Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 613 van 1110

...  601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623 - 624 - 625 - 626  ...
[10] Maar vandaag ging het niet meer. Toen jullie allen niet in staat waren te werken, werkte ik, je vader, met de genadige hulp van onze grote, heilige Vader voor jullie allemaal; maar nu ben ik daar niet meer toe in staat!
Hoofdstuk 44: De verklaring van Adam over zijn zwakte - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[11] Kinderen, ik heb honger en dorst; als jullie je verzadigd hebben, gedenk dan ook je oude vader en moeder met een kleine versterking en geef ook mij wat te eten en te drinken, en zorg voortaan voor ons! En wat jullie voor ons, je ouders, doen, doe dat uit liefde, opdat de door jullie aangereikte hap niet hard en bitter zijn zal, maar je oud en zwak geworden ouders goed zal smaken; want jullie zullen deze kleine last niet lang meer hoeven te dragen, omdat ik, je zwakke vader, je altijd zegenend, zeker niet lang meer te midden van je in deze woning zal wonen, maar deze voor eeuwig zal verlaten en een andere woning betrekken, dezelfde waarin Abel getrokken is. Zorg daarom met vreugde voor mij, je oude, zwakke vader en eveneens voor je moeder, zolang wij nog in jullie midden verkeren; want na enkele jaren, die spoedig verstreken zullen zijn, zullen jullie treurend hem zoeken, die je nu in zijn onbeholpen zwakte om spijs en drank vraagt, - maar zijn woning zal nooit ergens op de wijde wereld te vinden zijn. Nu, lieve kinderen, ga in de naam van God, begeleid door mijn zegen en versterk de inwendige mens; maar vergeet je oude, zwakke, hongerige vader en eveneens oude, zwakke moeder niet! Amen."
Hoofdstuk 44: De verklaring van Adam over zijn zwakte - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] "Vader! Kinderen! Zolang de aarde draait en de hemel met zijn sterren de maan en de zon omspant, is er door de mond van een mens nog nooit zo'n heilig woord uitgesproken als dat, wat ik, na Adam jullie aller vader, nu zal uiten. Ik zeg: eer zullen alle sterren uit de hemel vallen en de zon en de maan voor eeuwig hun licht ontnomen worden; alle zeeën, meren en rivieren tot op de laatste druppel verdrogen en de hele aarde een kale steen worden: ja, dat alles zal eerder gebeuren dan dat ooit bij ons tevoren de begeerte op zal komen een hap in de mond te steken, aleer onze vader Adam en onze moeder Eva op ieder moment van de dag toereikend verzadigd zijn!
Hoofdstuk 44: De verklaring van Adam over zijn zwakte - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] 0 vader en moeder, jullie weten immers toch van vroeger hoe zeer ik mij altijd verheugd heb als je in de dagen toen je nog krachtig was, iets van mij wilden aannemen; maar hoeveel groter is mijn vreugde nu jullie onze verzorging nodig hebben, zodat de genadige gelegenheid zich toch nog aan mij voordoet om met de allergrootste liefde ook maar het allergeringste deel van mijn overgrote schuld te delgen en, o vader en moeder, aan jullie het kleinste deel van je grote weldaden af te doen! O vader en moeder, neem het genadig op en verblijf zegenend onder ons tot aan het einde der tijden!
Hoofdstuk 44: De verklaring van Adam over zijn zwakte - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[15] En jullie, Enos en Kenan, rep je naar mijn woning en haal meteen de beste spijzen en verse dranken en zeg tegen mijn vrouw Jeha, jullie moeder, dat haar vader Adam en haar moeder Eva daarnaar talen en breng haar hier, opdat ook zij beloven zal wat ik in het aangezicht van God zojuist heilig gezworen heb! Ga nu en kom meteen terug! Amen, amen, amen.
