Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 611 van 1490

...  599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623 - 624  ...
[5] Mijn leer bestaat heel eenvoudig uit het volgende: Erken de ene, enig ware God en Heer, en dus ook Mij, omdat Ik vanuit Hem in deze wereld kom en Zijn geest in Mij draag, en heb de ene God boven alles lief en je naaste als jezelf, dan zul je het eeuwige leven ontvangen!
Hoofdstuk 204: De commandant Leander voor de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Na deze woorden van Mij was de commandant Leander totaal verbluft en zei: 'O Heer en Meester! Zoals U heeft nog nooit een mens op deze aarde gesproken! Ik heb zeker niet alles ten volle begrepen; maar zoveel is mij uit Uw woorden wel duidelijk geworden, dat U geen kroon en scepter van deze wereld nastreeft, maar alleen dat alle mensen weer terugkeren naar de aloude, reeds sinds zeer lange tijd verloren gegane waarheid van het meest innerlijke geestelijke leven.
Hoofdstuk 204: De commandant Leander voor de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[14] Maar U, o Heer en Meester, bent de ware Isis Zelf en licht de dichte sluier nu voor ons mensen op, en dat is naar mijn mening het ware, geestelijke levensrijk, dat U nu onder ons mensen op deze aarde sticht en waarvan U de enig ware Heer en Koning bent, in Uw geest was en voortaan ook zult blijven. Want als de liefde, de waarheid en het leven een en dezelfde kracht is, dan is het leven even onvergankelijk en onvernietigbaar als de waarheid als zodanig eeuwig waarheid moet blijven.
Hoofdstuk 204: De commandant Leander voor de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[19] Diep ontroerd bedankte de commandant Mij voor deze opdracht aan de overste, en hij beloofde Mij dat de uitvoering van Mijn wens niet achterwege zou blijven.
Hoofdstuk 204: De commandant Leander voor de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Uit wat jij, vriend Leander, ons van Zijn woorden hebt meegedeeld, blijkt duidelijk dat onze grote Nazarener de uit de hemelen in deze wereld gekomen Messias is, getrouw naar waarheid volgens de vele beloften van de profeten en toegerust met alle goddelijke wijsheid en macht, waarin ik nu onwrikbaar geloof; want Hij heeft ons dat immers overduidelijk bewezen, doordat Hij door de macht van Zijn alles doorschouwende en alles kennende wijsheid en door de puur goddelijke macht van Zijn wil de hevige storm op het meer liet ontstaan, waardoor de trouwe jachthonden van Herodes hun beslist allang verdiende loon hebben gekregen. Hem zij dus alle eer!
Hoofdstuk 205: Het goede inzicht en het goede plan van de overste (10.6.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Ik zei: 'Luister! Mijn rijk, dat Ik nu weer opnieuw vestig onder de mensen op deze aarde, is geen aards rijk zoals dat van een koning, die jij "hebt gediend en waarvan er nog legio zijn op de hele aarde, maar Mijn rijk is een geestelijk rijk en is niet met allerlei pracht en praal zichtbaar voor de ogen van het lichaam; want het bestaat inwendig in de mens en de sterke burcht, die eeuwig nooit door een macht overwonnen kan worden, is het gelovige, liefdevolle hart dat vol vertrouwen is en zonder hoogmoed, zonder afgunst of jaloezie, zonder leugen en bedrog, maar in plaats daarvan vol deemoed, zachtmoedigheid, geduld en barmhartigheid; daarin zal Ik, de ene en enig ware Heer en Koning van alle bestaan en leven, Mijn intrek nemen bij ieder mens wiens hart en gemoed die genoemde eigenschappen zal bezitten.
Hoofdstuk 204: De commandant Leander voor de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[2] Het meest zette echter de beschrijving van de honderd dertig verdronken soldaten de overste aan het denken en dat maakte hem mismoedig; want hij had deze trouwe dienaren van Herodes nog niet eerder van die slechte kant leren kennen. Maar nu zag hij aan veel dingen, die hij bij hen had waargenomen, toch veel wat hem tijdens het verhaal van de commandant was gaan opvallen, en hij zei dan ook (de overste): 'Ja, ja, de grote, van Zijn zuiver goddelijke, alles doordringende geest vervulde Nazarener heeft volkomen gelijk; want nu beginnen mij een groot aantal dingen duidelijk te worden, die ik van tijd tot tijd bij de genoemde soldaten heb waargenomen. Ze kregen van Herodes maar een lage soldij; alleen bij het invorderen en afpersen van belastingen mochten ze van iedere honderd zilverstukken er één voor zichzelf houden. Hun lage soldij en de weinige zilverstukken van de belasting konden natuurlijk niet voldoende zijn om zichzelf en een vaak talrijk gezin op echt passende wijze te onderhouden!
