Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

10915 resultaten - Pagina 618 van 728

...  606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623 - 624 - 625 - 626 - 627 - 628 - 629 - 630 - 631  ...
[9] De rijke en veel offerende schapen zegende jij; de armen echter die daardoor weinig of niets konden geven, werden door jou met de hel bedreigd!
Hoofdstuk 21: De filosofische domme verontschuldiging van bisschop Martinus - Een vriendelijke en goddelijk ernstige gewetensspiegel - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[17] Ik vraag je echter ook, door middel van welk beeld had jij je God dan wel kunnen voorstellen met die onreine liefde van je; welk beeld zou in staat geweest zijn om aan jouw stenen hart enige vonken te ontlokken, om dat beeld van God in je leven in te blazen? Zie, je zwijgt; Ik echter zal het jou laten zien!
Hoofdstuk 21: De filosofische domme verontschuldiging van bisschop Martinus - Een vriendelijke en goddelijk ernstige gewetensspiegel - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[21] Zie, dat is de eigenlijke reden waarom je nu vraagt hoe men God kan en moet liefhebben! Als je echter je broeders al niet liefhebt die je ziet en toch niet wilt liefhebben, hoe zou je dan God moeten liefhebben die je nog niet ziet, omdat je Hem niet wilt zien!
Hoofdstuk 21: De filosofische domme verontschuldiging van bisschop Martinus - Een vriendelijke en goddelijk ernstige gewetensspiegel - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[30] Kort en goed, zoals reeds gezegd, aan jou was ook niet één draadje goed en je bevond je reeds hals over kop volkomen in de hel! God de Heer echter ontfermde zich over jou, pakte je vast en wil je vrij maken van alle banden met de hel. Meen je dat zo iets mogelijk kan zijn zonder jou duidelijk te maken hoe jij in elkaar zit?
Hoofdstuk 21: De filosofische domme verontschuldiging van bisschop Martinus - Een vriendelijke en goddelijk ernstige gewetensspiegel - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[23] BISSCHOP MARTINUS spreekt weer: 'Ja, ja, mijn God ja, je hebt wel gelijk, ik heb jullie lief en waardeer jullie bovenal vanwege jullie wijsheid en daarmee verenigde kracht, liefde, geduld en volharding! Maar als je, mijn lieve vriend, met mij op zo'n manier zou spreken, dat ik niet de hele tijd uit je woorden kan opmaken, dat ik slechts waard ben om vervloekt te worden, dan was ik zonder meer allang letterlijk verliefd op je! Echter juist jouw doordringende, scherpe woorden vervullen mij eerder met een soort heimelijke angst, dan met een liefde voor jou en je vriend Petrus! Spreek daarom minder beschuldigend tegen mij, dan zal ik je met al mijn krachten liefhebben!'
Hoofdstuk 21: De filosofische domme verontschuldiging van bisschop Martinus - Een vriendelijke en goddelijk ernstige gewetensspiegel - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[6] Al gauw zullen er zich aan jou in deze nieuwe, betere periode een aantal gelegenheden voordoen om je hart te laten werken, de kracht ervan te vergroten en te versterken. Hoe meer je het in de liefde zult laten werken, des te meer zegen zul je in deze omgeving zien opduiken!
Hoofdstuk 22: De deemoedige zelfkennis van bisschop Martinus en het ontwaken van zijn liefde - De veranderde omgeving - Het paleis met het vervuilde interieur - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Kom nu echter met ons naar het paleis; daarbinnen zullen we je nieuwe toestand nader bespreken. Je zult van daaruit ook al gauw een heleboel gelegen heden ontdekken, die het volste beroep op je hart zullen doen. Kom dus, broeder en volg ons tweeën. Zo zij het!'
Hoofdstuk 22: De deemoedige zelfkennis van bisschop Martinus en het ontwaken van zijn liefde - De veranderde omgeving - Het paleis met het vervuilde interieur - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[15] Ik zeg je echter: leid jij op dezelfde manier een hele stroom van liefde door de oude zonden stal van je hart, dan zal die stroom ook heel snel korte metten maken met de mest van jouw hart!
