Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22349 resultaten - Pagina 660 van 1490

...  648 - 649 - 650 - 651 - 652 - 653 - 654 - 655 - 656 - 657 - 658 - 659 - 660 - 661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673  ...
[2] Je zegt: ' Absoluut niet! Krachten ziet en voelt men wel altijd werken maar ze zelf zien, dat is nog niemand gelukt. Wij zien wel dat grote stormen en orkanen groot geweld uitoefenen -maar waaruit de kracht en dat geweld bestaan, dat weten we niet. En ook moet een bepaalde kracht ons mensen aan de bodem van de aarde ketenen, anders zouden we ons immers wel vrij in de lucht kunnen verheffen wanneer we maar zouden willen -wat echter niet het geval is, zoals de dagelijkse ervaring ons leert. Deze kracht werkt aan één stuk door; maar geen menselijk oog heeft ooit gezien hoe die eruit ziet en hoe die werkt.'
Hoofdstuk 171: Over het werken van krachten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Goed; nu vraag Ik je verder of je al eens een drager hebt gezien die het licht van de zon naar deze aarde brengt! Of heb je de band al gezien, waarmee de hemellichamen zodanig met elkaar zijn verbonden, dat ze voortdurend op dezelfde afstand rond hun grotere hemellichamen moeten bewegen? Of heb je al eens die krachten gezien, die zowel in planten als in dieren werken en allerlei dingen voortbrengen?
Hoofdstuk 171: Over het werken van krachten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Vriend, als die kiem niet ook in jou zou bestaan - waar jij als uiterlijk zintuiglijk georiënteerd mens weliswaar niets van weet -zou jij de Schepper jouw verwijten niet hebben gemaakt; want alleen de onverwoestbare levenszin in jou heeft je, onbewust voor jezelf, daartoe aangezet, en Ik ben Voornamelijk ter wille van jou naar deze streek gekomen, om je in woord en daad te tonen hoe ver en laag je nog achter de pijler van leven en licht staat! En nu hebben we voorlopig genoeg woorden over en weer gebruikt, en we zullen ter wille van jou ook tot enkele feitelijkheden overgaan.'
Hoofdstuk 171: Over het werken van krachten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Ik ben nu naar aardse tijdrekening toch al een zodanige tijd aan gene zijde, dat men toch wel iets bijzonders kan zien en ervaren; maar tot nu toe heb ik nog niets gezien wat enigszins overeenkomt met wat men in deze wereld over de wereld aan gene zijde geloofd, gedacht en verzonnen heeft. Ik heb de rivier de Styx gezocht en de schipper Charon, en heb geen van beide gevonden. Ik heb ook wel een poosje een dodelijke angst gehad voor een furie of voor de drie onverbiddelijke rechters Minos, Aeacus en Rhadamanthys alleen, niets van dat al! Ik heb het Elysium willen zoeken, ben wijd en zijd als het ware door een grote zandwoestijn rondgelopen, en zie, er was ook geen Elysium te vinden - kortom, ik zag en vond niets en niemand, behalve mijzelf en de zeer losse bodem waar ik mij op bevond.
Hoofdstuk 174: Belevenissen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Bij hem gekomen, vroeg ik hem direct: 'Jij schijnt je in een soortgelijke toestand te bevinden als ik! Onder onze voeten niets dan een zandvlakte, waar geen einde aan komt, boven onze hoofden een meer donkere dan lichtgrijze nevel, en verder ziet men alleen zichzelf en zijn in het zand gedrukte voetstappen. Er is ook geen wind, en van water of een ander object is helemaal geen sprake. Ik dwaal nu naar aardse tijdrekening ongeveer twee jaar in deze zandwoestijn rond, en vind niets waarmee men zich zou kunnen verzadigen en zijn eventuele dorst zou kunnen stillen. Ik weet dat ik het tijdelijke verlaten heb en als een echte arme ziel in deze woestijn rondzwerf, wat ik werkelijk buitengewoon onaangenaam vind. Ik heb heel veel moeite gedaan om hier in deze wereld, die een geesten of zielenwereld moet zijn, alles te zoeken en te ontdekken waar ik in de wereld zo half en half in heb geloofd, maar niets van dat alles
Hoofdstuk 174: Belevenissen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Jij bent nu na twee jaar de eerste op mij lijkende verschijning. Kun je mij misschien zeggen wat men hier kan doen en hoe men het moet aanpakken om toch eindelijk eens een plaats te vinden, waar het zo half en half uit te houden zou zijn? Want ik ben het zoeken in deze uitgestrekte zandsteppe wel moe geworden en heb echt geen zin meer om nog meer stappen voor en achteruit te doen!'
