Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 66 van 1490

...  54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79  ...
[2] 'Heer! U, die onze schulden aan de machtige en zeer rijke Kisjonah betaald hebt, - een daad, waarvoor wij u niet genoeg kunnen danken, - genees, als u kunt deze armen, opdat zij zich met ons helemaal kunnen verheugen over de grote weldaad, die u ons heeft bewezen. ,
Hoofdstuk 211: Genezing in Kana in het dal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] 'Maar', zeg Ik, 'hoe dan, als Ik geen speciale geneesmiddelen bij Mij heb, geen heilzame olie of andere voor het genezen van verschillende ziekten gebruikelijke middelen? Hoe denk je dan dat ik deze zieken zal genezen?'
Hoofdstuk 211: Genezing in Kana in het dal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] De oudsten zeggen: 'Heer! Hoe zouden wij dat nu moeten weten?! Want we hebben beslist overal meer verstand van dan van de geneeskunde! In deze plaats hebben we wel een dokter, maar dat is er eigenlijk geen. want hij heeft de mensen alleen maar onder de grond geholpen! Als we dus net zoveel wisten als onze dokter, dan zouden wij over uw geneeswijze zonder het gebruik van geneesmiddelen ook niets kunnen zeggen; vandaar dat we niet in staat zijn om te bepalen, hoe u op natuurlijke weg in staat zou zijn om de zieken zonder geneesmiddel gezond te maken!
Hoofdstuk 211: Genezing in Kana in het dal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Het is toch eeuwig jammer, dat, zoals wij gehoord hebben, de Farizeeën te Jeruzalem Herodes het vuur zo na aan de schenen gelegd hebben, dat hij ten langen leste toegestemd heeft om deze zeer beroemde genezer gevangen te nemen en in een kerker te werpen! Oh, dat is een grote tegenslag voor de arme, lijdende mensheid!
Hoofdstuk 211: Genezing in Kana in het dal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Ik zeg: 'Waarom is de manier 'waarop' nu zo belangrijk, als de zieken alleen maar door Mijn wil en Mijn innerlijke woord, waaraan alles ondergeschikt is, volledig gezond zijn geworden, want daaraan kunnen jullie toch wel niet meer twijfelen!? Deze daad geschiedde echter niet zozeer terwille van de zieken, maar veel eerder voor jullie. Lichamelijk zijn jullie wel helemaal gezond, maar geestelijk zijn jullie zieker dan dat zij lichamelijk waren!
Hoofdstuk 211: Genezing in Kana in het dal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Maar vooraf heb ik jullie de geestelijke medicijn al gegeven; gebruik deze, dan zullen jullie in je ziel gezond worden en daardoor zullen jullie je omvormen tot echte kinderen van God.
Hoofdstuk 211: Genezing in Kana in het dal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Het woord, dat Ik tegen jullie heb gesproken, moet zonder de geringste toevoeging en zonder de minste weglating wezenlijk in acht genomen worden. En jullie geringe aantal Joden in deze plaats moet in hart en nieren Jood zijn; en jullie Grieken moeten ware Joden worden, opdat vrede en eenheid onder jullie heerse!
Hoofdstuk 211: Genezing in Kana in het dal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[16] Jullie hebben de aarde met haar menigvuldige schatten toch niet geschapen, zodat je daarmee kunt doen alsof deze jullie eigendom zijn?!
Hoofdstuk 211: Genezing in Kana in het dal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[21] Jullie hebben de Joden wel het politieke eigendomsrecht laten behouden, en de Jood kan altijd nog zeggen: 'Deze grond is van mij!'; maar jullie kwamen met je verleidelijke waren, je hebt van de mooie dochters en vrouwen van de Joden ijdele pronkzuchtige dames gemaakt en de blinde Joden voor gek gezet, omdat ze hun vrouwen en dochters mooier vonden met de Griekse opschik dan in de joodse ingetogen, eenvoudige kleding! Daarvoor kregen jullie het vruchtgebruik van hun akkers, tuinen, weiden en bossen; en omdat ze toch ook voor hun eigen levensbehoeften vruchten van hun akkers wilden oogsten, moesten ze duur als onderpachter voor het gebruik betalen en van de oogst ook nog de tienden afdragen! Bovendien laten jullie hen, als de eigenlijke bezitters alle belastingen en andere lasten dragen!
Hoofdstuk 211: Genezing in Kana in het dal. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Deze toespraak wekt de achterdocht van de Grieken, en sommigen zeggen: 'Dat hebben die anders zo domme Joden toch heel mooi bedacht; ze hebben deze wonderdoende Jezus per brief gevraagd om hierheen te komen om ons vrees aan te jagen! Maar wij hebben grond onder de voeten en staan stevig.'
Hoofdstuk 212: De stoïcijn. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Matthéus doet meteen een stap terug; maar Philopold herkende de tollenaar uit Sibarah en zei tegen hem: 'Nou, nou gierig tolbaasje, hoe komt het dat jij ook hier bent?! Hoe zal het nu met je tolboom gaan, nu je die met je katteogen niet naar alle windstreken kunt bewaken?! Je hoeft heus deze wonderdokter niet tegen mij op te hitsen; hij zal zelf wel weten wat hij moet doen als ik te stug voor hem ben. Maar jullie beiden konden op natuurlijke weg wel eens een harde noot aan mij te kraken hebben; want een stoïcijn is geen touw of draad, dat je maar willekeurig naar believen buigen kunt!
Hoofdstuk 212: De stoïcijn. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Jij nam alle voorwaarden aan, waaronder ook deze, dat je als bewoner van de gekozen planeet de herinnering aan je eerdere levens op andere hemellichamen volkomen zou verliezen tot aan het moment dat dezelfde engel je driemaal bij de naam zou roepen die je in Akka had.' ,
Hoofdstuk 213: De reïncarnatie van Philopold. (28.6.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] 'Praat er maar niet meer over', zeg Ik, 'je zult je weldra kunnen overtuigen of er met hem iets is aan te vangen!' En Mij naar de stoïcijn Philopold wendend, zeg Ik: 'Denk je nu echt dat je vooraf met God, je schepper, geen contract afgesloten hebt en niets afweet van alle voorwaarden die je vaak genoeg onder ogen gebracht zijn en waar je op deze planeet niet buiten kunt? Weet dan, dwaas, dat dit al het twintigste hemellichaam is waarop je lichamelijk leeft; 1e totale lichamelijke ouderdom telt al zoveel aardse jaren dat dit pet getal van de fijnste zandkorrels in alle zeeën der aarde verre overtreft! Maar wat een, niet voor een lichamelijk levend mens in te denken, haast eindeloze tijdsduur bestond je al als zuivere geest in een volkomen bestaan en met het helderste zelfbewustzijn in de eindeloze ruimte, waar je in gezelschap van talloze andere geesten buitengewoon genoot van het krachtigste en ongebondenste leven!
Hoofdstuk 213: De reïncarnatie van Philopold. (28.6.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] De laatste zonnewereld waar je lichamelijk woonde, noemen de geleerden van deze aarde Procyon, maar de eigen bewoners van haar uitgestrekte oppervlakte noemen haar Akka - en zo noemen ze haar daar overal met een en dezelfde uitspraak, want de bewoners van Akka spreken maar één taal. Daar hoorde je van een engel, dat de grote, almachtige, eeuwige geest, de enige schepper en instandhouder van de oneindigheid en alles wat deze bevat, op een van de kleinste planeten, waarvan er in de eindeloze ruimte ontelbaren zijn, Zelf vlees en de mensengestalte zou aannemen. Jij uitte toen de vurige wens om, als dat zou kunnen, op die planeet geplaatst te worden om daar Degene die jou, geschapen heeft te zien en te horen. Toen kwam dezelfde engel die Je hier aan Mijn 'rechterhand als zevende mens ziet staan, maar die toch een geheel vrije geest is, en hij legde je haarfijn en precies de zware voorwaarden uit waaraan je moest voldoen als je een bewoner wilde worden van deze planeet waarop je nu staat, en als je daar het kindschap van God wilt bereiken!
Hoofdstuk 213: De reïncarnatie van Philopold. (28.6.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Na deze woorden verdwijnt de engel, maar komt binnen enige ogenblikken weer terug en geeft aan Philopold een rol, waarop de naam van de engel en zijn naam duidelijk leesbaar in origineeloud hebreeuwse letters getekend staan, en een tweede rol, waarop alle voorwaarden staan geschreven waar hij voor zijn overgang mee ingestemd had.
Hoofdstuk 213: De reïncarnatie van Philopold. (28.6.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62 - 63 - 64 - 65 - 66 - 67 - 68 - 69 - 70 - 71 - 72 - 73 - 74 - 75 - 76 - 77 - 78 - 79  ...