17481 resultaten - Pagina 625 van 1166
... 613 - 614 - 615 - 616 - 617 - 618 - 619 - 620 - 621 - 622 - 623 - 624 - 625 - 626 - 627 - 628 - 629 - 630 - 631 - 632 - 633 - 634 - 635 - 636 - 637 - 638 ...
[2] En zie nu, jij Mijn luie en slechte knecht, die ook nog zeer hardhorend is; want Ik moet je als een schoolkind uit de eerste klas woord voor woord dicteren en nog versta je Me niet en vraagt Mij dikwijls twee, drie, vijf, vaak tot tien maal toe en kijk, Ik herhaal altijd getrouw ieder woord voor je! Let daarom beter op, zodat het vlugger opschiet dan tot nu toe; want de wereld heeft in de zeer korte tijd voor de voleinding behoefte aan dit werk van Mijn grote genade! Laat je dit door Mij gezegd zijn, jullie heilige Vader, wiens gehele wezen louter liefde is!Hoofdstuk 11: De geboorte van Kaïn en Abel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[15] "Eva, mijn vrouw, zie, de Heer van de macht en kracht heeft ons gezegend; laten wij onze harten aan Hem offeren, zodat Zijn zegen op aarde gedijt volgens Zijn grote belofte en door jou als nieuwe bewoner van dit oord het licht van de genade mag aanschouwen!"
Hoofdstuk 11: De geboorte van Kaïn en Abel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[5] En kijk nu op naar de hemel; zij schijnen in veelvoudige ordening en in veelvoudige pracht, - die met roodachtig licht als teken van Mijn medelijden en die met wit licht als teken van de vreugde om de grote genade van de zeer heilige en boven alles goede Vader. En die zacht wit glanzende brede baan die over de sterren van het medelijden en van de vreugde loopt, bestaat eveneens uit sterren uit de voortijd, ontstaan door de tranen van de Liefde, die toen reeds mededogen had met de gevallen geesten; die baan is midden door de uitgestrekte ruimten getrokken en zal jullie dienen als teken van het eeuwige, heilige verbond tussen de eeuwige Liefde, die jullie en alles wat er is in het bestaan riep en de alles volgens Haar heiligheid richtende Godheid.
Hoofdstuk 10: De verzoening van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] Daar waar die grote baan aan de wijde hemel gedeeld schijnt, kijk daar met graagte naar en wees altijd dank. baar en diep geroerd, zo vaak als jullie daarheen zullen kijken; want die plek zal voor jullie en ook voor de gehele schepping te eeuwigen dage dienen als een blijvend teken van je breuk van trouw aan Mij en Mijn toenmalige breuk met de heiligheid van God uit barmhartigheid tegenover jullie, en de baan zal je op het punt waar zij weer als aaneen geknoopt verschijnt, herinneren aan de machtige bemiddeling van de eeuwige Liefde, die Ik al sinds eeuwigheid her ben, aan de bemiddeling tussen de onaantastbare heiligheid van God en jullie, die trouweloos gezondigd hebben voor het aangezicht van Zijn onbegrensde heiligheid.
Hoofdstuk 10: De verzoening van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[16] En Eva, vol deemoed en innige vreugde, zei: "Adam, zie, je dienares ligt vol verlangen aan je voeten te wachten op haar heer van de aarde en mij zal geschieden naar jouw wil; neem mijn schuldige hart en offer het aan de Heer!"
Hoofdstuk 11: De geboorte van Kaïn en Abel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[26] En nu, nadat ik volgens de wil van de eeuwige Liefde jullie geleid en alles getoond en gezegd heb, is mijn zending voor het werk van de eeuwige Liefde in de Vader van alle heiligheid en goedheid volbracht en moet ik weer onzichtbaar worden; maar onzichtbaar zal ik jullie van stap tot stap volgen en zal al je schreden tellen, zoals de onwankelbare wil van Jehova dat verlangt.
Hoofdstuk 11: De geboorte van Kaïn en Abel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[28] Maar jullie zullen mij ook te zien krijgen als je van de wetten van de liefde en van de geboden van de heilige Vader zou of kon afwijken, zoals je mij nu nog ziet met het vlammende zwaard in mijn rechterhand om je uit de ruin te verdrijven en aan jou, Adam, een groot deel van de geschenken van de eeuwige Liefde uit Zijn grote genade te ontnemen en je dan, zwak en vol angst voor het geringste geruis van het gras, achter te laten."