Hoofdstuk 174: Belevenissen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Je moet dus met je gedachten, je streven en willen teruggaan in jezelf en in jezelf beginnen te zoeken, te denken en te vormen; dan pas zul je een plaats vinden die overeenkomt met jouw denken, vormen, willen en jouw liefde! Doe dus alsof je deze zandsteppe niet ziet, evenals de grauwe nevel boven je, maar begeef je in de fantasie van je innerlijke gemoed, dan zal weldra alles een andere vorm voor je krijgen! Ik heb me door jou laten vinden om je dat te vertellen.'
Hoofdstuk 174: Belevenissen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Na deze woorden verliet die iemand mij plotseling weer en liet me op mijn zandsteppe staan. Ik nam zijn woorden ter harte en begon in mijzelf te gaan en heel levendig te denken; ik schetste in mijn fantasie zo goed en zo kwaad als het ging een streek en een plaats - en ziedaar, het duurde echt niet lang of daar zag ik mijn fantasie weldra voor mij uitgespreid.
Hoofdstuk 174: Belevenissen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] (De vader:) 'Daarna liep ik weer mijn hut uit en trof alles nog precies zo aan als tevoren. Toen dacht ik bij mijzelf: ' Allemaal goed en wel; maar toch ben en blijf ik alleen! Als ik nu maar die eerdere vriend bij mij zou kunnen wensen om hem mijn dank te kunnen betuigen voor de goede raad die hij mij heeft gegeven!'. Bij deze wens keek ik in de richting van het verafgelegen dorp dat ik al eerder noemde, en zag hoe zich weldra vanuit dat dorp verscheidene mensen in mijn richting begonnen te bewegen.
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Tot slot wil ik nog opmerken dat die goede vriend, die mij als eerste in de woestijn die goede raad gaf, wat zijn gelaatstrekken betreft heel veel lijkt op deze Heer waar jij naast zit, en bij de eerste aanblik van Hem voelde ik in mijzelf het vage idee opkomen dat Hij de Heer van deze en ook van onze wereld is. Ik spreek nu wel met jou - maar niet alsof het op een andere plaats is, maar enkel op de plaats waar ik woon. Daaruit kun je concluderen dat het voor mij niet nodig is mijn verblijfplaats te verlaten om met iemand in deze wereld om te gaan -maar waar ik ben en spreek, daar is ook de plaats waar ik woon.
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Deze aarde en watje erop en erboven ziet is ook enkel een door de allerhoogste geest geschapen oord, precies zoals mijn dorp in het klein door mij is geschapen.
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] De liefde van de grote Geest, Zijn buitengewoon heldere lichtgedachten, Zijn almachtige wil en Zijn grote barmhartigheid zijn de oerelementen waaruit Hij zulke wonderbaarlijke oorden vorm geeft en ook in stand houdt, zolang Hij wil. In deze wereld zie je dus niets anders dan zo'n oord, dat vanuit de grote Geest in een bepaalde orde tot bestaan werd gebracht; voorjouw ziel blijft het echter alleen maar zichtbaar als iets bestaands, zolang jouw ziel nog met materie omhuld is.
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[16] Als dat omhulsel van je afwordt genomen, dan ben je zonder plaats, zonder enige vaste bodem en zonder een bepaald licht boven je -behalve wanneer je reeds in deze wereld de weg naar je innerlijk hebt gevonden. Dan gaat het aan gene zijde natuurlijk anders; want dan komt alles, de plaats en wat voor jou nodig is, al met je mee naar de andere kant en hoef je niet pas aan gene zijde door een vriend op de hoogte te worden gesteld hoe men bij ons een woonplaats en gezelschap verkrijgt. - Onthoud dat, mijn zoon!'
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[18] Deze zei echter nog terwijl hij ging vertrekken (de vader): 'Voor al het overige wat je nog wilt weten moet je je in je hart wenden tot Degene die naast je zit; want Hij kent alle dingen, op deze wereld en in die van ons!'
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[19] Na deze woorden verdween de geest.
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  648 - 649 - 650 - 651 - 652 - 653 - 654 - 655 - 656 - 657 - 658 - 659 - 660 - 661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673  ...