo voel ik dat iemand, indien hij zijn liefde keer op keer alle delen van zijn wezen zou laten doorstromen ter eeuwige liefde uit God en in God, dergelijke woorden van wijsheid zou begrijpen; want de liefde is de wortel van alle wijsheid en er is geen andere wijsheid dan slechts in de liefde tot de liefde in God.
Hoofdstuk 41: De benoeming van Henoch tot prediker - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] Vandaar, o vaderen, hebben wij onze wortels uit God; laten wij deze door laten schieten tot in alle delen van ons leven en mijn ondervinding zegt mij luid en duidelijk, dat ons uit het genademeer van de eeuwige liefde nog zeer veel en zeer grote dingen aangeboden zullen worden, die nog groter, dieper en meer verheven zullen zijn dan hetgeen Adam aan ons vertelde. Uit Adam en Eva zijn wij geboren: daarom hebben wij veel vlees, maar weinig begrip vanuit het hart. Maar als er eens mensen uit de reine liefde van God zouden kunnen geboren worden, zal voor hen ons begrijpen tot speelgoed worden."
Hoofdstuk 41: De benoeming van Henoch tot prediker - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[27] Daarom geloof, opdat jullie eens tot liefde en daardoor tot leven zullen mogen komen, en bemin Mij in jullie geest en laat al het werk van je handen en je wil getuigen van het leven in jullie en laat je tong je zeggen dat jullie kinderen van God zijn. Ik zal de mensen oordelen naar hun geloof; Mijn kinderen echter zal Ik in Mijn liefde leiden en het licht van Mijn wijsheid zal voor jullie worden tot een eeuwig lichtbaken van het meest zalige leven in Mij, jullie liefdevolle, heiligste Vader, nu en in alle eeuwigheden der eeuwigheden! Amen.'
Hoofdstuk 41: De benoeming van Henoch tot prediker - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] En Henoch antwoordde: "Lieve vaderen, als dat zo is, terwijl mijn gevoel vanuit God het mij ook zegt dat het zo is, dan hebben jullie geheel juist gesproken; maar één ding heb je vergeten en dat is van groot belang en luidt als volgt: ieder kan ter ere van God spreken en handelen zoals hijzelf wenst; maar in Zijn naam prediken mag slechts diegene die het van boven gegeven werd. Mij is het echter door jullie gegeven, maar nog niet van boven; daarom predik ik alleen voor jullie. Maar als het mij ook van boven gegeven wordt, pas dan kan en mag ik voor alle broeders over de grote kracht van de naam van de eeuwige Liefde preken. Maar wat de betamelijkheid van het prijzen van de grote Naam betreft, weten jullie lieve vaderen immers toch al welke prijs en welke lof de Heer het aangenaamste is en jullie weten ook, dat woorden of gebaren of gedachten of zekere ceremoniële gebruiken zo goed als niets voorstellen en dat alleen liefde en gehoorzaamheid het meest welgevallige offer is dat wij mensen in staat zijn Hem te brengen! - Hij, die ons aller God en Vader is, weet precies wat Hij met ons wil; laat daarom altijd Zijn heilige wil geschieden! Amen."
Hoofdstuk 41: De benoeming van Henoch tot prediker - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[24] Zie, wij hebben niets wat wij aan de Heer zouden kunnen geven, dat wij niet tevoren van Hem ontvangen hebben; en welke vreugde zouden wij Hem verschaffen, ook al zouden wij in staat zijn Hem de hele aarde, ja de gehele wereld te geven?! Hij zou tegen ons zeggen: 'Kinderen, daar heb Ik nimmer behoefte aan; want als Ik plezier zou hebben in werelden, dan kon Ik er op ieder ogenblik talloze miljarden voor Mijzelf scheppen en Ik zou er voor de eeuwigheid der eeuwigheden voldoende ruimte voor hebben. Maar Ik heb geen vreugde aan jullie offers, die uit materie voor Mij gemaakt zijn, wat een huis des doods is; Ik verheug Mij alleen over een boetvaardig, berouwvol hart, dat Mij liefheeft. Dat is hetgeen geheel van jullie is als een vrij geschenk van Mij; dat hebben jullie volledig in eigendom. Als je wilt kun je het aan Mij teruggeven en Ik zal daar intrekken met Mijn genade, en jullie zullen dan eeuwig met de genade in Mijn eeuwige liefde leven en alle dingen zullen zo helder worden als een druppel water. Als jullie echter zelf in je hart gaan wonen en dan de deur voor Mij vergrendelen, zodat Ik niet binnen kan komen wanneer Ik dat wil, dan zullen jullie al spoedig het levensbrood dat in je is, verteerd hebben; en omdat Ik als enige Gever van het levensbrood met Mijn leven gevende gave niet meer binnengelaten word, zal ook weldra de eeuwige dood het onvermijdelijke gevolg van de eigenliefde en de zelfzucht in je worden!
