Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 666 van 1112

...  654 - 655 - 656 - 657 - 658 - 659 - 660 - 661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673 - 674 - 675 - 676 - 677 - 678 - 679  ...
[39] Ook in dit, schijnbaar ondergeschikte feit ligt een diepe les voor ons opgesloten, die zeer toepasselijk schijnt: Zijn wij namelijk eenmaal zo ver gevorderd, dat wij in onwrikbaar geloof en een vurig brandende liefde voor de Heer alle aardse goederen bereid zijn prijs te geven -ook wat ons het meest dierbaar is, als wij ons werkelijk volledig ontledigen van hun betekenis voor ons -dan komt de Heer Zélf, Die zich tot dan toe via Zijn engelen en engelbewaarders met ons verstond, in Eigen Persoon met ons in de binnenkamer van ons hart met ons spreken, niet langer in een moeilijke bijbeltaal, maar in onze eigen taal, in de spreektaal van ons hart! Voor Abgarus was het Grieks de voertaal.
Hoofdstuk 15: Gelovig commentaar - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[28] Voor Abgarus doet zich dus nu een gelegenheid voor om zijn liefde te verwijden en tevens uit te doen gaan naar deze volkomen vreemde arme zwerver, die 'zo maar' komt aanlopen, een doodgewone, misschien wel 'ordinaire' knaap!
Hoofdstuk 15: Gelovig commentaar - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[9] Het is geenszins uit te sluiten dat zich een dergelijke reactie aanvankelijk ook aan Abgarus heeft opgedrongen. Maar door zijn lijden zal de ziel van Abgarus voldoende innerlijk gericht zijn geweest, en dus geneigd om te luisteren naar de goddelijke Stem in zijn hart, Die hem des Heren antwoord vol medeleven in het juiste Licht deed zien, en Die zijn vertrouwen versterkte in het geloof dat hij een beproeving moest ondergaan.
Hoofdstuk 15: Gelovig commentaar - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[10] Toen kort daarna zijn oudste zoon ziek werd door een ongeneeslijke koorts, heeft Abgarus zich daarom in zijn grote droefenis opnieuw vertwijfeld tot de goede Heiland gewend, en hij schreef Hem: 'Ik weet, omdat mijn gezant mij dat heeft verzekerd, dat U dergelijke ziekten zelfs op afstand kunt genezen zonder geneesmiddelen, alleen door Uw woord en wil!
Hoofdstuk 15: Gelovig commentaar - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[49] Niettemin bevat de zesde brief van Abgarus weer een noodkreet: Tien dagen geleden heeft hier een aardbeving plaatsgevonden, die naar het aanvankelijk scheen praktisch geen schade had aangericht, maar na enkele dagen werd het water bij ons troebel. Iedereen die dit water dronk kreeg hoofdpijn en werd vervolgens geestelijk gestoord, geheel in de war. Er was tot dusverre echter geen kruid tegen gewassen! Daarom smeek ik U Heer in alle nederigheid en met wroeging in mijn hart, dat U mijn volk uit deze nood wilt helpen en redden. Abgarus blijkt nu niet te zijn teleurgesteld, niet geïrriteerd, dat hem na al zijn volgzaamheid! -nu dit ook nog moet overkomen, neen, hij smeekt 'in alle nederigheid en wroeging des harten'! En dat terwijl hij 'weet dat alle machten -zowel goede als kwade! -aan U onderworpen zijn, en op Uw wenk moeten verdwijnen.'
Hoofdstuk 15: Gelovig commentaar - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[7] Toch was Abgarus toen nog maar in een eerste beginstadium van zijn geloofsontwikkeling, en zijn liefde voor God moest nog zeer veel groeien. Hij meende bijvoorbeeld toen nog dat Jezus, een van God vervulde geneesheer, Zich persoonlijk naar hem toe zou moeten begeven om hem te kunnen genezen. En ook had Abgarus toen hij om hulp riep nog maar alleen aan zichzelf gedacht, namelijk alleen aan zijn eigen lichamelijke genezing. Daarom gaf Jezus hem in Zijn eerste antwoordbrief te horen -wat voor Abgarus toen eigenlijk niet zo heel erg bevredigend zal hebben geklonken -'Wees maar geduldig Gij, met Uw kleine kwaaltje! Zodra Ik in de Hemel zal zijn, zal Ik U een van Mijn leerlingen zenden, die Uw gebrek zal genezen en die U en al de Uwen de ware Gezondheid geven zal'. Hij geneest deze koning dus niet onmiddellijk, maar troost hem met troost op langere termijn: na de dood des Heren zal hij een discipel zenden om hem te genezen!
Hoofdstuk 15: Gelovig commentaar - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[6] Wat voor een soort van heilig geloof moet dat van Abgarus dus wel geweest zijn, waar de Heer hem op grond daarvan zo'n heerlijk vooruitzicht, zo'n verrukkelijke garantie heeft kunnen geven ? Het kan beslist niet iets zijn geweest van lichtvaardige goedgelovigheid, want Abgarus is over de joodse Heiland en over Diens wonderen, vaardigheden en intenties, daarvoor veel te goed geïnformeerd geweest namelijk door zijn gezanten. Maar ook was het beslist niet zo maar een rationeel geloven zonder meer, een op redelijkheidsbasis voor waar aannemen, neen: deze vorst had zich door zijn innerlijke goddelijke inspiratie laten voorlichten 'dat deze goede en machtige heiland een god of zoon van een god móest zijn,' en door zijn gelovig erkennen van Hem gevoelde hij in zijn hart een allerhevigst verlangen naar Hem. Dus niet alleen maar geloof vanuit het verstand, maar tevens uit het hart had hij getoond! Alleen onder verwijzing daarnaar was het dat Jezus kon antwoorden: 'Zalig zijt gij Abgarus, omdat Ge geloof toont!'
