17481 resultaten - Pagina 619 van 1166
... 607 - 608 - 609 - 610 - 611 - 612 - 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623 - 624 - 625 - 626 - 627 - 628 - 629 - 630 - 631 - 632 ...
[13] Pontius Pilatus, die alles van Mijn intocht wist en daar niets rebellerends in had kunnen ontdekken, probeerde Mij te redden, omdat hij als Romein geneigd was in Mij een soort halfgod met buitengewone krachten te zien. Hij sprak nu met Mij zoals in het evangelie van Johannes te lezen is, en zei tegen de tempeldienaren die voor het gerechtsgebouw stonden, dat hij geen schuld in Mij kon vinden. (Joh. 18:33-38)Hoofdstuk 73: Het verhoor en de veroordeling van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[25] Toen hij dat hoorde, schrok Pilatus nog meer; want zijn Romeinse opvatting dat Ik een halfgod zou kunnen zijn kreeg hiermee nieuwe voeding. Daarom ging hij weer het huis binnen, waar de knechten Mij ook weer binnen hadden gebracht, en vroeg Mij waar Ik vandaan kwam, dat wil zeggen van welke afkomst en uit welk land Ik was, omdat hij Mij wilde geloven, niet Mijn aanklagers.
Hoofdstuk 73: Het verhoor en de veroordeling van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[27] Pilatus, die nu geschrokken was -want hij kende de tempel en wist dat die tot alles in staat was, als het erom ging iets door te drukken -wilde dus een einde aan de zaak maken en nam plaats op de rechterstoel, een ceremonie die bij de Romeinen gebruik was wanneer het erom ging een onomstotelijk oordeel te vellen. Hij toonde Mij nogmaals aan het volk en vroeg wie hij moest vrijlaten.
Hoofdstuk 73: Het verhoor en de veroordeling van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[2] Nu zal verder niet een nauwkeurige beschrijving volgen van alle martelingen die Mijn lichaam moest doorstaan; want dat zijn dingen die de ziel van geen enkel mens in het lichaam al kan bevatten. Pas in een vrije, geestelijke toestand is het voor een ziel mogelijk om te begrijpen, in hoeverre die doodskwelling ertoe diende om Mijn lichaam volkomen te vergeestelijken, en daardoor ook aan de verlossing van de materie bij te dragen, hoewel die pijniging niet per se noodzakelijk was.
Hoofdstuk 74: Kruisiging, dood en begrafenis van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[3] Hier zullen alleen nog enkele dwalingen rechtgezet worden om duidelijkheid te brengen in enkele dingen, opdat aan de hand van de evangeliën, die met betrekking tot Mijn lichamelijke dood tamelijk nauwkeurig zijn, een duidelijk beeld gegeven wordt van de laatste uren van de Mensenzoon.
Hoofdstuk 74: Kruisiging, dood en begrafenis van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[4] Hier moeten we in de eerste plaats het dragen van het kruis in ogenschouw nemen. Het was gebruik bij de Romeinen, dat iedere ter dood veroordeelde misdadiger zijn martelhout zelf tot aan de plaats van terechtstelling moest dragen, en vaak, als de krachten hiervoor hem verlieten, werd hij zeer wreed gepijnigd om die straf uit te voeren. Ook Mij bleef dat natuurlijk niet bespaard; maar de krachten verlieten Mijn uiterst uitgeputte lichaam heel snel, zodat Ik meermaals op de grond viel.
Hoofdstuk 74: Kruisiging, dood en begrafenis van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[16] Herodes was zeer verheugd toen Ik bij hem werd gebracht, omdat nu zijn wens, Mij persoonlijk te zien, vervuld werd en hij zich er nu van wilde overtuigen wat er waar was van de vele geruchten over Mijn wonderkracht. Hij liet Mij onmiddellijk bij zich brengen en beval de mensen om hem heen zich te verwijderen. Wij bleven alleen. Hij sprak zijn verwondering erover uit dat een man als Ik, die toch over buitengewone krachten beschikte, zich gevangen had laten nemen, en hij wilde weten hoe dat had kunnen gebeuren. Ik gaf hem echter geen antwoord, zodat hij daardoor in verlegenheid raakte en nadrukkelijk antwoord van Mij verlangde. Omdat ik bleef zwijgen werd hij steeds ontstemder en ten slotte woedend, zodat hij naar Mij toeliep en dreigde Mij te folteren. Ik hoefde hem alleen maar kalm aan te kijken, en onmiddellijk beefde het hart van de oude zondaar zozeer door die blik dat hij angstig naar zijn omgeving riep. -Ik was uiterst onheilspellend voor hem geworden, en om zijn vrees te verbergen bespotte hij Mij nu in het bijzijn van zijn hofdienaren, die vanzelfsprekend onmiddellijk instemden met de spottende woorden van hun heerser.