Hoofdstuk 41: De benoeming van Henoch tot prediker - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[28] O lieve vaderen, hebben jullie het gehoord, wat de Heer gesproken heeft?" - En Seth antwoordde: "Ja, geliefde Henoch, wij hebben het heel goed gehoord; maar het vergaat ons niet veel beter dan bij de vertellingen van Adam, want wij allen hebben weliswaar de genade, maar te weinig liefde!"
Hoofdstuk 41: De benoeming van Henoch tot prediker - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] En luister nu verder, dierbare vaderen en jullie, ons altijd gehoorzame kinderen, luister ook! - Zo zag ik verder, niet vet van de zuil van Seth die omgeven was door lichtende golven, de derde zuil; die was als door een roodachtig licht omgeven, meer verheven dan al de anderen; en alle baren die sneller en sneller om de andere zuilen sloegen, stonden hier stil en wasemden, door eerbied en liefde gedrongen, uit hun zacht trillende rimpels de Heer en eeuwig heilige Vader, een vurig loflied toe.
Hoofdstuk 42: Kenans gezang over de tien zuilen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] En toen deze drie de zegen hadden ontvangen, voerde Kenan als eerste het woord en zei: "Lieve vaderen en kinderen, hoor en begrijp mijn uiteenzetting goed; want ik zal jullie deze zo getrouw als ik haar in een nachtelijk visioen heb ontvangen, weergeven. En dit droomgezicht beeldde tien zuilen uit en deze zuilen staken boven een groot water uit, dat dikwijls geweldig tegen die zuilen opsloeg. En op de eerste zuil stond Adam en hij sprak tot de wateren: 'Luister kinderen, God, de Heer Zebaoth, de machtige, heilige Vader van alle door mij verwekte kinderen, is een enige God! Zoals Hij mij tot de enige mens van de aarde heeft gemaakt, zo is Hij vanaf de eeuwigheid een enige God en er is buiten Hem geen andere God meer; want de oneindigheid is van eeuwigheid tot eeuwigheid geheel vervuld van Zijn eer, heiligheid en liefde. Daarom geloof, jullie watervloeden, dat de Heer de enige, grote, eeuwige, almachtige, heilige, rechtvaardige, hoogst wijze, meest liefdevolle, genadevolle, barmhartige, bovenal goede en boven alles verheven God is en daarom ons aller Vader. Wees daarom rustig, jullie montere baren en word helder, zodat het licht van deze enige God je zal doorschijnen tot in de grond van je leven! Amen.'
Hoofdstuk 42: Kenans gezang over de tien zuilen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Ik wilde naspeuren waarheen de weg van die zo vurige dampen wel zou kunnen voeren, - en zie, mijn ogen, bijna verblind door de glans van verheven gezangen die zo opstegen uit de rust van de zuivere wateren, aanschouwden op de heilige top van de derde zuil, door glinsterende wolken omgeven, de derde van jullie, lieve vaderen, en dat was Enos!
Hoofdstuk 42: Kenans gezang over de tien zuilen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] En luister, lieve vaderen en volgzame kinderen, dat wat ik jullie hier heb vermeld, heb ik zo getrouw en precies ontvangen.
Hoofdstuk 42: Kenans gezang over de tien zuilen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] 'Luister', zo sprak de heilige stem, 'jullie vloedstromen die slechts willen woeden, gehoorzaamheid en liefde zijn jullie, sidderende baren, aan de zuil van Kenan verschuldigd en nog lang zullen jullie de dode en bestendige spleten van de treurende aarde bevochtigen; doch wee de schuimende baren die zich in veiligheid willen brengen, als zij zich ooit boven de lichtende zuil van Kenan mochten verheffen!
Hoofdstuk 42: Kenans gezang over de tien zuilen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[16] Verhef jullie dan steeds boven de heilige, lichtende zuil van Kenan. Dat is de wil van de eeuwige, heilige Vader der vaderen en rechter van de woedende baren van de zee des levens in eindeloze gelederen en vurige stromen vanuit God!' - Zie, geliefde vaderen en ook jullie ons liefhebbende kinderen, zoals ik het heb verteld, zo getrouwen waarachtig heb ik het ook met mijn innerlijk oog gezien vol verwondering en vanuit de hoge bestuurd door de eeuwige liefde in God en uit God!
Hoofdstuk 42: Kenans gezang over de tien zuilen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[25] En hoor en zie, geliefde vaderen en ook jullie, ons beminnende kinderen, zoals ik het nu getrouwen waar heb verteld, is het ook gebeurd van teken tot teken, van woord tot woord.
Hoofdstuk 42: Kenans gezang over de tien zuilen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[26] En toen ik dat had vernomen en duidelijk gezien, wendde ik mijn blik meteen naar de zesde zuil en zag daar, O luister geliefde vaderen en ook jullie, ons beminnende kinderen, - de bange tong van Kenan is huiverig om voor je vorsende ogen de verschrikkelijke gruwelen te vertellen, die ik, jullie Kenan moest zien terwijl het gebeurde en wel bij de zesde zuil.
Hoofdstuk 42: Kenans gezang over de tien zuilen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  598 - 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623  ...