Hoofdstuk 15: Gelovig commentaar - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[2] De inhoud van dit unieke schriftuurlijke document moge daarom hier nog eens in het kort worden toegelicht, respectievelijk 'belicht' als zijnde dit andermaal een voorbeeld van de eigen zeer levendige, zachtmoedige en diepzinnige wijze, waarop God in Zijn Werk van de Nieuwe Openbaring de mensheid onderricht en tot Zich trekt.
Hoofdstuk 15: Gelovig commentaar - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[8] De gemoederen van de tempeldienaren waren door dit voorbeeld hevig geschokt. Nu hebben zij U ertoe bestemd om die stekende wonde voor hen uit te snijden, door U namelijk bij Pilatus aan te klagen als een rebel tegen de staat en als tevens de voornaamste raddraaier van die opstand van vorig jaar! Zó willen zij zichzelf tegenover het Romeinse hof weer schoonwassen, de argusogen van Rome van zich afleiden, om daardoor dan weer des te gemakkelijker nieuwe hoogverraderlijke plannen te kunnen smeden; maar dat zal hun in geen geval gelukken! U ziet Zelf ongetwijfeld -en ook zonder deze brief van mij zelfs eindeloos beter, dat zij door Rome tot in de kleinste details worden doorzien.
Hoofdstuk 13: Zevende brief van Abgarus aan Jezus (negen weken na ontvangst van de zesde antwoordbrief geschreven, en vijf dagen voor Diens intocht in Jeruzalem in het bezit van de Heer gekomen) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[6] Heer, wat gebeuren moet, gebeure –maar het heeft mij in elk geval reeds tot in mijn diepste innerlijk geschokt! Ik weet dat deze liederlijke en heerszuchtige beestmensen U niet eens willen doden omdat U Zich aan het volk voorstelt als hun beloofde Messias. Want daarvan trekt dit hyenagebroed zich namelijk maar weinig aan! Al te goed weet ik immers dat zij in hunne harten toch niet geloven, noch aan een God, noch -en dat nog minder aan U. Van een godslastering maken zij onder elkaar helemaal geen punt.
Hoofdstuk 13: Zevende brief van Abgarus aan Jezus (negen weken na ontvangst van de zesde antwoordbrief geschreven, en vijf dagen voor Diens intocht in Jeruzalem in het bezit van de Heer gekomen) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[5] Men zal het beleven dat zijn geloof aan grote beproevingen wordt blootgesteld. Door water en vuur zal het moeten gaan! Maar Liefdevuur zal dat vuur, dat het geloof op de proef wil stellen, verstikken, en het zal het water mét al zijn geweld tot damp doen vergaan!
Hoofdstuk 12: Antwoord van Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[3] Gij behoeft echter al niet meer bang voor hem te zijn, want voor Uw volk en ter wille van U heb Ik hem nu gestraft! Ge kunt het water van het land derhalve nu weer rustig gebruiken, want van nu af is het weer zuiver en gezond!
Hoofdstuk 12: Antwoord van Jezus - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[7] Het water wil namelijk nog steeds niet helder worden, en zijn krankzinnig makende werking is nog onveranderd dezelfde. O Heer, ik weet dat alle goede en kwade krachten en machten aan U zijn onderworpen: op Uw wenken moeten zij wijken; ik smeek U derhalve, erbarm U genadiglijk over mij, verlos mij ten behoeve van mijn arme volk van deze plaag! Maar Uw goddelijke heilige wil geschiede!
Hoofdstuk 11: Zesde brief van Abgarus aan Jezus (tien weken later geschreven) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[5] Onmiddellijk heb ik een streng gebod uitgevaardigd, dat niemand in het hele land dat water mocht gebruiken totdat ik het weer voor gebruik vrij zou geven. Intussen moeten nu al mijn staatsburgers naar mij, hier in Edessa toekomen, waar zij dan wijn krijgen en water, dat ik daartoe van tamelijk grote afstand met grote schepen laat aanvoeren.
Hoofdstuk 11: Zesde brief van Abgarus aan Jezus (tien weken later geschreven) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
[4] Tien dagen geleden is hier namelijk –maar dat moet U ongetwijfeld van meet af aan bekend zijn geweest -een lichte aardbeving bemerkt, die -en daarvoor blijf ik U eeuwig dankbaar! -weer ophield zonder verdere sporen achter te laten. Maar een paar dagen na die aardbeving begon alle water te vertroebelen. En iedereen, die van zulk water dronk, werd bijna krankzinnig van hoofdpijn.
Hoofdstuk 11: Zesde brief van Abgarus aan Jezus (tien weken later geschreven) - Jakob Lorber - Brieven van Jezus en Abgarus
...  654 - 655 - 656 - 657 - 658 - 659 - 660 - 661 - 662 - 663 - 664 - 665 - 666 - 667 - 668 - 669 - 670 - 671 - 672 - 673 - 674 - 675 - 676 - 677 - 678 - 679  ...