10915 resultaten - Pagina 611 van 728
... 599 - 600 - 601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623 - 624 ...
[3] Waarom trokken dan velen van Mijn discipelen zich terug en wilden niet meer met Mij wandelen, terwijl Ik hen toch de leer van het tot zich nemen van Mijn vlees en bloed gaf? - De oorzaak van dit verschijnsel lag ten eerste in de traagheid van Mijn discipelen, vervolgens echter ook direct in hun hoogmoed.Hoofdstuk 28: 'Van toen af trokken velen van zijn discipelen zich terug en wandelden niet meer met Hem'. (Joh.6:66) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[5] En de hoogmoed was daarop dus het gevolg. Daar deze discipelen eerst te traag waren zich meer kennis te verwerven, maar toch Mijn leerlingen waren, vonden ze het nu vervelend dat Ik een leer verkondigde, die boven hun begrip uitging. Ze voelden zich daardoor tegenover het andere volk beschaamd, omdat zij Mij ook niet begrepen hadden. Zij wilden Mij nu echter vanwege deze hoogmoed ook niet om uitleg vragen tegenover het volk, om daardoor niet het stempel te krijgen als zouden zij Mij, als Mijn leerlingen, niet hebben begrepen.
Hoofdstuk 28: 'Van toen af trokken velen van zijn discipelen zich terug en wandelden niet meer met Hem'. (Joh.6:66) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[8] Uit deze geheel getrouwe beschrijving uit de toenmalige tijd kan iedereen heel gemakkelijk begrijpen, dat de oorzaak van deze kwalijke gebeurtenis niets anders was dan eerst de traagheid en daarna hoogmoed van Mij n discipelen. De traagheid, omdat ze altijd om Mij heen waren en dachten dat ze evenveel begrepen als Ik - waarvoor zouden ze dan moeite doen om dieper in de geest van Mijn leer door te dringen? De hoogmoed echter kwam bij hen op, toen Ik hen op de proef stelde om te weten hoeveel ze begrepen en hen zo toonde, dat de discipel niet boven de meester staat.
Hoofdstuk 28: 'Van toen af trokken velen van zijn discipelen zich terug en wandelden niet meer met Hem'. (Joh.6:66) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[9] En zie, deze twee hoofdoorzaken zijn de voornaamste steunpilaren, waar de meeste verdorvenheid van het menselijk geslacht op rust. Want de mens is in de eerste plaats traag en doet vaak de hele dag niets. Als hem dan echter gevraagd wordt: 'Waarom doe je de hele dag niets?', dan zal hij zeggen: 'Niemand heeft mij aangesteld!'
Hoofdstuk 28: 'Van toen af trokken velen van zijn discipelen zich terug en wandelden niet meer met Hem'. (Joh.6:66) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[12] De Heer zal echter niet zo dom zijn om de traagheid en de hoogmoed gelijk te stellen met de vlijt en beide gelijk te belonen.
Hoofdstuk 28: 'Van toen af trokken velen van zijn discipelen zich terug en wandelden niet meer met Hem'. (Joh.6:66) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[15] 'De vlijtige was een domme kerel en heeft niet ingezien, dat hij alleen maar onzin in zijn hersens propt; ik heb echter het ontzettend domme van die leerstellingen doorzien en vond het al dadelijk onwaardig, om mijn hoogstaand brein met zulke onzin vol te stoppen. En daar er niets anders werd aangeboden, vond ik mijn eerste kennis veel hoogstaander en beter dan al dit prulwerk dat ik zou moeten gaan leren!'
Hoofdstuk 28: 'Van toen af trokken velen van zijn discipelen zich terug en wandelden niet meer met Hem'. (Joh.6:66) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[17] Nemen we nu eens twee musici. De een heeft het door zijn ijver tot een grote kunstvaardigheid gebracht, zowel op praktisch als op theoretisch gebied, de ander echter, een zoon van de traagheid, bleef tengevolge van de weinige moeite die hij zich getroostte bij de onderste stumperige middelmaat steken. Vraag hem nu eens waarom hij het niet zo ver heeft gebracht als zijn medescholier. Hij zal dan zeggen:
Hoofdstuk 28: 'Van toen af trokken velen van zijn discipelen zich terug en wandelden niet meer met Hem'. (Joh.6:66) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[23] Kijk, dat is weer een voorbeeld, waarbij een mens eerst traag is en zich niet in zoverre verloochenen kan, dat hij aan zijn aard afbreuk doet door zich daardoor een vermogen te verzamelen; tenslotte echter, als het hem duidelijk wordt dat hij niets bezit, dan wordt hij hoogmoedig en pocht nog bovendien over zijn armzalige toestand.