Hoofdstuk 22: De deemoedige zelfkennis van bisschop Martinus en het ontwaken van zijn liefde - De veranderde omgeving - Het paleis met het vervuilde interieur - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Ik woon hier echter met nog twee lieve vrienden al een geruime tijd en weet hoe het met deze omgeving staat, zodat ik jullie kan waarschuwen.
Hoofdstuk 23: Het eerste goede werk van barmhartigheid van bisschop Martinus aan de armen die hier zijn aangekomen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[12] Laten jullie je daarom ook noch door Luther noch door Calvijn van de wijs brengen, maar volg mij. Werkelijk, jullie zullen er geen spijt van hebben. Als het jullie bij mij echter niet bevalt, dan staat deze weg nog steeds voor jullie open.'
Hoofdstuk 23: Het eerste goede werk van barmhartigheid van bisschop Martinus aan de armen die hier zijn aangekomen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[13] DE AANVOERDER van dit gezelschap zegt: 'Nu goed, jij lijkt me een nogal verstandige man te zijn; daarom zullen wij je volgen naar je huis. Maar dát vragen wij al van te voren nadrukkelijk, dat wij onder elkaar nooit over godsdienst praten, want alles wat godsdienst heet, vervult ons met de grootst mogelijke tegenzin. '
Hoofdstuk 23: Het eerste goede werk van barmhartigheid van bisschop Martinus aan de armen die hier zijn aangekomen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[17] IK zeg: 'Daar, die deur aan de westkant, daar is een grote kamer die goed is ingericht. Daar zullen ze alles vinden wat ze maar nodig hebben. Kom zelf echter terug, zodat we vlug een belangrijk werk kunnen beginnen, dat geen uitstel duldt.'
Hoofdstuk 23: Het eerste goede werk van barmhartigheid van bisschop Martinus aan de armen die hier zijn aangekomen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[18] Bisschop Martinus doet, wat Ik hem opdroeg en het gezelschap is heel verheugd, als het de goed ingerichte kamer binnen gaat die bisschop Martinus aanwijst. Nadat ze hier plaats hebben genomen, komt hij echter snel weer terug en vraagt waar het nieuwe werk is.
Hoofdstuk 23: Het eerste goede werk van barmhartigheid van bisschop Martinus aan de armen die hier zijn aangekomen - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[16] HIJ weert dat echter af en zegt: 'Mijn beste, arme vrienden en broeders, prijs niet mij, maar God en deze twee vrienden en broeders! Want ik ben zelf kort geleden door hen hier opgenomen en heb van hen de grootste weldaden ontvangen. Ik zelf ben maar een eenvoudige knecht van deze vrienden van de ongelukkige mensheid. Ik verheug me echter heel erg over jullie redding en deze vreugde is nu mijn grootste beloning in mijzelf!'
Hoofdstuk 24: Bisschop Martinus' nieuwe opdracht – Brand blussen en levens redden - De slachtoffers van de brand krijgen onderdak en kleding - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[4] Deze verfraaiing duurt op aarde langer, omdat daar de traagheid van de materie die eerst bewerkt moet worden, een sterk vertragende werking heeft. Hier echter valt die belemmering weg en daarom is het plan, dat door het verstand wordt bedacht, ook meteen als een voltooid werk aanwezig. Want wat een volkomen geest hier dénkt en hetgeen hij denkt ook tegelijk wil, is ook meteen tot stand gebracht zoals het werd bedacht.
Hoofdstuk 25: Het verschil in denken aan deze en gene zijde - Inleiding in de levende wetenschap van de analogieën - Martinus' dadendrang en inzichtsmoeheid - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  606 - 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623 - 624 - 625 - 626 - 627 - 628 - 629 - 630 - 631  ...