15542 resultaten - Pagina 655 van 1037
... 643 - 644 - 645 - 646 - 647 - 648 - 649 - 650 - 651 - 652 - 653 - 654 - 655 - 656 - 657 - 658 - 659 - 660 - 661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 ...
[17] Het zojuist beschreven stervenstafereel is het eerste hoofdstuk van het boek Bisschop Martinus,* (.Bisschop Martinus, de ontwikkelingsweg van een ziel aan gene zijde; 480 blz., uitg. De Ster, Tilburg.) dat een beeld geeft van de leiding in het hiernamaals van een bisschop, vanaf zijn overgang naar de wereld aan gene zijde tot aan zijn hemelse voleinding.Hoofdstuk 10: De overgang van een bisschop - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[11] onze man is niet weinig verbaasd over deze wonderlijke geschiedenis en zegt tegen zichzelf: 'Wat zullen we nu hebben? Waar ben ik? Leef ik nog, of ben ik gestorven? Want ik was erg ziek en het kan best zijn dat ik mij al onder de overledenen bevind! Ja, ja, om Gods wil, het zal wel zo zijn! O, heilige Maria, heilige Jozef en heilige Anna, mijn drie grootste toeverlaten, kom en help mij naar het rijk van de hemelen!' Hij wacht een tijdje, zorgelijk om zich heen spiedend van welke kant de drie zullen komen, maar zij komen niet.
Hoofdstuk 10: De overgang van een bisschop - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[20] Daarop zegt de man: 'Ik dank je hartelijk voor deze leiding! Geef mij maar mijn staatsie-uniform terug, bedriegers; ik zal mezelf wel een weg banen! Kijk eens naar die lompen! Van iemand als ik, uit een geslacht van minstens twintig adellijke voorouders, willen ze zomaar een zwijnenhoeder maken! O, als ik nog op aarde was, zou ik jullie daarvoor zo laten boeten, dat het jullie nog lang zou heugen! Deze vagebonden geven zich ook nog uit voor boodschappers van God! Nee, wacht, dit optreden als boodschappers van God zal jullie nog duur te staan komen!'
Hoofdstuk 9: Het sterven van een minister - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[22] Zie nu, in wat voor 'water' deze man zich begeeft; daar zal hij lang in moeten zwemmen, voor hij de weg van de verloren zoon terug naar de Vader zal bereiken.
Hoofdstuk 9: Het sterven van een minister - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[19] Als hij je slaat, sla dan niet terug; maar keer als een slaaf je rug naar hem toe, zoals je op aarde dikwijls hebt gezien, hoe op grond van militaire ondergeschiktheid een arme soldaat geheel willoos op de bank moest gaan liggen en de harde, vaak zeer onterechte straf moest doorstaan! Als je dat allemaal met het juiste geduld verdraagt, zal je een beter lot ten deel vallen!'
Hoofdstuk 9: Het sterven van een minister - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[11] De eerste engel zegt: 'Luister geduldig en heel aandachtig naar wat ik je nu zal meedelen! Ik ken de voorschriften volgens welke niemand, behalve de koning, deze kamer mag betreden. Als je nog op de wereld zou zijn, zou je ons ook niet op deze plaats gezien hebben. Maar kijk, je bent nu wat je lichaam betreft gestorven en bent nu in de geestenwereld, waar maar één Heer is, terwijl alle andere geesten broeders zijn, goede en slechte, al naargelang zij op aarde goed dan wel slecht hebben gehandeld. Derhalve hebben wij ook van de Heer het recht om iedereen uit liefde te bezoeken om hem onze diensten aan te bieden, als hij, zoals jij, nog toegankelijk voor ons is.
Hoofdstuk 9: Het sterven van een minister - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[7] Na deze laatste wilsbeschikking zonk hij terug op zijn bed en was dood zonder eerst gebiecht of gecommuniceerd te hebben, waar hij voor zichzelf toch al geen waarde aan hechtte. Daarmee was het met hem voor deze wereld dan ook voor eeuwig afgelopen; daarom zullen wij ook niet langer bij zijn lijk stilstaan, maar ons direct naar de andere kant begeven en zien, wat deze buitengewoon trotse, aristocratische man daar voor gezicht zet.
Hoofdstuk 9: Het sterven van een minister - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[13] Maar zie, de Heer weet wat voor zware last jij te dragen had en Hij heeft groot erbarmen met je. Daarom heeft Hij ons naar je toe gestuurd, opdat je gered zult worden en niet ten onder zult gaan door de grote wereldse last die je nog met je mee hebt gebracht. Denk hierbij niet aan een gericht; want in het rijk van vrijheid van de geest bestaat er geen gericht en geen rechter, behalve de eigen vrije wil van ieder mens! Denk ook niet aan de hel. Die is nergens, behalve in ieder mens zelf, als hij die in zichzelf door het kwaad dat in hem is, zelf schept. Denk echter ook niet aan een hemel als beloning die in het vooruitzicht is gesteld voor goede werken; maar Iaat het Woord van de Heer Jezus jouw wil zijn, zoek Hem alleen! Als je Hem hebt, heb je alle hemelen en je macht is dan uit de liefde en dat is een heel andere macht dan je gehad hebt op de wereld op grond van je wereldse wijsheid en hoge positie. Nu weet je alles; doe, wat jouw vrije wil toelaat in naam van de Heer Jezus. Amen'.