Hoofdstuk 205: Het goede inzicht en het goede plan van de overste (10.6.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] Na deze woorden van de overste vermanden de tien zich en beloofden onder een plechtige eed dat ze zijn advies zeer nauwgezet zouden opvolgen, hoewel ze zich niet bewust waren van zonden, zoals de honderd dertig die hadden begaan; ze hadden Herodes namelijk niet op dat terrein hoeven te dienen, aangezien ze steeds alleen maar als burcht en paleiswachten gebruikt waren, wat de overste, de commandant en ook hun andere superieuren wel zouden weten.
Hoofdstuk 206: Het overleg van de soldaten van Herodes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] Maar jullie, soldaten, die samen met ons door Zijn genade gered zijn, moeten ook je geweten wekken en zien in hoeverre het ook behept is met die zonden, omwille waarvan zij hun einde in het water hebben gevonden; heb berouw over jullie zonden met het onwrikbare voornemen om aan alle mensen waar jullie mee te maken hebben gehad, de berokkende schade zoveel mogelijk weer goed te maken, opdat ook jullie genade mogen vinden bij de Heer en Meester over alle dingen in deze wereld! Want n.u hebben wij met al onze zintuigen meegemaakt dat Hij een Wezen is, dat een meer dan groot geduld heeft met de blinde mensen; maar als de mensen ondanks alle waarschuwingen in hun boosheid volharden en hun leven niet willen beteren, dan loopt Zijn geduld ten einde en volgt daar onvermijdelijk de straf op.
Hoofdstuk 205: Het goede inzicht en het goede plan van de overste (10.6.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Na deze tweede goede toespraak van de overste hieven allen hun handen op en zwoeren dat ze zijn woorden goed ter harte zouden nemen en ernaar zouden handelen. En daarmee was de overste tevreden.
Hoofdstuk 206: Het overleg van de soldaten van Herodes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Daarop zei de commandant nog tegen de overste, en zodoende ook tegen alle aanwezigen: 'Luister, voordat we ons aan een volledige lichamelijke rust overgeven - hier en overal waar we ons ook bevinden is het gewoonte dat wij in ons hart onze oprechte dank uitspreken aan Hem, die wij als de Heer en Meester hebben herkend, voor de meer dan grote genade en ontferming die Hij ons hier in plaats van een terechte straf in rijkelijke mate heeft geschonken. Laten we dus zeggen: O Heer en Meester, die vervuld bent van de volheid der goddelijke liefde, wijsheid, kracht en macht! Wij danken U voor Uw grote goedgunstigheid en genade, die U ons grote zondaars hier in plaats van de verdiende straf hebt geschonken, en wij vragen U voor de hele verdere toekomst of U ons met Uw genade, liefde en erbarmen niet wilt verlaten; want van nu af aan willen ook wij helemaal aan U toebehoren! 0, beste, grote Heer en Meester, aan wie alle geesten, krachten en elementen gehoorzamen, neem ook ons op als onderdanen van het rijk dat U nu voor eeuwig op deze aarde onder de blinde mensen vestigt, en laat in het vervolg ook geen al te grote verzoekingen over ons komen, maar sterk ons met Uw genade en erbarmen! U alleen zij al onze liefde, eer en alle lof! Dat alles wat bestaat, leeft en ademt U prijze! Uw naam zij geheiligd in ons!'
Hoofdstuk 206: Het overleg van de soldaten van Herodes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] Ik zei: 'Nu heeft toch nog een beetje de heiden met zijn eeuwige Aurora uit jou gesproken! Heb je gisteren het onderricht van Rafaël over de aarde en haar verschillende verschijnselen niet gehoord en overeenkomstig de noodzakelijke waarheid opgevat? Bij de orde die voor deze aarde is vastgesteld kan er toch onmogelijk een land met een eeuwige ochtend bestaan!
Hoofdstuk 207: De mooie ochtend aan het meer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Ja, in Mijn rijk in het andere leven zal er wel een eeuwige ochtend zijn; maar waaruit die zal bestaan, zou jij nu nog veel minder kunnen vatten dan je Rafaëls uitleg hebt begrepen. Maar als je op deze aarde langer van de ochtend wilt genieten, ga dan altijd een paar uur eerder naar buiten, dan zul je meer dan drie uur van de ochtend kunnen genieten!
Hoofdstuk 207: De mooie ochtend aan het meer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Kijk, nu gaat juist de zon op en de heerlijkheid van de ochtend duurt nog voort en zal nog meer dan een uur voortduren, en dus kun je je nog verder verheugen over de bekoorlijkheid van de ochtend! Daarna zal de ochtend langzaamaan in de volle dag overgaan, en jij zult je op de dag des levens evenzeer verheugen als nu op de jonge ochtend; laat op deze aarde de aloude inrichting dus maar mooi zonder commentaar voortbestaan, want die is heel goed en zeer doelmatig.
Hoofdstuk 207: De mooie ochtend aan het meer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Als op deze aarde de mensen vanuit hun vrije wil ook maar even goed waren als de aloude inrichting van de aarde, zou er voor velen reeds hier een ware, geestelijke levensochtend zijn, waar ieder mens vóór alles naar zou moeten streven! - Heb je deze heel natuurlijke woorden van Mij goed begrepen?'
Hoofdstuk 207: De mooie ochtend aan het meer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623 - 624  ...