17481 resultaten - Pagina 637 van 1166
... 625 - 626 - 627 - 628 - 629 - 630 - 631 - 632 - 633 - 634 - 635 - 636 - 637 - 638 - 639 - 640 - 641 - 642 - 643 - 644 - 645 - 646 - 647 - 648 - 649 - 650 ...
[4] Zie nu, hoe Sihin de eerste was die zijn gemoed naar Mij toekeerde; ook was hij de meest volgzame zoon van deze ouders en bracht zelfs vol zorg ook de anderen tot gehoorzaamheid; daarom zei Ahujel, terwijl hij hem eerst uit Mijn naam zegende, in de tegenwoordigheid van Aza en alle overigen:Hoofdstuk 37: De prehistorie van het Chinese volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[5] "Sihin, ik zegen je in de naam van mijn en jouw God! Het land zal jouw naam dragen. Neem je mooiste zuster tot vrouwen breng met haar in alle gezegende kuisheid kinderen voort, net als de kinderen van God en noem hen 'Zonen van de hemel' en 'Dochters van de aarde'; en als mijn grote geslacht door de liefde van God van de aarde zal worden weggenomen, laat dan jouw nakomelingen liefdevolle, wijze leiders zijn voor de nakomelingen van je broeders!
Hoofdstuk 37: De prehistorie van het Chinese volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] Hijzelf zou van Mij de macht hebben, zolang de inval tegen te houden, totdat de muur klaar zou zijn; echter slechts gedurende tien jaar, waarin zij alle ijver aan moesten wenden om zo spoedig mogelijk dit grote, heilige werk volgens Mijn in hem geopenbaarde wil te volbrengen, anders zou het er slecht voor hen uitzien.
Hoofdstuk 37: De prehistorie van het Chinese volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Maar Zilla had een zoon, te weten Thubalkaïn, die ook een zuster had, Naëhme. Met Mijn genadige toestemming werd hij een meester in de metaalbewerking en Naëhme temde wilde dieren en verschafte daardoor haar broer en zijn helpers toegang tot de ertsbergen. Haar hele lichaam was buitengewoon mooi en zij had een buitengewoon deemoedige, maar ook een des te moediger ziel en in haar ogen lag een grote kracht, zodat onder haar blik harde stenen tot Was werden en de harde tanden van de beesten als de dons van een duif
Hoofdstuk 38: De familie van Lamech - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] Thubalkaïn was daarmee ook volkomen tevreden en zo was de zaak op schandelijke wijze geregeld. Hored verliet Hanoch en keerde met zijn vrouw weer naar de bergen terug.
Hoofdstuk 38: De familie van Lamech - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] Zij vestigden op die wijze een complete metaalindustrie en maakten honderden deels nuttige, deels ook fijne, sierlijke, glanzende voorwerpen, die voor vruchten geruild konden worden en gretig aftrek vonden. Ja, uit bijna alle steden als ook uit de overige streken van het grote land reisden mensen naar de ijzersmelterij en, die goed bekend stonden, en kochten daar gebruiksvoorwerpen en ook luxe artikelen; zij hingen zeer aan Thubalkaïn en deden hun zonen bij hem in de leer, waardoor in korte tijd de fabrieksbevolking zo zeer aangroeide, dat zelfs Lamech er bang van werd.
Hoofdstuk 38: De familie van Lamech - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] Voordat wij nu naar Hanoch terug zullen keren, moet Ik jullie noodzakelijkerwijs nog wat naders over de bewoners van China zeggen. Onthoud en weet dan dat ten eerste, wat de afmetingen van de grote kinderen van Mijn liefde ontsproten uit Adam betreft jullie voorstelling verkeerd is, als je daaronder de lichamelijke grootte verstaat; doch zeshonderdzesenzestig duim is het getal dat Mijn volledige liefde in de mensen aangeeft. De duim geeft de maat aan van het goede dat uit de liefde tot Mij voortkomt; daarvan zijn er zeshonderd voor Mij, dan zestig voor de naaste en tenslotte zes voor zichzelf. En de maat van de vrouw is gelijk aan de goddelijke maat in de man; doch in de naastenliefde en de eigenliefde Van de vrouw is een verschil van zesenzestig en vandaar heeft de vrouw (10 aug. 1840) wat dit betreft de man in alles volstrekt te gehoorzamen. Daar de vrouw uit de eigenliefde van de man gevormd is, kan zij zichzelf ook alleen in de man beminnen, als haar liefde oprecht zal zijn; en daar zij de man het naast is, is ook haar naastenliefde allereerst op de man gericht, en vandaar het verschil.
Hoofdstuk 37: De prehistorie van het Chinese volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Ik met mijn weinige nakomelingen zal jullie nog zegenen en vijfhonderd jaar lang leiden; maar dan zijn jullie aan de beurt tot aan het einde der tijden. Maar de tijd moet je meten aan de rijpheid van een vrucht, die in de tijd van één omloop van de aarde om de zon vijfmaal rijp wordt. En zo vaak jullie een ding hebben leren kennen, kijk dan in jezelf; daar zullen jullie een teken vinden en met dit teken moet je het ding altijd beeldend aanduiden. Jullie handelingen moeten uitgedrukt worden door verschillende daarbij passende lijnen en de voltooiing daarvan door punten. Op die manier moeten jullie alles optekenen wat je in de toekomst nog van ons zult horen, leren en ervaren, en jullie moeten ook tot aan het einde der tijden je kinderen op het noodzakelijke daarvan wijzen als toekomstig groot getuigenis over het boze slangengebroed. Amen."