Hoofdstuk 28: 'Van toen af trokken velen van zijn discipelen zich terug en wandelden niet meer met Hem'. (Joh.6:66) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[25] Zo gaan ook veel trekkers een tocht maken in een hoog gebergte. Zolang het gemakkelijk gaat loopt iedereen flink mee; als echter de steile hellingen van het hooggebergte komen en dan geldt: 'Van hieraf kost het inspanning en kracht om de berg te bestijgen, dan keren ze om en maar heel weinigen gelukt het de toppen van het hooggebergte te beklimmen.
Hoofdstuk 28: 'Van toen af trokken velen van zijn discipelen zich terug en wandelden niet meer met Hem'. (Joh.6:66) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[3] En zo is het in dit geval ook gesteld! Zou Ik u haar diepste betekenis geheel duidelijk maken, dan zou men driemaal de oppervlakte van de aarde nodig hebben om alleen maar de inleiding op te schrijven. Voor de uitleg van de belangrijkste betekenis van dit feit zou echter een heel zonnegebied te weinig ruimte bieden om alle boeken te bergen die daarover zouden kunnen worden geschreven. Daaruit kunt u toch wel begrijpen wat zo'n feit allemaal in moet houden.
Hoofdstuk 29: 'En de duivelen smeekten Hem aldus: Zend ons in de varkens, opdat wij daarin gaan'. (Mark. 5 : 12) . - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[5] Opdat u zich echter toch van de grootte van zulk een daad enig begrip kunt vormen, wil Ik u in het kort iets daarover vertellen.
Hoofdstuk 29: 'En de duivelen smeekten Hem aldus: Zend ons in de varkens, opdat wij daarin gaan'. (Mark. 5 : 12) . - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[6] Waarom vraagt de Heer hier aan de demon hoe hij heet, terwijl het aan de Alwetende toch zeker bekend was, dat in deze bezetene niet slechts één, maar een heel legioen boze demonen aanwezig was. De Heer vroeg dat toch zeker niet, omdat hij de naam van die boze geesten wilde leren kennen; maar waarom vroeg Hij er dan naar?
Hoofdstuk 29: 'En de duivelen smeekten Hem aldus: Zend ons in de varkens, opdat wij daarin gaan'. (Mark. 5 : 12) . - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[7] Hij vroeg het om deze demon aan te kondigen wie Hij is; want uit een vraag herkent men beter de aard van een wezen dan uit een antwoord. Vraag iets aan een dwaas en hij kan je een antwoord geven waar je verbaasd van staat. Vraagt de dwaas echter iets aan jou, dan zul je hem dadelijk aan zijn vraag herkennen. De enige manier om iemand op geestelijk gebied te leren kennen is door een vraag en daarom vroeg de Heer hier ook niet om een antwoord te krijgen, maar om op deze geestelijke manier de demonen te kennen te geven wie Hij is.
Hoofdstuk 29: 'En de duivelen smeekten Hem aldus: Zend ons in de varkens, opdat wij daarin gaan'. (Mark. 5 : 12) . - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[9] Deze manier van vragen houdt weliswaar het midden tussen een zuiver wereldlijke en een zuiver geestelijke vraag: ze heeft echter toch voor de diepere denker reeds een geestelijk karakter.
Hoofdstuk 29: 'En de duivelen smeekten Hem aldus: Zend ons in de varkens, opdat wij daarin gaan'. (Mark. 5 : 12) . - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[12] De zuiverheid van de Heer dwingt hen echter daarvoor te wijken. Maar temidden van de goddelijke reinheid zien de bozen ook de goddelijke erbarming en zij wenden zich tot haar. Ze nemen op dit ogenblik hun toevlucht tot de deemoed en verlangen om volgens hun slechte karakters in de varkens gezonden te worden; en de erbarming van de Heer staat hun dat toe, wat ze vanuit die deemoed vragen.
Hoofdstuk 29: 'En de duivelen smeekten Hem aldus: Zend ons in de varkens, opdat wij daarin gaan'. (Mark. 5 : 12) . - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis