1796 resultaten - Pagina 66 van 120
... 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79 ...
[41] Nu echter heeft het de Heer behaagd dat ik mijn harde masker afleg en zo sta ik nu dan ook trouw vanuit het diepst van mijn hart onthuld voor je, zoals ik diep in mij verborgen altijd was.Hoofdstuk 107: Horadals geheim en het verhaal uit zijn verleden aan het hof van Lamech in Hanoch - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[21] Doe jij en ieder ander nu evenzo, dan zul je altijd het eeuwige leven hebben vanuit Mij! Amen.'
Hoofdstuk 108: De Heer spreekt over de schade die vloek en toorn teweegbrengen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[1] Na deze woorden richtte de hoge Abedam Zich tot Horadal en zei: 'Maar jij, Horadal, die het heilige vonkje van Farak zo getrouw in je hart bewaard hebt door alle stormen van verzoekingen heen die door de slang en vanuit haar door de wereld werden veroorzaakt, zie, hier voor je staat nu meer dan het vonkje van Farak, een oneindige zon, de Ikzelf, van wie Farak getuigde, - Ik, de eeuwige, oneindige, almachtige God, de grote Schepper van alle dingen, die de hemel en alle eindeloze wereldruimten van het uiterst kleine tot het allergrootste vervullen, - Ik, de allerheiligste, allergrootste, de allerzuiverste, eeuwige liefde, de Ik, de enig ware Vader van jouw en van al Adams kinderen, Ik, die alleen het leven heb en dat vanuit Mij geef, de Ik, de Ik de sta nu voor je!
Hoofdstuk 109: Horadal wordt tot ware leider van zijn volk aangesteld. De drie tekenen van genade voor Horadal - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[6] Ik geef immers al een groot herinneringsteken voor jou en voor je hele volk doordat je in Mijn naam alle macht en kracht van Mijn levende woord in je hebt en je kunt dat ook aan ieder deelachtig laten worden die volkomen ernst maakt met de opwekking van zijn geest en het eeuwige, onvergankelijke leven vanuit die geest.
Hoofdstuk 110: Het afscheid van Horadal en de zijnen. De afscheidswoorden van de Heer en Zijn aansporing tot liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] God, de eeuwige, de oneindige, de heilige, de almachtige God! - O hart, mijn hart, breek nu niet de stem van mijn tong; laat nu toe dat ik het uit alle macht uitschreeuw! Hij, Hij, voor wie duizendmaal duizend jaar zijn als het allervluchtigste ogenblik, - Hij, voor wiens ademtocht alle eindeloze ruimten beven en de eeuwigheden uit de allergrootste eerbied in het niets terugzinken, - Hij, die met één blik duizendmaal duizend zonnen kan laten ontstaan en weer laten vergaan, - Hij, Hijzelf in eigen persoon heeft ons, de alleen alleronwaardigste schepselen, Zijn eindeloze heiligheid vergetend, vanuit Zijn allerheiligste diepte aangezien, heeft, omdat wij door onze allergrootste vrijwillige boosheid zo onmetelijk diep van Hem en voor Hem gevallen zijn, om ons Zijn grote erbarming ten deel te laten vallen, de gehele oneindigheid gevuld met talloze treden, zodat wij weer naar Hem toe kunnen klimmen!
Hoofdstuk 115: Adams luide lofprijzing over Gods erbarming en Zijn menswording in Abedam - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[15] Heb je tijdens een onweer nog nooit gemerkt, dat zo menige onweerswolk er in de verte ontzettend dreigend uitziet?! Maar wanneer zij naderbij komt, brengt zij met haar vanuit de verte zo dreigende aanblik niets anders dan regen vol zegen, die het door de wijsheidsstralen van de zon uitgedroogde aardrijk en het nagenoeg geheel verbrande gras bevrucht en verkwikt!
Hoofdstuk 120: De vrees van de dragers en Pura's verlegenheid voor de heiligheid van Abedam. Abedams geruststellende woorden. De Heer als God en Vader - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[17] Maar als Ik zo zou zijn als je Mij tot nu toe gekend hebt uit de in deze tijd in de laagte reeds ernstig verontreinigde leer van Farak, zou Ik dan ook vanuit al Mijn vaderliefde jou op Mijn handen dragen?!
Hoofdstuk 120: De vrees van de dragers en Pura's verlegenheid voor de heiligheid van Abedam. Abedams geruststellende woorden. De Heer als God en Vader - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] Maar zowel jij als alle anderen moeten weten, dat onder deze belofte niet verstaan moet worden dat dit meisje ooit vanuit de hemelen weer op aarde komt om Mij daar in vlees en bloed te ontvangen, daarvoor zal zeker wel een andere maagd aanwezig zijn; maar deze zal dan dezelfde geest van liefde en geloof hebben, zoals dit meisje die nu heeft!
Hoofdstuk 123: Het wonder van de menswording van de oneindige God. Maria als Pura, wat de geest betreft - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[25] En bij zulke gedachten duizel jij dan, bang geworden, en wankelen hemel en aarde rondom je en je roept dan vanuit deze angst:
Hoofdstuk 124: Het loven met het hart en het loven met de mond. Het raadsel van de voortdurende vernietiging in het rijk van de natuur. De troostrijke oplossing van de eeuwige liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[29] Maar als dan Mijn liefde zich verenigt met Mijn wil, dan luidt bet: `O, stel geen paal en perk aan de grote vlucht van Je totaal vrije gedachten, maar laat ze weer vrij zweven in de grote kringen van Je eeuwige leven in het volkomen bewustzijn van bun levende kracht vanuit Jou!'
Hoofdstuk 124: Het loven met het hart en het loven met de mond. Het raadsel van de voortdurende vernietiging in het rijk van de natuur. De troostrijke oplossing van de eeuwige liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[31] Ik laat dan uit vele kleine gedachten weer één grote gedachte ontstaan, een levende, een vrije, die dan op Mijzelf moet lijken, zodat hij weer wordt zoals hij oorspronkelijk in en vanuit Mij was.
Hoofdstuk 124: Het loven met het hart en het loven met de mond. Het raadsel van de voortdurende vernietiging in het rijk van de natuur. De troostrijke oplossing van de eeuwige liefde - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[10] Laat daarom iedereen een volkomen door liefde gerechtvaardigd leven leiden, opdat hij de eindeloze volheid van het ware leven vanuit God proeft.
Hoofdstuk 125: Henochs woorden van dank en prijs. Levensvreugde als beste dankbetuiging ten aanzien van de Schepper - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[15] Waar zou de aarde toe dienen met alles wat er op haar en in haar is; waartoe het firmament met zijn lichtende sterrenwerelden; ja waartoe de oneindigheid zelf, als er buiten Hem geen leven meer zou zijn dat Hem zou kunnen herkennen, die het vanuit Zichzelf vrijgemaakt heeft en dat van alles zou genieten wat Hij voor dat leven geschapen heeft?!
Hoofdstuk 125: Henochs woorden van dank en prijs. Levensvreugde als beste dankbetuiging ten aanzien van de Schepper - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[25] Ga nu heen, open je hart, zodat je ontvankelijk wordt voor het leven; kom dan weer bij Me om de volheid van het leven te ontvangen vanuit Mij ! Amen.'
Hoofdstuk 126: Abedams roep tot opwekking van de onverschillige Enos. Over het doel van het menselijk bestaan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[11] Waar schittert de zon, waar schijnt vanuit eindeloze verten een zwakke straal van haar lichtend bestaan, dat mijn geest eerst in lange ruimten van tijd kan bereiken?!
Hoofdstuk 129: Het lied over het leven van Kenan, de zanger - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)