Hoofdstuk 37: De prehistorie van het Chinese volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] Hiermee stichtte hij het zogenaamde hemelse rijk of de grote dynastie (Han) en breidde het zelfs voorbij de muur in westelijke richting aanzienlijk uit. En zo bleef dit rijk voortbestaan tot in de vierde eeuw voor de grote menswording van Mijn woord, waarna er wederom een grote splitsing plaatsvond, waarbij het een groot deel van lartarije en Mongolië verloor. Het viel daardoor uiteen in drie elkaar bestrijdende rijken, en zo'n rijk noemde men Tschenkue en nog later in de vierde eeuw na de grote menswording van Mijn woord, stierf dit geslacht uit. Het rijk kwam omwille van het volk en de priesters in dezelfde hemelse gedaante onder een Mongools-Tartaarse heerser die zich in de buurt van het Baikalmeer opwierp en het bevindt zich nog heden ten dage onder dezelfde leiding, die te verdragen is.
Hoofdstuk 37: De prehistorie van het Chinese volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Op Mijn bevel werd juist ten tijde van Naëhme door de kinderen van Adam de eerste goede bode uit de bergen naar de diepte van Hanoch gezonden om aldaar Mijn naam te verkondigen, en wel aan het hof van Lamech zelf. En zie, Lamech nam de bode goed op; de bode was een nazaat van Adam, afstammend van de kindskinderen van Adam via Seth en hij heette Hored ('de geduchte'), was groot en wijs en had vrouw noch kind. En toen Lamech nu volgens de lering van Hored in zichzelf keerde, bewees hij deze bode een grote eer door zijn hele vrouwelijke hof bijeen te laten komen en de bode te verzoeken zich de mooiste vrouw uit te kiezen. En zie, toen liet Hored tegen Mijn wil zijn blik vallen op de vrouw van Thubalkaïn en deze moest op leven en dood gehoorzamen aan het bevel van Lamech.
Hoofdstuk 38: De familie van Lamech - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] Want hij dacht bij zichzelf: 'Wat wil ik, wat moet ik doen? De misdaad die ik tegen mijn broers begaan heb, drukt als een zware last op mijn borst. De grote geduchte uit de bergen, die mijn tweede schoonzoon geworden is, heeft mij mijn misdrijf voorgehouden; hij beval me deze gruweldaad aan het volk te laten weten. Maar als ik dat doe, ben ik niet zeker van mijn leven; maar doe ik het niet, dan heb ik God en Zijn grote kinderen uit de bergen tegen me en die zullen mij, ongehoorzame, vernietigen.'
Hoofdstuk 38: De familie van Lamech - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[19] Toen Adam hen in het oog kreeg, sprak hij met ontroerde stem: "Luister, zonen van de kinderen van mijn kinderen, ik ken mijn gehele nakomelingschap die onder mijn zegen leeft na de zegen van eeuwige liefde van Abel; maar deze twee vrouwen ken ik niet! Waar komen zij vandaan?" En beiden antwoordden: "Zij zijn Lamechs verstoten vrouwen, die door zijn onmenselijkheid verdreven werden."
Hoofdstuk 38: De familie van Lamech - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[22] En zie, Adam werd ontroerd en zei: "Wat de Heer heeft gered, dat is al gezegend en dan zou mijn zegen slechts een vergrijp zijn, - maar ga in vrede! Wat God behaagt, hoe zou dat mij kunnen mishagen?! - Bewaar daarom de schatten van de eeuwige liefde en erbarming! Amen."
Hoofdstuk 38: De familie van Lamech - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] En zie, daarop verlieten zij de stamvader en gingen heen en deze schatten kregen bijna te veel plaats in hun harten, zo erg zelfs, dat er voor Mij maar zeer weinig ruimte overbleef, hetgeen natUurlijk volstrekt niet meer volgens Mijn ordening was. En zo werd het van lieverlede steeds donkerder in hun hart en zij werden steeds zinnelijker en zinnelijker. En dat werden hun kinderen ook en spoedig was er weinig onderscheid meer tussen hen en de Hanochieten.
Hoofdstuk 39: Begin en oorzaak van het verval van de kinderen van de hoogte - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] En zij die dat vernomen hadden, hun aantal was zeven, begaven zich in de diepte. - Wij willen evenwel van tevoren nog een blik in de diepte van het dal van Hanoch werpen en hen daar opwachten, nog voordat wij hen daar volop laten optreden en ze daar, als niet uit Mijn naam geroepenen, met wereldse oogmerken zullen handelen.
Hoofdstuk 39: Begin en oorzaak van het verval van de kinderen van de hoogte - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)