Hoofdstuk 73: Het verhoor en de veroordeling van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[17] Herodes zag nu dat hij bedrogen was in zijn hoop, door bovennatuurlijke macht iets tot stand te kunnen brengen, en wilde nu in ieder geval nog zoveel mogelijk voordeel uit de hele kwestie halen. Daarom gaf hij bevel Mij weer naar Pilatus terug te brengen, terwijl hij met beleefde woorden te verstaan gaf dat hij graag aan de opperheerschappij van Rome onderdanig was en er vanaf zag recht te spreken over een van zijn onderdanen, die zich volgens de bewering van de tempel ook tegen de opperheerschappij van Rome wilde verzetten. Met een wit kleed aan, dat Herodes Mij als een teken van onderwerping liet geven, kwam Ik nu bij Pilatus terug, die niet bepaald verheugd was over Mijn terugkomst, maar wel over de handelwijze van Herodes, die later ook een volledige verzoening tussen de twee machthebbers teweegbracht.
Hoofdstuk 73: Het verhoor en de veroordeling van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[7] Simon antwoordde verontwaardigd en met een voorspellende geest: 'Jullie zullen het uur nog vervloeken, dat jullie zoiets hebben gedaan! Maar ik wens mijn Meester te kunnen dienen, opdat deze lijdensweg lichter voor Hem wordt.'
Hoofdstuk 74: Kruisiging, dood en begrafenis van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[9] Al Mijn naaste vrienden, die tijdens de berechting niet bij het gerechtsgebouw konden komen, waren nu gevolgd, en ook kwam er nu veel volk naderbij, dat eerst verschrikt op een afstand had gestaan, toen de aanhang van de tempel 'Kruisig hem! ' had geschreeuwd. Ze namen direct een dreigende houding aan, toen de stoet de poort naderde, waar een groot plein de vorming van een uitgebreide menigte mogelijk maakte. De Farizeeën hadden zoiets echter al gevreesd en hadden daarom een tamelijk grote groep Romeinse soldaten opgeroepen, die de stoet bij de poort naar Golgotha opwachtte om de orde te bewaren.
Hoofdstuk 74: Kruisiging, dood en begrafenis van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[11] Ik wendde Mij daarom tot degenen die het dichtst bij Mij stonden en zei tegen hen: 'Huil niet om Mij, maar om jullie en je kinderen; want hun zullen ergere dingen overkomen dan wat jullie nu aan Mij zien gebeuren! Ik ga in tot Mijn Vader; maar zij zullen niet weten waar ze heengaan!'
Hoofdstuk 74: Kruisiging, dood en begrafenis van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[12] In de overlevering van de kerk wordt gezegd dat Veronica Mij in haar dienstbaarheid een doek heeft aangereikt om Mijn zweet te drogen. Dat is wel waar; want zij stond in de voorste rijen van de weeklagenden. Maar het afdrukken van Mijn gezicht op de doek is een later ontstane sage, evenals hier gezegd dient te worden dat er in Mijn tijd nooit een Jood Ahasverus is geweest, die Mij van zijn huis wegjoeg. Beide zijn mythen die later zijn ontstaan uit verhalen van vrome gemoederen, die hun best hebben gedaan om Mijn lichamelijke dood met alle mogelijke wonderen op te sieren, die ook in de evangeliën zijn binnengeslopen.
Hoofdstuk 74: Kruisiging, dood en begrafenis van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[14] Toen Ik nu weggevoerd was naar Golgotha, in die tijd de algemene plaats van terechtstelling van Jeruzalem, kwam Judas Iskariot totaal wanhopig toegesneld en probeerde door de ring heen te breken die de tempelwachters rond de plaats hadden gevormd. Hij werd met geweld teruggedreven en bleef met starende ogen dichtbij staan kijken, nog altijd hopend dat er iets buitengewoons zou gebeuren dat Mij zou bevrijden. Hij was steeds in de buurt geweest toen Mijn veroordeling plaatsvond, en naarmate het hem duidelijker werd dat Mijn kracht hier ofwel verdwenen was of niet door Mij werd gebruikt, groeide zijn angst.
Hoofdstuk 74: Kruisiging, dood en begrafenis van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[18] Er wordt bericht dat er een duisternis was ingetreden, toen Mijn lichaam aan het kruis hing. Ja, een grote innerlijke duisternis viel er over Jeruzalem, maar geen uiterlijke. Een innerlijke duisternis, waardoor iedereen het gevoel had alsof hij iets verloren had, zonder te weten wat dat was, en zelfs de hogepriesters, schriftgeleerden, Farizeeën en tempeljoden, die toch zeer naar Mijn dood hadden verlangd, beleefden geen bevrediging en geen vreugde aan hun daad.
Hoofdstuk 74: Kruisiging, dood en begrafenis van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)
[20] Alleen Johannes waagde zich overalopenlijk te vertonen en de moeder van Mijn lichaam, Maria, tot steun en troost te zijn.
Hoofdstuk 74: Kruisiging, dood en begrafenis van Jezus - Leopold Engel - Leopold Engel: Het Grote Johannes Evangelie (deel 11)