Hoofdstuk 9: Het sterven van een minister - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[12] Daaruit bestaat dan ook de opdracht die wij namens de enige Heer, ten behoeve van jou uitvoeren, dat wij je dit moeten meedelen en jou tevens onthullen dat hier in deze eeuwige wereld voor jou aan elke wereldse eer en positie een einde is gekomen en eveneens aan alle politiek. Dit vertrek, jouw kledij en al deze vermeende belangrijke staatspapieren zijn enkel bedrog en een product van jouw fantasie, die nog uiterst sterk op de wereld gericht is. Zij zullen verdwijnen zodra je ons volgt. -Als je ons volgt, zul je een gemakkelijke weg naar het ware, eeuwige levensrijk hebben, waar ongekende zaligheden bestaan; als je ons echter niet volgt, zul je het heel moeilijk hebben om het levensrijk van God te bereiken! Want kijk, op de wereld was jij weliswaar door Gods toelating een groot man en had je grote macht, maar door deze macht is bij jou heel sterk de heerszucht gewekt, en die heeft je tot veel dingen gebracht die niet in de goddelijke orde geworteld zijn. Tevens heeft die wereldse macht als heerszucht jou ook het geloof in de Heer ontnomen en veelvuldig ook de liefde tot je naaste en heeft jou zo volledig ongeschikt gemaakt voor het rijk Gods.
Hoofdstuk 9: Het sterven van een minister - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[4] Onze minister, een man die door iedereen hoog gewaardeerd werd vanwege zijn wereldse wijsheid, werd op tamelijk hoge leeftijd op het ziekbed geworpen door een jichtkoorts, die hem een halve maand folterde, en wel des te erger naarmate hij meer medicijnen innam om aan deze kwaal een eind te maken. Tegen het einde begon hij erg misnoegd te worden en dreigde hij de artsen met arrestatie, als zij hem niet spoedig wilden of konden genezen.
Hoofdstuk 9: Het sterven van een minister - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[18] Kijk, nu komt er onmiddellijk een engel naar hem toe die zegt: 'Vriend, in deze toestand zul je net zolang blijven, tot de laatste druppel van jouw hoogmoed uit jezelf verwijderd zal zijn en jij daardoor de laatste bloeddruppel hebt betaald van het bloed dat jij bij vele duizenden van jouw broeders hebt vergoten! Gooi al je veldheersinsignes van je af, dan zul je vaste grond, meer licht en ook gezelschap krijgen -maar hoed je voor mensen van jouw soort, anders ben je verloren! Wend je vooral tot de Heer, dan zal je weg kort en gemakkelijk zijn,amen.
Hoofdstuk 7: De overgang van een veldheer - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[13] Ben ik soms een slaapwandelaar? Droom ik misschien, of zou ik soms echt gestorven zijn? Ach, dit is toch een vervloekt domme toestand! Weliswaar ben ik nu heel gezond en voel geen pijn, en ik herinner mij iedere kleinigheid van mijn leven. Ik was toch heel erg ziek; ik heb die domme artsen de waarheid gezegd en die twee huichelaars naar de duivel gejaagd en heb in mijn opwinding ook, natuurlijk door de al te hevige pijn, de Schepper een paar fikse grofheden voor de voeten gegooid -dat herinner ik mij allemaal heel goed! Ook weet ik, dat ik heel boos was en iedereen van woede had kunnen verscheuren. Maar nu is alles verdwenen. Het zou wel in orde zijn, als ik maar wist waar ik nu eigenlijk ben en wat er met mij gebeurd is.
Hoofdstuk 7: De overgang van een veldheer - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[7] Kijk, na deze geweldige uitbarsting van onze opperveldheer maken de twee monniken zich snel uit de voeten; de artsen halen steeds heftiger hun schouders op en de patiënt valt stil en begint te rochelen, terwijl hij zijn gezicht afgrijselijk vertrekt. Omdat hier bij de patiënt niets meer waar te nemen valt, begeven wij ons direct naar de geestenwereld en zullen daar heel kort gadeslaan, hoe onze held de geestenwereld binnentreedt.
Hoofdstuk 7: De overgang van een veldheer - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[4] Kijk nu eens naar de zieke, hoe dapper hij zich houdt! Maar deze dapperheid is maar schijn, want inwendig zou onze held wel kunnen vergaan van angst en vertwijfeling, en daarbij vervloekt hij de zeer pijnlijke ziekte zoals een huzaar zijn paard als het hem niet wil gehoorzamen. -Het is toch een wonderlijke toestand: daar bidden monniken, weliswaar met een godsvrucht die ver te zoeken is, en waar heimelijk ook nog een helemaal tegenovergestelde wens mee verbonden is Propter certum quoniam* (* vanwege een bepaalde zaak), maar het blijft toch vreemd dat hij, voor wie tenminste nog 'voor het oog' gebeden wordt, vloekt dat het een schande is!
Hoofdstuk 7: De overgang van een veldheer - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[10] Maar wat zal deze treurende engel hier nu doen? Kijk, hij gaat naar het meisje toe, dat ook in de geestenwereld als een lijk zichtbaar is. Nu is hij bij haar en zegt: 'O, jij dwaas wezen! Wat moet ik bij jou nu opwekken, aangezien alles aan jou dood is, waar ik ook kijk! O Heer, zie genadig op haar neer! Hier is de kracht die U mij verleend hebt niet toereikend; strek daarom Uw almachtige hand uit en doe met deze dwaze vrouw naar Uw welbehagen!'
Hoofdstuk 6: Het plotselinge einde van een wuft meisje - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood