Artikel lezen – printen versie
GJE boek 5 hoofdstuk 250
(De Heer tot Petrus)
Het spreekt vanzelf, dat in deze wereld voor grote en grove misdadigers ten aanzien van de rechten van de mensen ook geweldige en grote wereldgerichten moeten zijn en bestaan, daar anders tenslotte niemand meer zeker van zijn leven zou zijn.
Maar wat betreft de meer kleine afdwalingen, die niet zelden gebeuren onder de mensen, deze zullen voor de rechterstoel van het barmhartige en verzoenlijke hart worden vereffend, opdat uit de kleine vergissingen van de mensen onder elkaar geen grote en zware misdaden zullen voortkomen; want waarlijk Ik zeg: roof, moord en doodslag zijn uiteindelijk toch niets anders dan gevolgen van aanvankelijk kleine afdwalingen der mensen onder elkaar, uit louter, kleine, wereldlijke overwegingen van eigenbaat en eigendunk en op zichzelf gericht zijn.
GJE boek 4 hoofdstuk 78
(De Heer tot Zorel)
Wie zijn gebreken berouwvol bekent en boete doet in de ware, levende deemoed van zijn hart, die is Mij liever dan negenennegentig rechtvaardigen, die nog nooit behoefte tot boete hebben gevoeld. Kom daarom nu tot Mij, boetvaardige vriend; want in je heerst nu het echte gevoel van deemoed, dat Mij liever is dan dat van de rechtvaardigen vanaf het eerste begin, die in hun hart roepen:”Hosannah, God in den hoge, dat wij Uw heilige Naam nooit hebben ontheiligd door een zonde willens en wetens!” dat roepen ze wel en ze hebben ook recht daartoe, maar daarom zien ze ook een zondaar met de ogen van een rechter aan en vlieden zijn nabijheid als de pest!
Komt daarom tot Mij, en Ik zal je de enige weg van het Leven en de Liefde wijzen en de ware Wijsheid uit haar! – Kijk vriend, de weg die tot het leven van de Geest leidt, is doornig en smal. Dat betekent zoveel als: alles, wat je ooit in dit leven aan erge, bittere en onaangename dingen kunt ontmoeten, bestrijd dat met alle geduld en zachtmoedigheid; en wie je kwaad doet, doe hem niet hetzelfde terug, maar het tegendeel, dan zul je gloeiende kolen op zijn hoofd stapelen! Wie je slaat, die vergeld je niet leer om leer – neem liever nog een slag van hem in ontvangst, opdat er vrede en eendracht tussen jullie mag zijn en blijven; want alleen in vrede gedijt het hart en groeit de geest in de ziel.
De vrije wil is steeds te respecteren
GJE boek 8 hoofdstuk 43 alinea 7
Laat ieder zijn vrije wil en leg niemand een verplichting op; want jullie weten nu, dat iedere morele dwang geheel tegen Mijn eeuwige orde is! En wat Ik niet doe, doen jullie dat evenmin!
(GJE = Grote Johannes Evangelie)