Hoofdstuk 44: De verklaring van Adam over zijn zwakte - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] En toen Adam en Eva in het bijzijn van hun uit liefde nog steeds wenende kinderen zich hadden verzadigd, stond Adam op en dankte Mij met een hart vol ontroering en wendde zich, nadat hij zijn dankzegging beëindigd had, tot zijn kinderen en zei met een buitengewoon vriendelijke stem, die trilde van ontroering: "Gods zegen en mijn zegen moge altijd met jullie en je nakomelingen zijn. En zolang als de aarde aarde blijft, zal tot aan het einde van alle tijden jullie nu zo plechtig gezegende geslachtslijn voortbestaan; en aan hun die ooit rechtstreeks van jullie af zullen stammen, zal mijn oervaderlijke zegen uit God als onze meest heilige Vader in hun doen en laten goed zichtbaar zijn; en eens zal mijn zegen over jullie allen zichtbaar worden als een nieuwe opgaande zon van liefde en genade uit God, de Vader, over alle volkeren der aarde, die dan de grote heerlijkheid van Gods onmetelijke liefde en zachtmoedigheid zullen zien neerdalen als een leven van al het leven! Amen. - En ga nu, lieve kinderen en versterk je en laaf je onder Gods en mijn zegen! Amen."
Hoofdstuk 45: Adam zegent zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[5] En Seth stond op en zei: "O, lieve vader en lieflijke moeder! Het zou ongepast zijn dat, al zouden jullie ook maar een halve dag honger hebben geleden, wij uit grote liefde voor jullie niet ook het onverdiende ongemak met jullie zouden delen, want daaraan zijn wij schuldig, omdat wij pas zo laat naar jullie toegekomen zijn; laat ons daarom uit grote liefde voor jullie en door jullie en met jullie tot God, vandaag geen spijzen meer tot ons nemen, opdat wij in staat zijn God des te zuiverder en waardiger te loven en te prijzen in onze zeer gelukkige nuchterheid! O vader, neem ons kleine, terechte offer in genade aan; en veroorloof dan jouw nakomeling Henoch om voor jou en ons over de liefde van God te spreken, opdat zijn mond ook door jouw zegen geheiligd zal mogen worden, zoals die in onze aanwezigheid door God geheiligd werd door je overleden zoon Abel! O vader, voldoe genadig aan mijn vrome wens! Amen."
Hoofdstuk 45: Adam zegent zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Toen Adam dat gehoord had, was hij tot tranen geroerd en zei: "O kinderen, mogen jullie in het doen van het goede nooit beperkt worden! Doe altijd dat waar je baat bij hebt; maar doe, wat je ook doet, niet tot mijn eer, maar altijd ter ere van God, en vergeet je vader niet in zijn grote nood en gedenk altijd de zwakte van je moeder!
Hoofdstuk 45: Adam zegent zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] Zie, lieve Henoch, het is, zoals voor ieder van jullie, mijn plicht ten aanhoren van iedereen de eigen fouten te bekennen en mij voor God en de aarde te vernederen; maar wee degenen die de naam van zijn broeder zou kleineren en hem zijn eer zou ontnemen, die God Zelf hem gegeven heeft! Zo'n eer is dus van God uit ieders eigendom en niemand heeft het recht zo' n geheiligd eigendom van een ander met woord of daad aan te tasten; maar iedereen heeft het recht zich voor God en de aarde te verdeemoedigen, dat wil zeggen voor zijn volwassen broeders, - maar niet voor hen die nog niet mondig zijn, opdat deze niet hoogmoedig of op een andere manier onaangenaam getroffen zullen worden.
Hoofdstuk 45: Adam zegent zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[11] Laat dit voor jullie allen een goede leer zijn en voor mij een grote geruststelling, waardoor ik nu pas zelf goed in staat zal zijn Gods woord uit Henochs gezegende mond goed in mij op te nemen! Want het is wat anders als de ene broeder tot de andere spreekt over de aarde, de maan, de zon en alle sterren - want dat zijn wereldse zaken die allemaal omwille van mij en jullie werden geschapen, dan wanneer een broeder tegen de ander woorden vanuit God spreekt over zaken die God aangaan; die kan en zal niemand eerder aanhoren, dan dat hij zich vernederd heeft voor de alles richtende heiligheid van God.