Hoofdstuk 11: De geboorte van Kaïn en Abel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] O jullie kinderen van Adam! Waarom wil je dan niet liever Mijn kinderen worden? O wat een moeite en ingespannen arbeid kost het je om het met het zweet van jullie handen doorweekte brood van Adam te verwerven, dat bovendien nog bezoedeld is met het venijn van de slang en doordrenkt met het gif van de adders, en door het op te eten halen jullie je daarmee in je onmatigheid de tijdelijke dood en daarna ook de eeuwige dood op je hals!
Hoofdstuk 12: De belofte van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] En zie Mijn brood dat bestreken is met de honing van Mijn liefde en doortrokken met de melk van het eeuwig vrije leven vanuit Mij en dat je in zulk een overvloed kunt eten tot jullie geheel verzadigd zijn en dat je nooit schade zou kunnen berokkenen, maar je zou versterken en je eeuwig en ook reeds tijdelijk zou toerusten met alle kracht en macht uit Mij, als jullie het maar aan zouden willen nemen, - zie, spoedig na Mijn allergrootste daad die het grote werk van jullie verlossing is, was dit brood van Mij nog steeds zeer duur en de mensen konden het alleen in een kleine portie kopen met hun daarvoor aan Mij geofferd bloed en leven, en Mijn brood smaakte toen bitter in de mond van de koper en was nog niet bestreken met de honing van de liefde en doordrenkt met de melk van het vrije leven, ook niet hier op aarde, maar zowel de honing als ook de melk werd de treurende koper eerst in het rijk van de geesten precies afgewogen, aangereikt; en zie, toch waren er massa's kopers!
Hoofdstuk 12: De belofte van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Onthoud dan toch: de poorten van Mijn hemel heb Ik nu wijd open laten zetten. Wie er ook maar naar binnen wil, laat hem komen en spoedig komen en meteen komen; want de grote tijd van de genade is aangebroken en het nieuwe Jeruzalem daalt op aarde neer naar jullie allemaal, opdat allen die Mij liefhebben daar zullen wonen en verzadigd zullen worden door het brood met honing en melk, en met volle teugen het zuivere water van alle leven zullen drinken en het overvloedig uit de eeuwige bron van Jacob zullen putten!
Hoofdstuk 12: De belofte van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[5] Maar hoewel het neerdalen van Mijn grote stad een onmetelijk grote genade voor al Mijn kinderen zal zijn, zal zij echter toch ook door haar sterke muren alle blinden dooddrukken en alle doven verpletteren; want ze zal zo groot zijn, dat ze het hele aardoppervlak beslaat! En wie haar niet ziet neerdalen en het ruisen in de zuivere luchtlagen der aarde niet zal bemerken, die zal op aarde geen plek meer vinden waar hij zich voor haar kan verbergen en haar gewicht ontwijken.
Hoofdstuk 12: De belofte van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[7] En zie, een zuchtje ruiste door de bladeren en het zachte suizen werd voor hem verstaanbaar en klonk als volgt: "Pluk de bessen van mijn twijgen en pers het sap uit en drink ervan, dan zullen mijn naam en mijn bruikbaarheid aan je bekend gemaakt worden!"
Hoofdstuk 13: De verdrijving uit het paradijs - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[21] Toen zei de engel op zachte toon tegen hem: "Ween niet Abel, jij van zegen vervulde zoon van de genade en doe wat ik je uit naam van de eeuwige Liefde, die door mijn mond spreekt, bevolen heb. En schrik niet over de donderende woorden die zich nu over deze slapende zondaars zullen uitstorten!"
Hoofdstuk 13: De verdrijving uit het paradijs - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[32] Toen viel Adam wederom neer op zijn aangezicht en weende en riep luid: "Heer, Gij almachtige, grote God in Uw grote glorie van alle heiligheid, sluit niet Uw hele hart met Uw onbegrensde liefde en barmhartigheid voor mij zwakkeling, die voor U ligt en verleen mij slechts zoveel kracht, dat ik, nietswaardige, in staat ben te vluchten voor Uw gerichten volgens Uw allerheiligste wil, waaraan alle schepselen ondergeschikt zijn, zoals ik het van mijn hoofd tot de voeten ben. Heer, verhoor mijn smeekbede!"
Hoofdstuk 13: De verdrijving uit het paradijs - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[37] En toen Adam bemerkte dat zijn zoon hem en ook zijn moeder hielp, net als alle overigen, sprak Adam ontroerd: "O mijn lieve zoon, omdat jij mij te hulp kwam in onze grote nood, ontvang dan ook al mijn zegen als dank en als troost van je zwakke vader en je zwakke moeder!
Hoofdstuk 13: De verdrijving uit het paradijs - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)