Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16638 resultaten - Pagina 642 van 1110

...  630 - 631 - 632 - 633 - 634 - 635 - 636 - 637 - 638 - 639 - 640 - 641 - 642 - 643 - 644 - 645 - 646 - 647 - 648 - 649 - 650 - 651 - 652 - 653 - 654 - 655  ...
[7] Maar denk eens aan de storm van afgelopen nacht, die zo plotseling verstomde, waarna alles weer terugtrad in zijn voorafgaande ordening, behalve de zee, die terug moest wijken om voor jullie een vruchtbaar land achter te laten, dat jullie heel spoedig nodig zullen hebben, wanneer jullie aantal verveelvoudigd zal worden, en op de nog rondom in gindse verre verten brandende bergen na, opdat het binnenste van de aarde meer verwijd en hol gemaakt zal worden ter opname van de teruggetrokken zee en ter opname van die wezens die Mij haten en ontvluchten, opdat zij daar met de verzonken zee kunnen huilen en samen met het grootste zeemonster dat mee verzonken is in de diepte van de toorn van de aarde en dat 'leviathan' heet, kunnen tandenknarsen!
Hoofdstuk 182: De Heer en Ghemela - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[17] Wie bij Mij is zoals jullie nu, die is reeds van alles voorzien!
Hoofdstuk 182: De Heer en Ghemela - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Maar omdat ter wille van de instandhouding alles van het grootste tot het kleinste zich op precies afgemeten, juiste afstanden moet bewegen en zelfs de delen van een samenhangend lichaam op zijn minst een voortdurende drang tot bewegen in zich moeten hebben, waardoor zij bij een eventuele hindernis meteen kunnen beginnen zich te bewegen, daarom bewerken de onophoudelijke, volgens dezelfde wetten steeds terugkerende bewegingen en de overeenkomstig de ordening wederzijdse ontmoetingen de tijdsverlopen, die te tellen zijn. En wat deze bestendigheid in de beweging bewerkstelligt, namelijk de slijtage van de zich door de beweging elkaar aanrakende delen en daardoor het langzame of snellere vergaan van de dingen, is de alles verterende tijd. Daarom is dan al het tijdelijke ook vergankelijk, omdat de dingen vergaan en weer andere in hun plaats komen en zo wordt dan de maat der tijd bepaald overeenkomstig het verdwijnen en wederkeren van de dingen.
Hoofdstuk 184: Over het wezen van de tijd en de eeuwigheid - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[10] "Waarlijk, Ik zeg tot jou en tot jullie allen: zoveel deemoed heb Ik nog in geen van jullie allen aangetroffen!
Hoofdstuk 185: Het wezen van het leven. De beloften van de Heer aan Ghemela - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[34] Indien jullie ogen Mij echter niet zien, maar - als iemand het serieus wil, zoals jij het nu wilt en het getrouw altijd zo gewild hebt - zijn hart Mij des te beter en vertrouwelijker kent, dan is nochtans iedereen ondanks de harde slavernij van de zonde volkomen vrij. Hij kan deze slavernij vol verachting met voeten treden en kan zich tot Mij wenden, Mij in de liefde van zijn hart zoeken en vrij zelf Mij omvatten, waarop hij dan dadelijk naar mate van zijn liefde door Mij wordt opgenomen en naar zijn wil tot liefde behouden en bewaard wordt; dat alles is dan pas het verwerven van het eeuwige leven.
Hoofdstuk 185: Het wezen van het leven. De beloften van de Heer aan Ghemela - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[37] Geen van hen durft vrij adem te halen, om maar te zwijgen van iets anders te doen, hetzij goed of kwaad! En zie daarentegen de vele ons omringende scharen, die geen flauw vermoeden hebben dat Ik hier zichtbaar in jullie midden ben, hoe zij zich opgewekt bewegen en rondlopen!
Hoofdstuk 185: Het wezen van het leven. De beloften van de Heer aan Ghemela - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[39] Zie, zij allen ondervinden nu Mijnerzijds geen dwang en zijn daarom volledig vrij, hetgeen echter bij jullie allen nu niet het geval is, ofschoon je in Mijn aanwezigheid weliswaar ver bent van de knechtschap der zonde, - des te meer worden jullie door Mijn liefde aangetrokken, vandaar dat je nu niets anders kunt dan Mij boven alles liefhebben, hetgeen echter ondanks het heilige recht van een dergelijke liefde toch een dwang is, omdat je voor Mijn aangezicht niet anders kunt doen dan Mij zo te beminnen!
Hoofdstuk 185: Het wezen van het leven. De beloften van de Heer aan Ghemela - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[33] En Abedam antwoordde haar: "Luister, Mijn heerlijke, liefste Ghemela, enerzijds is jouw bezorgdheid weliswaar niet ongegrond; want zo kan Ik niet steeds bij jullie blijven en dat zou ook niemand ten goede komen. Want wanneer Ik steeds zo bij jullie zou blijven, dan zou nooit iemand tot het ware, zelfstandige, vrije leven kunnen komen omdat de zonde al eens de wereld onder een harde slavernij bracht en daarom pressie en dwang op aarde toch al in hoge mate voorhanden is. Zou Ik nu als de allerhoogste oerkracht en oermacht zo voortdurend zichtbaar in jullie midden vertoeven, dan zou je ook een tweede vorm van dwang hebben op aarde, zodat niemand zich ook maar in het geringste vrij heen en weer of op en neer zou kunnen bewegen.