Hoofdstuk 45: Adam zegent zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[12] Maar wie zou menen dat de broeder vanuit zichzelf en niet vanuit God spreekt, als zijn tong gezegend werd die zou in zijn eigendunk het gericht over zichzelf uitspreken, omdat hij denken zou dat ook hij zo goed was en God immers door ieders mond zou kunnen en moeten spreken en het zou nu niet bepaald die van Henoch moeten zijn; maar dat zeg ik je, als jullie aller lijfelijke vader en als de verwekker van je ziel vanuit God: zo ligt het niet! Kijk naar de bloemen op het veld! Is niet elke anders van vorm, kleur, geur en in het gebruik en van allen is toch alleen de roos met haar heerlijke geur en haar voor ieders zwakke ogen versterkende dauw de edelste, indien van tevoren het hart door de geur verkwikt werd?! En als je naar de talloze sterren aan de hemel kijkt, zul je bij nauwkeurige beschouwing opmerken dat er ook niet twee hetzelfde licht hebben; maar één onder al die sterren, die hun groep niet verlaten en die je 'ster van Abel' noemt, is het die straalt als een heldere dauwdruppel in de morgenzon! Het is voor God hetzelfde of het nu om een zonnestofje of om een zon gaat en het is voor Hem hetzelfde om een mug of een olifant te voeden; want als iemand veel heeft, kan hij daarvan met dezelfde wil en dezelfde liefde aan groot en klein geven: veel aan degene die veel nodig heeft en een kleine gave aan degene die maar weinig nodig heeft, en hij kan ook velerlei gaven uitdelen, aan de een dit en aan de ander dat en zodoende aan iedereen wat anders. Maar Henoch werd begiftigd met liefde en kreeg een gezegende tong en een zeer verlicht hart; daarom moet hij ook geven wat hij ontving. En daar Gods liefde zijn aandeel werd, moet hij nu ook liefde teruggeven, evenals de roos dat wat zij ontving teruggeeft en niemand twijfelt eraan, dat zij van tevoren van God gekregen heeft wat zij geeft, omdat het een goede gave is die onze zintuigen goed doet. Wie zou ooit kunnen twijfelen vanwaar Henochs gave komt, wanneer zijn tong van louter liefde voor God beeft?!
Hoofdstuk 45: Adam zegent zijn kinderen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] O vaderen en ook jij moeder Eva, sla jullie ogen op en aanschouw de grote Heilige die onder ons is - ja kijk naar de liefdevolle, zich niet aan Zijn woord houdende Vader die onder ons, Zijn kinderen, is!
Hoofdstuk 46: Over het komen van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] "Kinderen, luister! Aldus spreekt Hij, die jullie een onsterfelijke ziel en een levende geest uit Zichzelf heeft gegeven, opdat jullie Mijn grote liefde voor jullie zullen kennen. Ik wil jullie eenmaal het eeuwige leven geven uit jullie liefde tot Mij en uit Mijn liefde tot jullie, wanneer de grote schuld van de Liefde deze schuld aan de Heiligheid gedelgd zal hebben in een tijd, die ik daartoe eerst uit Mij zal maken. Zoals Ik jullie allen gemaakt heb uit Mijn barmhartigheid, zo zal Ik ook deze tijd bereiden uit Mijn liefde.
Hoofdstuk 46: Over het komen van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[20] Zie, in het begin van de wereld was Ik reeds eenmaal hier om alle dingen te scheppen ter wille van jullie, en jullie ter wille van Mij. In grote watervloeden zal Ik spoedig terugkomen om de pest van de aarde af te wassen; want de dalen van de aarde zijn Mij een gruwel geworden vol met vuil slik en vol pest, die uit je ongehoorzaamheid is ontstaan. Daar zal Ik ter wille van jullie komen, opdat niet de gehele wereld te gronde gaat en er een geslachtslijn zal bestaan, Wier laatste telg Ik zal zijn.
Hoofdstuk 46: Over het komen van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[23] Luister en begrijp goed: blijf in de liefde; want die zal jullie redder zijn! Bemin Mij boven alles, - dan zal je leven voor eeuwig zijn; bemin elkander echter ook, opdat het gericht je kwijtgescholden wordt! Mijn genade en Mijn eerste liefde zij met jullie tot aan het einde van alle tijden! Amen." - En hun ogen werden gesloten.
Hoofdstuk 46: Over het komen van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  601 - 602 - 603 - 604 - 605 - 606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623 - 624 - 625 - 626  ...