Hoofdstuk 185: Het wezen van het leven. De beloften van de Heer aan Ghemela - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[40] Maar zolang Ik zichtbaar in jullie midden ben, kan niemands huidige liefde hem als leven gevend worden toegerekend, maar dat kan pas dan gebeuren wanneer Ik niet meer zichtbaar in jullie midden zal wandelen, en ook ingeval iemand Mij heeft bemind voordat Ik zichtbaar was!
Hoofdstuk 185: Het wezen van het leven. De beloften van de Heer aan Ghemela - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[8] Met deze woorden drukte Abedam haar nog eenmaal aan Zijn hart en zette haar toen heel zacht op de grond neer en wel naast Zijn voeten. En kort daarop kwamen reeds de uitgezonden aankondigers van het offer en de verlichten volgens het woord van Abedam naderbij en vielen neer voor Abedam en aanbaden hem vanuit het diepst van hun hart; en achter hen volgden onafzienbare scharen hun goede voorbeeld.
Hoofdstuk 186: Onschuld en schaamte. Terugkeer en ontvangst van de boden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Na een korte poos liet Abedam hen opstaan en zei tegen hen: "Jullie hebben eerlijk en trouw gewerkt; want de vruchten van je daden volgen je na, daarom beleef Ik ook een grote vreugde aan jullie en laat je daardoor nu geheel vrij om voor jezelf een loon van Mij te vragen. En hoe jullie wens ook mag uitvallen zij zal meteen in vervulling gaan; dus maak je hartenwens bekend!"
Hoofdstuk 186: Onschuld en schaamte. Terugkeer en ontvangst van de boden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[2] Maar opdat, wat betreft zuiver geestelijke zaken, jullie nog zeer onverstandige hart niet nog langer het zwakke verstand als een blinde jager zal uitzenden als verkenner in het geestelijke domein, wat hem nog nooit enige vette buit opgeleverd heeft, maar altijd slechts een halfvergaan aas, wil Ik je nochtans met de onder deze tien letters aangeduide symbolische vrienden nader bekend maken; luister dus en begrijp het goed!
Hoofdstuk 187: Aanhangsel: Zie, Ik wil je hen allen bij hun naam noemen: Hl B VI T Z L GD Z G (hoofdstuk 3:12) - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[3] Hl duidt de Hel aan of het vlees dat de ziel toebehoort; het getal 1 betekent de Hovaardij, Heerszucht en de Hoogmoed van de hel in ieder mens en dus ook in jullie. Maar de hel is de meest intieme vriend van ieder aards mens, doordat zij hem alles verschaft wat zijn natuur streelt en deze met allerlei lichamelijke behaaglijke prikkels vervult.
Hoofdstuk 187: Aanhangsel: Zie, Ik wil je hen allen bij hun naam noemen: Hl B VI T Z L GD Z G (hoofdstuk 3:12) - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] Wat betreft deze van aanvang af tot hiertoe nog niet begrepen tien letters, hiervan hangt niet in de eerste plaats het behoud van zon en maan af, en de sterren vervolgen ook hun weg zonder dat zij zich door het onbegrip over deze tien letters van de wijs laten brengen. Maar ieder van jullie weet dat voor het eeuwige leven slechts één ding nodig is; wie daarop Iet en daarnaar streeft, heeft voor zijn geest het beste deel gekozen, - al het andere komt er op het juiste moment als een vrije toegift bij. En zo zou ook een ieder van jullie dit kleine geheim reeds lang hebben kunnen ontsluieren als hij zich daarvoor ernstig en in het volste vertrouwen in zijn hart tot Mij gewend zou hebben. Maar in plaats daarvan heb je wel dikwijls reeds nagedacht, verreweg meer met je verstand dan met je hart en daar ligt het dan ook aan dat je dit gemakkelijke geheim nog niet begrijpt, - en wel omdat dergelijke dingen niet gegeven zijn voor het verstand, maar enkel en alleen voor het hart en voor de geest!
Hoofdstuk 187: Aanhangsel: Zie, Ik wil je hen allen bij hun naam noemen: Hl B VI T Z L GD Z G (hoofdstuk 3:12) - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[4] Wil Ik nu een mens in Mijn rijk opnemen en hem opvoeden tot het eeuwige leven, dan moet Ik ook zijn vriendschap opnemen, waarvan de mens zolang hij op aarde leeft, niet in staat is zich er volledig van te scheiden; daarom moet ook de zonde, als verwant van deze vriend, voor Mijn ogen als volledig gedelgd verschijnen, want anders is een verdere opvoeding van jullie geest niet denkbaar en onmogelijk. Met andere woorden gezegd: als Ik je wil behouden, moet Ik ook Mijn heilige Vaderhanden om je huishel heenslaan en zodoende jullie samen met je tot nu toe nog zeer intieme vriendin in Mijn schoot opnemen! - Daar heb je nu de eerste letter, waarvan ik de betekenis tot nu toe voor je verzwegen heb en wel om zeer wijze redenen.
Hoofdstuk 187: Aanhangsel: Zie, Ik wil je hen allen bij hun naam noemen: Hl B VI T Z L GD Z G (hoofdstuk 3:12) - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  630 - 631 - 632 - 633 - 634 - 635 - 636 - 637 - 638 - 639 - 640 - 641 - 642 - 643 - 644 - 645 - 646 - 647 - 648 - 649 - 650 - 651 - 652 - 653 - 654 - 655  ...